Fishing

Bravesoul was die morgen vroeg op. Hij ging richting de rivier. Vandaag had hij dus echt zin in zwemmen. De laatste tijd had hij niet veel vis gegeten. Op een drafje ging hij richting de rivier, die hij al van verre kon horen. De jonge kater was er al snel en keek naar het water, het was wat ruw, maar hij zag de vissen wel zwemmen. Hij bleef een tijdje zitten en zag steeds dikke vissen voorbij komen, die moest hij hebben. De kater ging klaar zitten en wachtte op de volgende dikke vis. Deze kwam al spoedig voorbij en de kater sprong op de vis. Het was maar een kort gevecht in het water en Bravesoul had er plezier in. Even later slingerde hij de vis op de kant. Voor de zekerheid sloeg hij nog een keer tegen de kop, de vis was zo goed als dood. Bravesoul probeerde zijn prooien zo min mogelijk toe te takelen, zodat alles nog een beetje heel bleef. Op de vis waren alleen wat schubben verdwenen en wat sneetjes in de kop, vedder niks. Hij likte de schubben van zijn poten af en ging klaar zitten voor de volgende vis. De kater zag er al snel een en sprong weer in het water. Het ging hetzelfde als de vis ervoor en al spoedig lagen er twee vissen in het gras. Bravesoul nam even een pauze en ging in de ochtendzon liggen. De grijs gestreepte kater droogde een beetje op en kreeg het best warm. Na een tijdje kwam hij weer overeind en ging vedder met het vangen van vissen. Hij ving er nog een bij en zat weer op de kant. Hij keek naar de drie vissen die samen een klein stapeltje vormden. Bravesoul besloot nog een keer het water in te gaan en glimlachte vrolijk. Hij ging klaar zitten en zag dit keer een vis voorbij zwemmen die groter was dan die andere drie van net. Als hij deze ving kon zijn dag niet meer stuk. De grijze kater ging weer in de houding zitten en wachtte op het goede moment. En toen sprong hij recht op de vis af. Hij plonsde in het water en begon met een korte worsteling. Deze vis was sterk, erg sterk. Bravesoul beet in de nek en het beest werd zwakker. Zo snel als hij kon trok hij de vis uit het water en ging uitgeput op de grond liggen. Hij zag dat de vis nog ademhaalde en liep naar hem toe, sloeg hem op de kop en keek of hij nu wel dood was. Dat was het geval en Bravesoul ging in het zonnetje zitten. ''Dank u starclan.'' Sprak hij zachtjes en keek naar de vier vissen voor hem. Toen begon hij zijn poten weer schoon te maken en likte de schubben tussen zijn nagels vandaan.

~Hawkscream~

"Zeg Bravesoul" Snorde iemand en hij keek op. Hij zag zijn oude mentor Hawkscream. Bravesoul glimlachte vrolijk naar hem. "Ik zie dat je er echt veel zin in hebt." Bravesoul keek naar de stapel vissen en greens eventjes. ''Ook goedemorgen Hawkscream.'' Zei hij eerst maar en rekte zich nog even uit. Zijn vacht was aan het drogen. ''En ja, er zit veel vis in de rivier vanmorgen. Zoals je ziet heb ik net een grote gevangen.'' Zei hij trots en keek weer naar de vis, in het water leek ie kleiner. De jonge kater keek even naar de sneeuw en drukte zijn poot erin. Er ontstond een pootafdruk en er bleef een beetje sneeuw aan zijn poot kleven. ''Zeg Hawkscream, weet jij toevallig of we nog veel eten nodig hebben? Want anders vang ik nog wel een paar vissen, nu ik toch bezig ben.'' De jonge grijze kater liep even naar de vissen en duwde ze van elkaar af. Hij legde ze naast elkaar en deed de sneeuw er een beetje overheen. ''Zo blijven ze koel totdat we weer naar het kamp gaan.'' Hij keek naar de vier bobbels onder de sneeuw en keek de andere kater vragend aan, wachtend op een antwoord.

Ja, I know, flutjes x'D