Sparklez keek door het raam. Hij was in zijn tweebeens huis. Het was warm buiten, want het was Greenleaf. Hij wachte tot hij naar buiten kon, dan kon hij de buurt
gaan verkennen. Oppeens hoorde hij de deur. Snel sprong hij van de vensterbank, naar buiten. Toen hij buiten was, voelde hij de zon
op hem schijnen. Hij ging toen de buurt verkennen. Hij liep naar een huis naast zijn huis. Hij ging de tuin in zonder dat iemand dat zag.
Zouden er ook katten wonen? Dacht hij. Hij sprong voor het raam. Hij zag geen tweebenen, maar ook geen katten.
-open voor alle kittypets!-
(Beetje kort sorry daarvoor)