Alexx || Nugget 1083 Actief
| |
| Onderwerp: Trying to get back in the game [Innerstar] za 11 jun 2016 - 22:57 | |
| Met een gepijnigde blik keek Sharpsoul neer op een zwart-witte kat. Een kat wiens vacht er onverzorgd uitzag en met twee fel blauwe ogen. Zijn reflectie. Het deed hem pijn om naar zijn reflectie te kijken, toch deed de kater het elke dag. En elke dag zag hij hetzelfde. Elke keer dat hij keek zag hij dezelfde neus, dezelfde oren, dezelfde vlekken en dezelfde blauwe ogen, allemaal dingen die hem deden denken aan zijn moeder. Zijn moeder van wie hij het sprekende evenbeeld was behalve voor zijn blauwe ogen en dan een mannelijke versie. Misschien was dat wel waarom hij zo vaak naar zijn reflectie keek, om zichzelf te herinneren aan wat hij had verloren en wat hij door zijn poten had laten glippen. Een relatie met zijn moeder die zo goed was begonnen en dan langzaamaan in stukken viel recht voor zijn ogen, hoe hard hij ook probeerde om het niet te laten gebeuren. En nu, nu zou hij nooit meer de kans hebben om die relatie weer op te bouwen, om zijn moeder te tonen hoe zielsveel hij van haar hield en hoeveel respect hij voor haar had. Hij had en heeft nog steeds zo veel respect voor haar, dat is dan ook waarom zijn situatie moet veranderen, waarom hij moet veranderen. Sinds de dood van zijn moeder al dat hij heeft gedaan is slaap, jaag, eet, slaap, jaag, eet en dat moest nu ophouden. Bij elke nieuwe maan voelde de kater zichzelf steeds dieper in een zwart gat vallen maar telkens deed hij er niets aan, te depressief en vol van verdriet. Maar ondertussen was het tijd voor hem om verder te gaan met zijn leven, om zichzelf te beteren en zijn depressie en verdriet van zijn moeders dood te stoppen gebruiken als excuus om zichzelf buiten de clan te sluiten, af te sluiten van zijn familie die wel nog leefde. Want dat is wat het ondertussen geworden is, een excuus omdat hij bang was, bang voor de veranderingen die zouden komen en de gevolgen. Maar dat was niet eerlijk tegenover Shrewstar, het was niet eerlijk en niet respectvol. Nu dat Sharpsoul eindelijk zijn ogen had geopend was het tijd om te veranderen, hoe moeilijk en eng dat wel niet was voor hem. Daarom ging hij vandaag iets doen dat hij al tijden niet had gedaan, hij ging het camp binnen gaan wanneer de anderen ook wakker waren en in de plaats van in de schaduw te lopen ging hij gewoon het kamp binnenlopen. Even moest de kater slikken. De gedachten alleen al om gewoon het kamp in te gaan, zichzelf te laten zien bracht een gevoel van angst bij hem op. Een brok ontstond in zijn keel bij de gedachten aan de confrontatie die hij zou ondergaan, hij zou zijn problemen eindelijk confronteren. Maar eerst zichzelf even schoonmaken, no way dat hij het kamp binnen zou lopen uitziende zoals hij er nu bij loopt met zijn vacht in de war. Met lange en lichtjes trillende halen begon de kater zichzelf schoon te maken.
Nerveus en twijfelend stond de zwart-witte kater voor de ingang van het Shadowclan camp. Er was nog steeds tijd om zich om te keren en te doen alsof dit plan nooit zijn hoofd binnen was geschoten, alsof hij nooit voor het kamp had gestaan met de gedachte om naar binnen te gaan en zijn problemen tegemoet te komen. Hij zou gewoon terug gaan naar de plek waar hij de momenten spendeerde wanneer hij niet voor de clan aan het jagen was. Maar iets in hem weerhield Sharpsoul ervan om precies dat te doen. Wat het precies was zou Sharpsoul niet kunnen zeggen, misschien was het de eenzaamheid die langzaamaan een plek in zijn hart had gebrand of misschien was er nog steeds een beetje van zijn oude zelf diep in hem. Een stukje van vroeger dat niet weg was gekwijnd en dat hem deed verder stappen en door de ingang lopen. Hoe dan ook, voordat de kater het wist was hij ineens in het kamp. Alles was zo anders dan dat hij zich herinnerde, maar tegelijkertijd zo hetzelfde. Er liepen apprentices heen en weer, druk bezig met hun taken terwijl er bij de nursery kittens vrolijk aan het spelen waren alsof er geen kwaad in de wereld bestond. Het was raar voor de kater om in het kamp te zijn terwijl dat iedereen wakker was, hij was er ondertussen al gewend aan geraakt om zo vroeg te vertrekken en zo laat terug te komen dat hij zowat nooit iemand wakker zag. Om eerlijk te zijn was het best overweldigend. Dat is waarom de warrior zo veel mogelijk in de schaduw bleef terwijl hij zijn weg begaf naar de den van de leader, een plek die zoveel herinneringen bezat voor de kater dat er een kleine brok in zijn keel kwam toen het in zicht kwam. Toch bleef hij zo moedig mogelijk verder lopen, iets dat direct verdween toen hij bij de ingang van de leader’s den terecht kwam. Zodra hij stilstond begonnen zijn klauwen de grond onder zijn poten te kneden en begon zijn staart nerveus heen en weer te zwaaien. Het was zo ver, no backing out now. Na nog een snelle blik op zijn vacht om te controleren of het vertoonbaar was, erg dof maar niet meer zo in de war als eerder, sprak de kater zo duidelijk en zelfverzekerd als hij maar kon op het moment. Iets dat niet bepaald lukte door de kraak en stotter in zijn stem. “I-innerstar..?” Klonk de kater zijn nerveuze en bange stem. Wachtend op een antwoord keek hij naar de donkere den, half hopend dat ze er niet was zodat hij terug weg kon en dit allemaal kon vergeten.
[Innerstar]
|
|