Een krakend, crunchend geluid klonk door de nursery heen. In het hoekje van de den zat ze, met een kever tussen haar lippen gedrukt. Haar kleine, half ontwikkelde hoektanden doorboorden de schel van het insect en zorgden ervoor dat het geluid door de den hoorbaar was. Ze likte even haar lippen af toen haar maaltijd verdwenen was. Niet slecht. Even keek ze op, haar ogen zoekende naar haar volgende doelwit. Nu het lente was waren er zoveel insecten. Niet dat Crow wist dat het daarom was, ze was een dom kind. Ze knipperde even, schudde haar kopje en sprong overeind waarna ze al snel naar een mosballetje huppelde en zich erop gooide, haar nagels haakten zich in het mos, waarna haar hoektandjes een weg baanden naar het speelgoed.
- Open