De jonge kater had dit keer uitgeslapen, door zijn slechte slaap presteerde hij slechter. Dus het was voor hem al een verrassing toen de zon eindelijk helemaal in de lucht zat ter wel hij nog rustig in zijn nest lag, hij gaapten en rekte zijn lichaam uit. Hij zuchten en wilde zo graag een goede krijger worden, hij wilde een eervolle en respectvolle krijger worden al zou dat bijna niet lukken. Hij moest beter oefenen, hij moest betere tegenstanders vinden. Hij stond recht overeind op 4 poten, hij staarde even naar zijn twee voor poten. Deze waren vorige maand stuk gegaan, al waren ze weer gerepareerd door de medicine cat apprentice die nu al bijna medicine cat werd. Al had hij geen goede indruk gemaakt op zijn Deputy, hij faalde. Hij was niks vergeleken wat hij wilde worden, al moest hij niet opgeven. Hij stapte met flinke stappen uit de apprentice den, hij moest beter trainen. Hij moest eens de borders controleren misschien zou hij dan katten tegen komen van andere Clans die hij aan kon vallen en verjagen uit hun prachtige gebied. Hij zetten zijn borst naar voren en ademde diep in waarna hij het rustig uit blies, hij stapte naar de uitgang van het kamp. Hij nam even een terug blik naar het prachtige gebied en daarna stapte hij door, het was prachtige weer vandaag. Geen regen, een warme zon en weinig wind. Hij voelde hoe de frisse geur zijn neus inliep, hij was er klaar voor. Hij stapte uit het kamp, hij voelde het gras onder zijn poten kriebelen. Hij liep een groter oppervlakte op, al kwam iets zijn neus binnen. Een stevige geur van konijnen, het was lekker om te ruiken dat de prooien in overvloed waren. Al spitste hij zijn oren toen hij iets hoorden, dat kon geen andere Clanner zijn dan Windclan. Toch bleef hij met zijn rug gekeerd staan, als deze kat hem zou aanvallen was hij op zijn houden. Hij had geen ogen nodig voor het eerste gebeurtenis van een gevecht, hij moest luisteren.