|
| Jamie 239 Actief “She made broken look beautiful
and strong look invincible.
She walked with the Universe
on her shoulders and made it
look like a pair of wings.”
| |
| Onderwerp: Still alive vr 25 jan 2019 - 22:44 | |
| De grijze kattin liep langs de grenzen van het Windclan gebied. Normaal bleef ze ver binnen het territorium, veilig van alle mogelijke gevaren die de buitenwereld met zich mee kon brengen. Niet dat ze bang was dat haar iets zou overkomen, nee, eerder dat er iets zou zijn dat haar weglokte uit hetgeen waar ze zo hard voor had gevochten. Half kittypet en opgegroeid als een Rogue, dit zorgde ervoor dat hoe fijn het clanleven ook was er altijd iets aan haar bleef vreten. Een ziek verlangen, een heimwee. Alsof die pijn en afzien die ze buiten de grenzen had meegemaakt beter was. Noemde ze dit niet Stockholm? Of groeide haar verlangen tot eenzaamheid en zelfredzaamheid? Abysshowl duwde het op de zwangerschapshormonen, iets wat ze nu kon doen nu ze queen was. Want tja, die kon ze nu al best krijgen. Haar met littekens bestrooide lichaam was langzaam aan het opzwellen door het groeien van haar jong. De jongen die ze kreeg met Oceanstar, al hadden ze wat mannelijke hulp gekregen deze droom waar te maken. Ze wist niet bepaald of ze een goede moeder zal zijn, toch was haar partner dit zonder twijfel. Die vrouw had een halve clan geproduceerd en opgevoed. Een liefdevolle grijns, een die ze enkel durfde op te zetten wanneer alleen, sloop op haar lippen. Ze hielt oprecht van de kattin waarmee ze veel had meegemaakt. En ze hoopte dat dit settelen in een huiselijke situatie haar rust kon brengen. Toch werd haar enkele oog naar het ongeclaimde gebied gelokt, haar halve staart dominant in de lucht. Ze opende haar muil en nam de geuren in haar op. Ze waren bekend, allemaal bekend. Zo bekend dat ze zonder er verder bij na te denken haar weg vervolgde. Haar aangeleerde wantrouwen had haar gefaald, want ze was zich niet bewust van het feit dat ze niet langer alleen was.
+ Cyber |
| | | lau benenkauwer 3305 Afwezig You are closer to heaven than i'll ever be.
| |
| Onderwerp: Re: Still alive za 26 jan 2019 - 16:51 | |
|
Cyber voelde zich langzaamaan ouder worden. Hij had ook gewoonweg heel veel fut van het leven verloren, misschien daarmee. De laatste keer dat er iets interessants in zijn leven gebeurde was al langer geleden dan hij zich kon herinneren. En sindsdien was het leven een patroon geworden. Elke dag hetzelfde. Opstaan, uitrekken, vacht propermaken, even gaan rondzoeken voor eten. Afhangende van zijn wil en fut, ging hij dan jagen of even wat uit de vuilnisbakken peuteren. Vervolgens zocht hij een plekje op, zo warm en droog mogenlijk, en bracht hij de dag door met naar andere wezens te staren en te beoordelen op wat ze deden. Ondanks zijn moedeloosheid, en depressieve leventje tegenwoordig, was hij wel zeker zijn personaliteit niet verloren. Nog altijd één grote pestkop. Niets zo leuk dan met anderen lachen, niet? Dat gaf op zijn minst toch nog iets nuttigs aan zijn leven. Het is eigenlijk raar hoe hij hier terechtkwam. Was het omdat hij zich langetijd moest koesthouden wegens de windclan tragedie? Of was het omdat zijn liefdesverhaal een beetje een dagelijkse sleur kreeg? Vaste relatie, kittens en nest-veld-prooi sleur hadden misschien meer stabiliteit en minder.. actie.. veroorzaakt. Ach .. hij wist het niet. Hij was gewoon wat naar de achtergrond terecht gekomen. Dat is waar het op neer komt.
Vandaag, was echter anders. Iets had zijn aandacht weggelokt van dat warme plaatsje op de muur .. aan de kant van't straat. Iets had de windrichting toch een ietswat bekende geur laten krijgen, en had direct zijn snorharen laten prikkelen. Want, hij was heel zeker wat deze lucht betekende. Hierdoor had Cyber vandaag een andere route genomen. Iets meer richting de windclan grenzen, daar kwam de bekende geuk namelijk vandaan. Hij had geluk, hij kon namelijk haar wel ruiken, maar als de wind zo bleef staan dan bleef hij zo goed als volledig verscholen voor haar neus. Of wacht.. ja lap, daar ging de wind. Niet zeker of hij nu al gespot zou zijn of niet, sloop Cyber echter dichterbij. Laag tegen de grond, half achter het struikgewas verscholen bleef hij enkele vossenlengtes van de poes staan.
Iets was er anders aan de poes, ze zag er.. gehafender it dan hij zich kan herrineren. Of misschien is dat gewoon omdat de wonden nu geheeld waren, en duidelijkere markeringen achterlieten. Of was het omdat hij er gewoon niet op lette, toen hij haar gedropt had? Hoe dan ook, haar uiterlijk bracht Cyber een grote grijns op zijn gezicht.
Met die grijns stapte de grote, brede zwart-witte kater uit het struikgewas. Zo goed als vlak voor de neus van de kattin. Met die smirk op zijn gezicht, kon hij amper zijn lach inhouden, "Je ziet er goed uit, Abyss. Niew kleurtje gekregen? Nee.. nieuw patroontje zeker? Ja, staat je echt prachtig" doelende op haar vele littekens. Hij had haar buik lichtelijk opgemerkt, maar momenteel kregen die 'prachtige' littekens van hem nog even meer aandacht dan de rest.
Cyber voelde zich alsof hij naar een troffee keek. Niet zo zeer de kat was de troffe zelfe, maar die prachtige klauwtekeningen voor haar zou hij toch echt voor de rest van zijn leven koesteren alsof het een blinkende schat was.
(Sorry als het hier en daar wat vreemd geschreven is, is heel lang geleden en ik moet er dan ook echt terug even inkomen hha)
|
| | | Jamie 239 Actief “She made broken look beautiful
and strong look invincible.
She walked with the Universe
on her shoulders and made it
look like a pair of wings.”
| |
| Onderwerp: Re: Still alive za 26 jan 2019 - 17:19 | |
| De grijze kattin was op haar gemak verder gelopen, nog niet van enig kwaad bewust. Ze was van zichzelf al vrij wantrouwig aangelegd, waardoor haar houding alert bleef. Haar goede kant, degene met een oog, was richting de grens gekeerd zodat ze dit goed in de gaten kon houden. Ze was immers niet gek om zichzelf zó kwetsbaar op te stellen door het slechte kant naar het vreemde te keren, al vertrouwde ze de kant van Windclan ook niet compleet. Als Elder en Queen was ze eigenlijk niet eens toegestaan om zonder toezicht het kamp te verlaten, al nam ze deze regel oncharacteristisch niet te nauw. Waarom zou ze ook? Ze was nog jong en haar lichaam nog sterk. Het enige wat er aan haar gebroken was, was haar geest. Zelfs met een missend oog en een halve staart kon je nog Warrior worden, maar de she-cat was opgevoed als een Rogue en ze dacht er ook als een. Wanneer ze vocht was iedereen een vijand, en twijfelde ze ook niet om vrienden aan te vallen. Om deze reden was ze een Elder… omdat ze gevaarlijk was.
Haar gedachtes werden verbroken toen er een bekende uit het struikgewas stapte en haar bijna raakte. Nog even grootmoedig als dat ze geweest was als een apprentice hielt ze haar grond en bleef ook op haar plek staan, met de kleine afstand tussen hun in. Haar kapotte oren waren in haar nek geduwd en haar enkele blauwe oog stond vuil op de ander gericht. Cyber. De kater die haar fysiek en mentaal kapot had proberen te maken. Die haar voor dood had achtergelaten. Die haar had getraind en haar had gemaakt hoe ze nu was. Bij haar woorden siste ze naar hem. “Jij moest me zo nodig in die put gooien, gevuld met schroot. Vuile hond. Zelfs met deze littekens ben ik meer dan wat jij ooit zal zijn.” Haar reactie brutaal en vals om haar schrik te verbergen. In de put had ze de meeste littekens gekregen, maar ook haar ene oog in verloren. Ze was hier gestorven als een patrouille haar niet gevonden had… De brutaliteit die bijna haar eind had betekend kwam weer opborrelen. De grijze kattin schudde haar kop. “De naam is Abysshowl nu” Vernoemd naar deze kater. De wolf of territory die ze had overleefd. “Zoals je kan zien heb ik het overleefd, heeft de clan me teruggenomen. Ondanks wat jij me hebt aangepraat.” En had ze een gezin. Haar helder blauwe oog nam de kater in zich op. Het was zo lang geleden, ergens had ze nooit gedacht hem terug te zien. Ze wist nauwelijks wat ze moest voelen. Ze had een hekel aan hem, wilde hem doden. Maar hij was een van het eerste wat ze ooit gekend had. Het was voor haar maar verwarrend. Waardoor ze haar onzekerheid zoals altijd verborg onder overmoed en geen zwakte toonde.
|
| | | lau benenkauwer 3305 Afwezig You are closer to heaven than i'll ever be.
| |
| Onderwerp: Re: Still alive za 26 jan 2019 - 17:42 | |
|
Zoals verwacht, bleef de kattin gewoon staan. Ze was nog altijd even koppig, zo bleek. Haar oren lagen in haar nek, wat schattig. Ze gaf die typische half kwade, half bange, half gewoonweg hysterische look dat katten wel eens kregen als ze tegenover Cyber stonden. Haar littekens maakte het niet veel beter, dat hysterische uiterlijk bedoel ik dan. Ze leek echt gewoon gestoord terwijl ze zo stond en haar ogen ... oeps, oog, haha,.. in de zijne boorde. Het was eigenlijk een beetje een hilarische setting hier. De plaats, moment, katten,.. Het herinnerde hem van toen deze kat niet meer was dan een balletje bange vacht. Wel, half bang en half overmoedig, zoals altijd.
De woorden die zij hem wist te vertellen waren best interresant. Cyber had namelijk gewoon verwacht dat ze daar in die put zou sterven en wegrotten, zaakje opgelost. En wist dus niet echt wat daarna was gebeurd. Schroot, ja dat verklaard veel van die littekens. Cyber voelde zich nog altijd super trots over zijn daden en haar uiterlijk. Je kon gemakkelijk zeggen dat hij zich zo trots voelde als een vaderkat dat op zijn pastgebore kittens neerkijkt, en dan vooral die ene specifieke die op hem leek. Goh, wat een prachtig moment was dit voor Cyber. Wel jammer.. dat de kat nog altijd even koppig in woorde was. "Meer? Ik denk dat je er gewoon nogal gek uitziet. Een gestoorde kat onder de littekens, zo zie je eruit. Ik weet niet of dat wel zoveel meerwaarde geeft hoor. Of denk jij van wel?" Cyber moest even lachen, en zette een extra stap richting de kat, "En tja, vuil hoort bij vuil niet? Ik vondt die put best nog wel een mooi huisje voor jouw.. Of toch voor zolang als het duurde" Cyber moest terugdenken aan dat magische moment dat hij aan de rand van de put stond, met de kat bengelend aan de rand. De moment dat hij de plof hoorde, dat was de prachtigste plof van zijn leven. Ondanks de angst die hij had om gevonden te worden door de windclan en verscheurd te worden, was de kidnapping en de put toch wel zijn pittigste verhaal. En natuurlijk, een kat met zoveel ego als hij die genoot echt van pittige verhalen.
De kat brabbelde door, Abbyshowl? Cyber kon niet ontkennen dat die naam echter wel goed in zijn oren klonk, zijn staart zwierde even heen en weer. De grijns op zijn gezicht groeide breder "Mooi te horen dat je verleden toch mooi aan je plakt niet? Je naam, je uiterlijk,.. en je gaat me niet zeggen dat je koppie mij al vergeten is toch?" Smirkte hij. Weer een stap dichterbij.
Terwijl hij nu vlak voor de kat stond, bijna neus aan neus, haalde Cyber een poot op.. vlak voor de neus van de poes sloeg hij 1 klauw uit. Met die klauw deed hij een poging om langs haar wang te glijden. "Maar lieve kleine kittenmeisje toch, hoe is die clan nu? Hij nam je terug. En wat voor een thuis is het nu? Heb je goede vrienden, vertrouwt iedereen je? Krijg je goed te eten? Krijg je een goede warrior training? Heb je al veel gevechten gewonnen? Ben je de ster van de clan? Dat verdien je toch wel allemaal.. niet?" Na een lange pauze en de dreigende klauw nog altijd richting haar gericht vervolgde hij.. "Maar meisje toch, papa hoopt dat je een prachtig engelen levendje leid in je prachtige clannetje nu. Of moet hij kwaad worden?"
Zijn hele intentie was om één of andere gevoelige snaar te raken. Hij kon namelijk heel moeilijk geloven dat deze poes, vol littekens, lang weg geweest van haar clan, compleet gek-uitziende, perfect geaccepteerd zou worden door een clan.
|
| | | Jamie 239 Actief “She made broken look beautiful
and strong look invincible.
She walked with the Universe
on her shoulders and made it
look like a pair of wings.”
| |
| Onderwerp: Re: Still alive za 26 jan 2019 - 18:16 | |
| In alle eerlijkheid had ze geen idee wat ze moest doen. Ergens zei haar gezonde verstand om haar kont te draaien en weg te rennen, terug naar waar het veilig was, terug naar het kamp. Ze was altijd sneller geweest dan de ander, voornamelijk omdat ze half windclanner was en niet zo… breed als de ander. Daar zou ze het kunnen melden en konden warriors hem verjagen. Maar als ze dit wilde doen had ze het allang gedaan. Nee, ze bleef staan. Waarom bleef ze staan? Ergens wilde ze met de kater vechten en hem op zijn plek zetten, laten zien hoe sterk ze was geworden. Voordat dat laatste. Iets in haar was gebrand om hem ongelijk te bewijzen. Te laten zien dat ze het goed getroffen had, dat ze een leven had gekregen zonder hem. Dat ze alles was geworden wat hij nooit had kunnen denken. Bijna alsof ze naar goedkeuring snakte. Hoe kon het ook anders? Ze had geen vader of moeder, nog enig andere familie gekend. En deze kater was haar mentor geweest, had haar gevormd. En ja hij was slecht en ja ze had een hekel aan hem. Maar dat nam deze drang om haar waarde te bewijzen niet af. Abysshowl hief dan ook haar kop fier de lucht in en keek in zijn groene ogen. “Ik doelde er meer op dat de tijd ook niet vriendelijk op jouw uiterlijk is geweest” Sneerde ze terug “Drie dagen. Drie dagen heb ik die put gezeten. En toch ben ik niet dood, lijkt erop dat je minder goed ben in je werk dan dat je dacht” Op het moment van haar val had een ijzeren buis haar oog ontnomen, het schroot bezweek en bewoog onder haar gewicht, waardoor er constant nieuwe wonden ontstonden. Een wond had uiteindelijk haar staart doen afsterven. Toch had ze al veel littekens gekend dankzij het vechten met de ander.
Ze had haar naam gezegd, denkend dat de ander hier boos om zou worden, al leek het tegendeel waar te zijn. Wat verward fronste ze, niet goed wetende waar dit heen ging. “Mijn naam staat voor alles wat ik overwonnen heb. Dat ik mijn leven voor die kittens gegeven heb en ze terug thuis heb gebracht” Dat ze zichzelf terug thuis had gebracht. Toch maakte dit haar aan het denken. Was het niet erg dat alles refereerde naar hém? Wat had ze buiten dat meegemaakt? Wie was ze geweest als dit alles nooit gebeurd was? Ze histe meer om haar gedachtes weer helder te krijgen. Die verdomde kat bleef ook dichterbij komen en zelf was ze te koppig af te wijken. Pas toen de klauw haar richting op kwam ontweek ze door opzij te springen, al was dit meer instinctief dan wel uitgedacht. Haar gedachtes gingen terug naar iets wat Cyber ooit tegen haar had gezegd. Dat de zwakke stierven en enkel de sterke overleefden. Had ze niet getoond dat zij een van die sterke was? Wanneer was het goed genoeg? Maar de gevlekte kat sprak verder en ze voelde zich ongemakkelijk bij zijn woorden. Ze had niet echt vrienden, al was dit vooral door haar eigen persoonlijkheid. En ze werd vertrouwd, ze had goed te eten en… ze haddden geprobeerd haar te trainen. Al was dit niet goed gegaan. Ze had nooit meer gevochten na het ongeval… en leefde op de achtergrond van de clan. Het was zoals ze het wilde, maar alsnog. Vooral zijn laatste woorden lokte wat bij haar uit waardoor haar pels omhoog kwam te staan. Hoe dúrfde hij. “Ik heb alles wat ik maar mogelijk kan willen. Een partner. Een gezin.” Groeiend in haar buik, maar alsnog. “Wel gevoed en vrij om te doen wat ik wil. Is dat wat je wilde horen, váder” Snauwde ze terug naar hem, alsof ze hem wilde pakken op zijn eigen woorden. Toch hielt ze nu haar afstand, ineens bewust van de kits in haar buik. Ze wist niet goed hoe gevoelig deze zouden zijn.. hoeveel ze aankonden. Haar staart zwiepte kort langs de zwelling, waarna ze haar aandacht weer op Cyber richtte.
|
| | | | Onderwerp: Re: Still alive | |
| |
| | | |
| Permissies van dit forum: | Je mag geen reacties plaatsen in dit subforum
| |
| |
| |