We gotta take this



 
IndexGebruikerslijstRegistrerenLaatste afbeeldingenInloggenZoeken
We're part of a story, part of a tale. We're all on this journey, no one is to stay. Where ever it's going. What is the way?
Welcome
Warrior Cats is een rollenspel gebaseerd op de serie 'Warriors' van Erin Hunter. Je verkent hier al schrijvend de geliefde wereld van de Clankatten, rogues en kittypets. Dit doe je door je eigen karakter aan te maken, waarbij je bijna alles zelf mag bepalen over uiterlijk en karakter. Wild of tam, goed of slecht, sociaal of eenling? Help jij oorlogen te voorkomen? Of ben je een van de katten die hongerig opzoek is naar een groter territorium en meer macht? Het kan allemaal op Warrior Cats.
KIND OF WEATHER
NEWLEAF
Season
Newleaf, 10°C - 20°C
Langzaam maar zeker komen de eerste bloemen weer op. De zon breekt weer door wat zorgt voor een aantal warme dagen. Newleaf zet alles in volle bloei.
WHAT'S HAPPENING
Current Event
BEWARE THE BEAST
THE ALLEGIANCES
Clans
THUNDERCLAN
RIVERCLAN
WINDCLAN
SHADOWCLAN
BLOODCLAN
THE MANAGEMENT TEAM
Staff
Admin
Admin
Admin
Mod
Mod
COME JOIN US
WC DISCORD

SWITCHERDIESWITCH
SWITCH ACCOUNT

Deel
 

 We gotta take this

Vorige onderwerp Volgende onderwerp Ga naar beneden 
Graystripe
Member
We gotta take this DPKsfdL
ϾHł ღ
1403
Actief

CAT'S PROFILE
Age: .: Died at the age of 130 moons
Gender: Tomcat ♂
Rank:
Graystripe
BerichtOnderwerp: We gotta take this   We gotta take this Icon_minitimezo 16 dec 2012 - 2:39

De borstkas van de langharige grijze kater rees moeiteloos naar boven en naar beneden. Zijn ogen waren gesloten, en zijn neusje was bedekt door zijn dikke pluizige staart. Alles wees erop dat Graystripe nog vredig aan het slapen was, en dat hij hoopte nooit meer wakker te worden. Zijn hele leven was gewoon in een woeste rivier veranderd. Hij verloor zijn vrienden, familie, en kennissen. En ja, hij maakte er wel een paar nieuwe, maar dat bleef toch nog steeds anders. Hij miste Shadowrose, Fireheart, en al die andere waar hij vroeger mee omging. Een koude bries streelde zijn vacht, en blies tegelijkertijd zijn slaap weg. Hij opende één voor één zijn ambere ogen, en keek voor een poos vragend om hem heen. Net zoals de andere dagen werd hij weer wakker in de Warrior den. En net zoals de afgelopen dagen zou alles weer zijn gangetje gaan. Opstaan, eten, jagen, en dan weer naar bed toe. Niet dat hij daar zo'n grote miserie over maakte. Het begon gewoonweg wat saai te worden. De kater dwong zichzelf om recht te staan, en maar aan de slag te gaan. Met veel moeite hees hij zichzelf recht en schudde de slaap uit zijn pels. Nog enkele andere Warriors lagen te slapen, maar de meeste mosnesten waren leeg, en dat van hem nu ook. Hij trippelde de den uit, en knipperde even met zijn ogen. Een prachtig wit tapijt kleefde aan de grond. Hij kon het plaatsen als sneeuw, en wist daarbij ook dat het betekende dat Leaf-bare was aangebroken. Voor sommige katten die een korte vacht hadden zou dit weer echt hatelijk moeten zijn, maar voor hem voelde deze koude niet echt zo erg aan. Aangezien hij een nogal dikke vacht in bezit had. Graystripe zette voorzichtig zijn poten op het sneeuw, en een krakend geluid vulde meteen zijn oren. Grijnzend trippelde hij verder naar de prooistapel toe, en griste er een houtduif uit. Hij wist dat prooi schaarser zou worden in deze tijd, en dat het eten gespaard moest worden. Maar met een lege maag kon je toch niet gaan jagen zeker? Oké, hij gaf het toe. Dat was simpelweg een uitvlucht zodat hij zou kunnen gaan eten. Met snelle happen at hij het dier op, en likte als laatste nog even zijn lippen af. De resten van het dier begroef hij, en vervolgens draaide hij zich om, helemaal klaar om voor zijn Clan eens goed te gaan jagen. Graystripe baande zich een weg richting de uitgang van het kamp, en verliet de hoofdcentrale van de Thunderclan. Grauwe grijze wolken vulden de lucht, maar de Warrior wist dat het niet zou gaan regenen of stormen. In Leaf-bare kon je nou eenmaal geen stralend zonnetje verwachten. De grijns die zonet zichtbaar was op zijn gezicht, stond er nog steeds te lezen. Normaal gezien verliet Graystripe het kamp altijd met een treurig gezicht, maar om de een of de andere reden was dat vandaag niet het geval. Hij versnelde zijn passen wat, en maakte een overgang naar rennen. De wind die tegen zijn grijze gelaat blies deed zijn langharige vacht lichtjes golven. Het voelde goed om een Clan kat te zijn. Graystripe durfde het nog niet eens in zijn hoofd te halen hoe het zou zijn als een Kittypet of Rogue. Nee, zijn hart lag voor altijd bij de Thunderclan, al was dat niet altijd even duidelijk. Hij was er geboren en getogen, hoe hij nu was had hij te danken aan de Thunderclan. De kater maakte even een onverwachte sliding-stop, waardoor al het sneeuw naar voren schoot. Hij lachte even, als daar op dit moment een kat stond, dan zou die nu helemaal onder sneeuw horen te zitten. Maar goed, hij was niet helemaal naar hier gekomen om wat lol te gaan trappen. Hij keek even zoekend rond, en zag alle ronde stenen die nu niet echt meer goed uitstaken in al het witte spul. Dat maakte niet uit, want dat betekende dus ook dat hij eventjes geen ongewenst bezoek van adders moest verwachten. Deze dag kon echt niet meer stuk hé? De brede langharige donkergrijze kater sprong op één van de ronde stenen, en liet zijn ambere blik over alles rondom hem heen glijden. Struiken die normaal groen hoorde te kleuren, zagen er nu helemaal wit uit. Alsof het sneeuw het hele aardoppervlak over had genomen. Al was het witte ding leuk om mee te spelen, maar goed dat het ook weer wegging. Sneeuw was de reden waarom er in Leaf-bare zo weinig prooi te vinden was. Hij vroeg zich zelfs af of hij vandaag wel succes zou hebben tijdens de jacht, aangezien 'ie onderweg nog geen enkele prooi geuren kon oppikken. Graystripe vouwde zijn oren aandacht naar voren, in de hoop enig teken te krijgen dat er iets in de buurt was waarop hij kon jagen. En nee, hij was ook weer niet van plan om te gaan jagen op Adders, en daarbij, die waren er nu toch niet. Een tevreden lach sierde zijn gezicht toen de struiken voor hem lichtjes begonnen te ritselen, duidelijk niet door de wind die er tegen blies. Hij liet zich bukken, net totdat zijn buik geen contact kon maken met de steen waarop hij stond. Hij trappelde even met zijn achterpoten, en uiteindelijk zette hij zich af en sprong met een sierlijke boog op het dier. In een fractie van een seconde herkende hij het soort prooi als een kleine spitsmuis. Hij beet het diertje meteen dood, zodat het niet hoefde te lijden of eventueel wist te ontsnappen. Trots schopte de kater er wat sneeuw over, zodat het geen andere roofdieren zou lokken en dat die het dan zouden meenemen. Oké, dan werd het nu eens tijd om door te gaan, zodat hij verder kon gaan met het jagen. Hij wierp nog enkele blikken op de stenen waar hij zonet nog op stond, en draafde weer verder. Graystripe zou wel in de buurt blijven van de Snake Rocks, omdat hij het gevoel had dat daar de meeste prooien zaten momenteel. Eigenlijk maakte het niet veel uit dat hij nog nog verder zou gaan jagen, hij had toch al iets gevangen dus konden de rest hem niet van beschuldigen dat hij niks deed. Maar, Gray wist ook dat de héle Thunderclan niet gevoed zou kunnen worden met slechts één muis. Hij zuchtte even en dabde met zijn poten in de sneeuw. Zouden er genoeg jacht patrouilles op pad zijn gestuurd dat hij even rustig kon ontspannen en met de sneeuw spelen? Maar, alleen in de sneeuw spelen was eigenlijk best wel zielig.. En er was momenteel niemand waar hij aan kon vragen of die mee wou doen. Een teleurgestelde uitdrukking werd zichtbaar op zijn gelaat, en hij kwam meteen tot de vaststelling dat het maar het beste was dat hij gewoon doorging met datgene waarmee hij nu bezig was; Jagen. De Warrior besloot maar om verder te lopen, hij zou het sowieso wel opmerken als er prooien waren in de buurt. Hij keek weer naar de lucht en zag dat de hemel nu verdeeld was in één donker stuk, en één iets lichter gedeelte. Ach ja, of het nu écht zou gaan regenen of niet maakte hem eigenlijk niks uit. Althans had hij toch het gevoel dat het droog zou blijven. Graystripe trippelde even wat rond, met random gedachten in zijn hoofd, niks speciaal. Het was echt lang geleden dat hij Fireheart en Shadowrose had gezien.. Misschien moest hij zelf maar eens het initiatief nemen om hen op te zoeken. Hij was trouwens degene die al het contact had verbroken.. Graystripe was degene die in de fout ging, en niet Fire of Shadow. Hij schudde zijn hoofd, hij had hier al eens eerder over liggen te piekeren. En eerlijk gezegd, begon hij het stilaan beu te worden. Elke dag werd hij geconfronteerd met het gedacht dat al zijn vrienden hém in de steek hadden gelaten. Dat niemand hem mocht, en ze trachten dat hij de Clan zou verlate Maar wanneer hij er dan dieper over nadacht, dat hij diegene was die alles weer verkeerd had gedaan. Hij snapte het gewoon niet, en hij wilde het nu ook niet eens snappen. Van fouten kon je leren hé? Misschien was deze fout wel zo groot, dat het nooit meer terug goed kwam. Misschien hé, was het toch wel beter om de Clan te verlaten, en een nieuw leven te beginnen als Rogue of Kittypet. Hij schudde voor de tweede keer zijn hoofd in de hoop dat hij zich op iets anders wist te concentreren. Hij werd gewoon gek vanbinnen. De langharige kater beet op zijn lip, en wist zich nog net in te houden om niet te gaan wenen. Hij moest zich gewoon vermannen, en dan zou alles wel weer goed komen.. Tenminste dat hoopte hij toch. Hij nam even de geuren in hem op, en niet veel later versmalde Graystripe zijn ambere ogen tot kleine smalle maantjes. Om het nog eens goed te controleren snoof hij nog eens, maar alweer drong de stinkende geur van das tot hem door. Normaal waren die er toch niet in dit weer? De geur kon dan wel oud zijn, als hij straks weer terug in het kamp kwam zou hij de Queens wel waarschuwen dat er een das gesignaleerd word. Misschien was het gewoon een oude verlaten dassenhol, maar je wist maar nooit, alles voor de zekerheid. De Thunderclan Warrior liep terug naar de plek waar hij zojuist zijn prooi had begraven onder de sneeuw. Nadat hij de camouflage eraf had gedaan raapte hij het dier weer op, en klemde het stevig vast tussen zijn kaken. Niet veel later begon hij weer te rennen, deze keer richting het kamp. Hij was er zeker van dat hij geen succes meer zou hebben tijdens het jagen, dus kon hij evengoed zijn beperkte lading naar de prooistapel brengen, zodat hij vervolgens héél misschien toch kon gaan genieten van het witte spul. Hij was er niet zo'n grote fan van als sommigen dat waren, maar als er ooit iemand was die hem zou vragen of hij mee wou spelen met de sneeuw, dan zou hij dat zich niet twee keer laten vragen. Soms gaf het je een kinderlijk gevoel, dat je weer eventjes mocht denken als een Apprentice, en dat alle verantwoordelijkheden zomaar verdwenen. Helaas zou dat pas gebeuren wanneer hij een Elder werd, en dat duurde nog wel eventjes hoor. Gray was nog jong en gezond, dus zou het nog wel een poos lang duren voordat hij niet meer in staat zou zijn om zijn Warrior taken te volbrengen. Eenmaal hij arriveerde bij het Thunderclan kamp, nam hij even adem en betrad uiteindelijk de open blik. Zijn blik was meteen gericht op de proostapel, aangezien hij nu iets droeg dat die stapel wel kon gebruiken. Hij wierp de muis erop, en vervolgens keek hij het kamp rond om te zien of er nog iets anders was dat hij kon doen. Enkele kittens waren aan het spelen, en al een geluk dat die oud genoeg waren om bestand te zijn tegen de kou. Meteen schoot dat dassen gedoe hem weer te binnen, en besloot hij maar om dat nu even te gaan zeggen tegen één van de Queens. De kittens wierpen hem een vragende blik toe toen hij de Nursery binnenkwam, en tegen een van de Queens begon te spreken. Tot zijn geluk zei de poes dat ze meteen enkele Warriors zou gaan waarschuwen, dan moest hij dat al niet meer gaan doen. Tevreden verliet hij de warme ruimte waarin kittens warm en droog werden gehouden, en liet zijn staart van links naar rechts slagen. Blijkbaar had hij toch gelijk gehad toen hij dacht dat het niet zou gaan regenen. Want het waren geen ijskoude druppels die uit de hemel op de grond vielen, maar tal van sneeuwvlokken. Hij tilde zijn kop lachend omhoog, en keek rechtstreeks naar de lucht. Enkele vlokken vielen ook op zijn neus, maar die smolten al meteen weer weg door zijn lichaamswarmte. Soms vroeg hij zich af of al die vlokken afkomstig waren vanuit het rijk van de doden. De laatste keer dat hij de Starclan echt bijna had gezien, was die ene keer dat Swiftheart hem had gered uit het water. Ja, dat moment was echt raar. Niet omdat de witte poes hem eerst moest redden, en Gray vervolgens haar, nee, omdat hij het licht had gezien. Het was zo eng, maar tegelijkertijd ook weer zo speciaal.. Iedereen vroeg zich wel af hoe het moest zijn om te sterven, en die dag kon Graystripe bijna die vraag beantwoorden. Al een geluk dat alles uiteindelijk weer goed was, en dat er geen doden waren gevallen. Hij lachte even kort. Met Swift kon hij eigenlijk wel goed omgaan, toch beter dan met Shadowrose tijdelijk.. Misschien was Swiftheart wel ergens in de buurt, en zag ze het wel zitten om met hem in de sneeuw te gaan ravotten? Hij zocht even snel naar het gestalte van de spierwitte kattin, maar kon nergens een teken vinden dat hem erop wees dat ze ergens in de buurt was. Tja, spijtig.. En nee, hij ging écht niet alleen spelen. Zuchtend liet hij zichzelf zakken tot zithouding, en krulde zijn staart rond zijn voorpoten. Elke dag ging moeiteloos voorbij, soms waren ze echt zo saai dat Graystripe zicht werkelijk dood verveelde. Jagen en patrouilleren élke dag bleef niet voor altijd leuk, als je 't snapte. De kater keek even op bij het horen van zijn naam, maar algauw kreeg hij het door dat 't maar een stelletje katten waren die over hem bezig waren. Of het roddels waren of juist iets anders kon hij nog maar nét niet horen, daarvoor zaten die katten te ver van hem weg. Hij draaide zijn kop ietwat naar links zodat hij weer zicht kreeg op de spelende kittens van daarnet. Het gaf hem een warm gevoel vanbinnen om naar de nieuwe Warriors van de Clan te kijken. Ooit zouden die jonge katten de Thunderclan vertegenwoordigen. Ze waren nog jong en naïef, en hadden daarbij ook nog eens méga veel te leren. En, wie weet werden één van die twee kittens die nu plezier aan het maken waren, zijn Apprentice! Hij hoopte dat hij er een zou krijgen bij de eerst volgende Ceremonie die Bluestar normaal zou houden. Als dat echt zou gebeuren, dat hij een eigen Apprentice toegewezen kreeg, dàn zou hij pas glunderen van trots. Want dat betekende ook dat zijn leider hem nog vertrouwde, en dat héél misschien een klein deeltje van de Clan hem ook terug vertrouwde. Al was het nu al wel beter dan een paar manen geleden, de hoop dat hij al zijn banden weer zou kunnen helen was klein. Zoals hij al eerder deze dag had bevestigd; Graystripe had vele fouten begaan, en hoopte die nu weer te kunnen fixen. Hij deed er echt alles voor, en dat was wel maar al te duidelijk. Elke dag, maar dan ook echt élke dag ging hij jagen, en wanneer het mogelijk was ook nog eens patrouilleren. Graystripe begon zich weer te focussen op de kittens die aan het spelen waren, en begon maar met hun spelletje te achterhalen. Het leek nogal op 'Ik ben die leider en jij de die!' Een spelletje dat de meeste kittens tegenwoordig speelde. Hij gaf toe dat hij dat vroeger ook vaak deed met een paar andere leeftijd genootjes, maar die tijden waren ondertussen gepasseerd. En Graystripe speelde het dat ook weer niet meer. Het was te kinderlijk, en als Warrior ook weer niet echt normaal. Het vertrouwen tussen hem en de Clan was al heel dun, als hij zich nu ook nog eens als een kitten begon te gedragen winde hij het nooit meer terug! Maar goed, Graystripe was dan ook weer niet van plan om het spel weer te gaan spelen. Het was sowieso al niks meer voor hem. Enkele katten kwamen ook het kamp binnen, met een paar prooidieren die uit hun bek bengelde. Dat moest de jachtpatrouille zijn van de ochtend, dus hoogst waarschijnlijk zou die van de middag nog vertrekken. Maar hij had echter even geen zin om zich bij hen te voegen vandaag. Ze zouden evengoed zonder Graystripe af zijn, dan dat hij erbij was. Hij vouwde zijn oren naar voren om beter te kunnen verstaan wat ze zeiden. Het gesprek van de twee katten ging slechts over hoe slecht het prooi de laatste tijd te vinden was, voor de rest alleen maar over koetjes en kalfjes. Wat hem wel opviel was dat zijn naam genoemd werd, alweer.. En nog niet veel later liep één van de twee op hem af. 'Ga je mee op de jachtpatrouille straks?' Vroeg de kattin rustig aan hem, en keek Graystripe dan ook weer neutraal aan. Dit was echt pech hebben, en net dat hij had besloten om juist niet mee te gaan, kwamen ze vragen of hij meeging. Hij schudde zijn kop even, en de poes haalde haar schouders op en liep weer van hem weg. Ach, het maakte toch niks uit of hij meeging of niet? Hij zag nog hoe de poes nee knikte naar de kat waar ze zojuist nog mee stond te praten, en vervolgens het kamp verliet. Hij haalde dan net zoals zij dat daarnet deed zijn schouders op, en stond weer op. Meteen voelde hij de stijfheid die zijn ledematen aantastte, en schudde de kou uit zijn vacht. Wat heel eventjes zitten wel niet kon veroorzaken tijdens Leaf-bare. Als je in de zomer even een pauze nam of zo, dan werd je daar meestal heel lui van, wat je dus juist niet word tijdens Leaf-bare.. De langharige grijze kater rekte zijn spieren uit in de hoop dat de stijfheid zo misschien wat weg ging, en trippelde naar een hoekje van het kamp. Ergens naast de Nursery was er een klein plekje dan je beschutting gunde, maar achter de Nursery ging hij echter niet staan. Dat was namelijk de plek waar de Thunderclanners hun behoeftes deden, en dus niet echt de geschikte plek om even rustig alleen te onstpannen. Zijn gouden blik gleed over de katten van de Thunderclan. Enkele kwamen hem bekend voor, de andere ook wel wat maar van die wist hij de naam gewoon niet. Ze mochten heus wel eens een gesprek met hem aangaan, maar waarschijnlijk zou hij geen sterkere vriendschappen meer krijgen dan dat hij die had met Shadowrose en Fireheart. Al zagen de katten elkaar niet meer, die twee zouden voor eeuwig en altijd een speciaal plekje in zijn hart krijgen. Al was de kans groot dan Shadowrose hem nu haatte, dat maakte hem helemaal niks uit. De herinneringen die hij had waren prachtig, en waarschijnlijk vonden zij dat ook zo. Nog steeds dwarrelde er sneeuwvlokken naar beneden, alleen was de lading iets minder groot dan die van daarnet dat was. Maar toch bleek het genoeg te zijn om het witte tapijt dat de grond bedekte, te verdikken. Als het zo de hele tijd zou blijven door sneeuwen, dan zouden ze binnenkort heel misschien géén prooi meer vinden! Nee, daar mocht hij niet aan denken. Prooi was er altijd, right? Het zou onmogelijk zijn dat als er een dag was waar er geen prooi meer te vinden was. Dat zou de Starclan hen toch nooit aandoen hé? Zij waren de doden die over hen waakte, maar of ze ook echt invloed hadden op het leven hier, dat betwijfelde Graystripe toch. En dat was waarschijnlijk ook weer zo'n vraag waar je alleen antwoorden op kreeg wanneer je het zelf mee zou maken. En daar bedoelde Gray dus bij dat je dat alleen zou ontdekken wanneer je de Starclan kon spreken, of wanneer je je bij hen zou voegen. Ondertussen bood zijn schuilplek geen 'comfort' meer aan, en was het dus zinloos om hier nog te blijven zitten. De kater stond op, en baande zich weer een weg naar de plek waar hij een tijdje geleden ook zat. De plek waar hij perfect zicht had op de kittens die aan het spelen waren toen, maar ondertussen waarschijnlijk al naar de Nursery waren geroepen door enkele Queens. Spijtig, hij had hen nog zo graag zien verder spelen.. Ach ja, wat maakte het uit? Later zou hij ook nog wel eens de kans krijgen om hen te zien, en wie weet zijn ze dan al wel een Apprentice. Hij trok één van zijn mondhoeken omhoog waardoor de grijns op zijn gezicht goed zichtbaar werd. Eigenlijk was het leven wel simpel. Je staat op, eet, jaagt, eet, en gaat weer slapen. Waarom zaten er dan zo'n katten te zeveren dat alles zo ingewikkeld was? Nee, Graystripe wist zelf goed genoeg dat het leven geen eitje was. Daarom zat hij de laatste tijd ook zo in de put, omdat alles even niet mee wou werken. Hij kon er wel over blijven piekeren, maar dacht dat dat niet goed moest zijn voor hem, dus stopte hij er ook mee. Althans, dat probeerde hij. Maar keer op keer schoten de gedachten hem weer te binnen, en begon alles gewoon weer opnieuw. Kwamen alle goede oude herinneringen terug, al de goede momenten die hij had beleefd. En dan dacht hij weer aan wat hij had verpest, simpelweg zijn hele vriendschap.. Spijt had hij ervan ja, maar zoals hij alweer eerder had bedacht; Alles zou op de een of de andere reden weer goed komen. Sneeuwvlokken begonnen ondertussen met bakken uit de lucht de vallen, en meerdere katten zochten beschutting in hun dennen. Echter bleef Graystripe staan waar hij nu stond. De witte ronde vlokken kleefde vast aan zijn vacht en deed hem er wit uit zien. Eigenlijk best wel grappig, een Graystripe die er white uitzag. Dan konden ze hem evengoed Whitestripe noemen. Er verscheen een lach op zijn grijze -ondertusen wit geworden- gelaat toen hij zich dat voorstelde. Nee, dan paste de naam Graystripe toch wel beter bij hem. En het zou maar raar zijn zou hij plots een andere naam krijgen. Ach, het was best een grappig gedacht. En nu dacht de kater heel eventjes niet aan wat wel kon en wat niet. Hij oest maar eens 'leren genieten van het leven', zoals sommigen het noemde. Waarschijnlijk zou hij dat nooit echt doen, aangezien hij wel andere dingen aan zijn hoofd had. Plotseling dacht hij weer terug aan de poes die hem daarnet nog had gevraagd of hij mee op patrouille wou. Hij vroeg zich eigenlijk af wat die nu gaan doen was, en waar ze nu uithing. De laatste keer dat hij haar had gezien ging ze net weg uit het kamp, wat daarnet dus ook was gebeurd. Maar goed, hij had haar ook niet zien terugkomen, dus dat betekende dat ze nog ergens in het Territorium was. Hij zou haar nu eerlijk gezegd wel eens willen zien, want als hij het nog goed wist waren er nu momenteel geen goede schuilplekken te vinden in het Thunderclan territorium. Dus dat betekende dat ze helemaal besneeuwd moest zijn! De drang om haar te gaan zoeken was groot, maar toch deed hij het niet. Het zou nogal opvallend zijn moest Graystripe plots wegrennen, het territorium in, niet? Hij greens daar even voor, maar omdat het ondertussen wel heftig begon te sneeuwen, liep hij ook maar naar de Warrior den toe. Eenmaal binnengekomen trippelde hij meteen naar zijn nest, en zag dat er enkele Warriors waren die hem een vriendelijke blik toewierpen. Hij schrok hier wel redelijk van. Dat die katten hem vriendelijk bekeken had hij zekerst nu niet verwacht. Misschien was alles toch beter dan dat hij dacht, en waren alle slechte voorgevoelens gewoon een waas voor de ogen? Dat zou hij later wel uitstippelen, nu wou hij eerst wachten totdat de sneeuwbui voorbij was zodat hij weer verder kon doen met wat hij bezig was. Wat eigenlijk dus niks is maar ja.. Hij schudde de resten van het witte kleverige spul uit zijn lange pels, en gunde zijn vacht enkele likken. De kater deed er niet lang over om zijn vacht de ordenen, maar richtte zijn aandacht al meteen weer op het kamp. Ondertussen was het al veel minder erg, en dus waren er al enkele katten weer naar buiten gegaan. En dat was precies ook wat Gray nu ging doen. Zijn blik was weer gericht op de kamp uitgang, en zonder na te denken schoot hij het territorium in. Nee, hij was niet van plan om de poes van daarnet te gaan zoeken. Dat zou gewoonweg tijdverspilling zijn. Hij wou deze keer wat actie. Aangezien hij daarnet de hele tijd stil had gezeten was de verveling goed gestegen bij hem. De dagen dat er nog iets interessants gebeurde waren voorbij, spijtig genoeg. Graystripe versnelde al meteen, maar doordat hij ietwat te hevig begon te rennen struikelde 'ie over zijn eigen poten. Met een plof belande hij op de grond, en hapte de kater zowat in het sneeuw. Fijn, nu hing 'ie alweer vol met dat spul.. Niet dat hij zoveel gaf om zijn uiterlijk, het was nog steeds het innerlijk dat zo belangrijk was, maar toch liep hij er het liefst degelijk bij. Hij hees zich weer recht en schudde wilt zodat het witte ding alle kanten opvloog. Hij moest er wel om lachen, maar nam toch weer niet de tijd om dat te doen. Eerst maar weer eens aan de slag gaan want anders kon hij straks weer gaan luisteren naar het gezeik van katten dat hij zijn best niet deed. Gelukkig was dat de laatste tijd goed verbeterd, en lieten ze hem ook vaker met rust. Eentje van de groep die hem altijd raar bekeken, deed nu zelfs aardig tegen Graystripe. En dat vond hij echt maar al te knap. Uiteindelijk toch je slechte imago even aan de kant schuiven, en aardig doen. Dat gaf Graystripe ook het gevoel dat hij het nog steeds kon verbeteren. Eigenlijk was hij wel een zeurpiet hé? Het was nu al bijna middag, en al vanaf de ochtend dacht hij alleen maar aan zichzelf. Soort van eigendunk? Alweer moest hij lachen om de grappen die hij binnensmonds maakte, en wiebelde ietwat speels met zijn oren. Hij kon het nog steeds, katten aan het lachen brengen. Al was het nu eventjes alleen zichzelf dat om hem moest lachen. Oké, hij besloot om vanaf nu niet meer aan hemzelf te denken, maar aan andere dingen. Dingen die noodzakelijk waren. Prooi was noodzakelijk, right? Maar er waren al genoeg katten op pad gestuurd die zouden jagen voor de Clan, en in patrouilleren had hij nu echt eens géén zin. Ach ja, als hij het niet deed dan zou iemand anders het sowieso doen. Dus wat maakte het uit? Hij begon weer rustig te draven, maar lette deze keer wel goed op zijn passen. 'T zou niet echt plezierig zijn moest hij nog een keer vallen doordat hij zo roekeloos is. Toch waagde hij het om de lat iets hoger te leggen, en begon iets harder te lopen. Hij kwam aan bij de Sunningrocks, en merkte op dat elke steen een prachtig tapijt van sneeuw over zich droeg. Het zicht was werkelijk adembenemend, het enige spijtige is dat hij nu niet meer tegen één van de stenen aan kon liggen om op te warmen. Hij besloot dan maar om verder te gaan. Er was duidelijk geen spoor te bekennen van indringers, of andere dingen die de Thunderclan niet welkom zou heten. En er was trouwens nog veel dat hij kon doen, hij dacht er gewoonweg niet aan. Terwijl hij naast de rivier liep keek hij naar de overkant, en dacht even aan de kater genaamd Smoketear. De vorige keer dat Graystripe hem had gezien, viel Smoke hem aan. Eerlijk gezegd was het dan ook weer zijn eigen fout geweest. Maar goed, die Smoketear was gelukkig nergens te bespeuren dus kon Graystripe gewoon rustig verder gaan zonder gestoord te worden door enkele katten die meteen aan een gevecht dachten. Hijzelf zou de situatie helemaal anders aangepakt hebben. Maar wat die Riverclan kater allemaal deed, waren niet zijn zaken. Hij kon zich er dus ook maar beter buiten houden. Na een tijdje gewandeld te hebben, arriveerde hij bij de Sandy Hollow, die er nu redelijk Snowy uitzag.. Dit was de plek waar de meeste Apprentice's van de Thunderclan trainden. En dus ook de plek waar hijzelf vroeger getraind werd. Tja, zijn verleden was nou eenmaal mooi. En wie weet hoe prachtig werd zijn toekomst wel niet? Hij kende tel van katten die vroeger echt een rot leven hadden, en nu kittens hadden en een gezinnetje. Dat zou echt geweldig moeten zijn, niet dan? Dat er katten waren waarover je mocht waken, waar je je eigen leven voor zou durven geven? Katten waarvan je kan van houden, zoals je nog nooit eerder van iets hield. Hoe zou dat eigenlijk zijn? Hoe voelde het om een partner te hebben, iemand waar je je hart mee deelde, en kittens? Om te weten dat die bepaalde pluizebollen je eigen kittens waren? Misschien zou hij dat ook meemaken, misschien niet. Hij moest alles maar accepteren wat te toekomst voor hem in petto had, of hij dat nou leuk vond of niet. Maar ja, die katten die hij kende zijn nu gelukkig. Al kwamen de meeste wel uit andere Clans, hij kende er ook een paar in de Thunderclan, maar zoals al duidelijk werd gemaakt was zijn naam in de Thunderclan niet echt al te zuiver. Die katten hadden nu een leven, maar Graystripe zelf moest er nog een zien te creëren. En hoe hij dat zou doen, daar had hij nog geen flauw benul van, datgene dat hij wel wist was dat hij er morgen nog zou zijn. Dat hij morgen nog steeds zou kunnen ademen, en dat de wereld morgen niet zou vergaan. En hij was liever een kat die dat allemaal wist, dan dat hij een kat was die zo diep was gezonken in zijn eigen zelfmedelijden dat hij niet eens meer wist wie hij was.
Terug naar boven Ga naar beneden
 
We gotta take this
Vorige onderwerp Volgende onderwerp Terug naar boven 
Pagina 1 van 1

Permissies van dit forum:Je mag geen reacties plaatsen in dit subforum
Warrior Cats :: ThunderClan territory :: ThunderClan territory :: Sandy Hollow-
Ga naar: