Dustpelt liep door het bos. Het was een normale dag. Het gras was nat van het dauw en daarom voelde het lekker fris onder zijn pootkussentjes. Het was nog niet zo laat op de dag. Hij snoof de lucht in. Hij rook prooi maar had toch geen honger dus het boeide hem niet. Hij liep verder door het bos tot hij bij een open plek begroeid met gras kwam. Hij zag dat er een klein bolletje grijs bont lag te slapen wat een kit bleek te zijn. Hij had al eeerder een geur van een andere kat geroken maar hij had er niet op gelet. Hij liep weg bij de kit en wou de open plek uit gaan toen hij opeens wat hoorde. "Wie ben jij?" Hij draaide zich om. "Wil je dat echt weten? Want dat kan ik beter aan jou vragen! Wat doe je hier en waar zijn je ouders? Hoe oud ben je kleintje?" Hij liep terug en ging naast de kit zitten. "Je bent ook rogue toch? Ik ruik het. Oh, ik heet trouwens Dustpelt." Hij begon zich te likken. Hij krulde zijn staart rond zijn poten en vroeg verder. Hij was best nieuwsgierig naar deze vreemde kitten. "Kan je al wat, henb je al geleerd hoe je moet jagen? Of ben je daar nog te jong voor? Hoe heet jij trouwens, ik heb mijn naam al gezegd maar die van jou weet iki nog niet." Hij ging liggen, het zonnetje was intussen gaan schijnen en er was een aangenaaam warme temperatuur. Hij keek de kit aan en wachtte op antwoord.