Geluidloos sloop een bleek oranje kater door de heide heen. Er stond een stevige wind op. Dat was ook wel te voelen. Zijn vacht danste om hem heen. Twee gifgroene ogen staarde naar de schaduw van een paar bomen. Hij volgde iets.. En hij zou het te pakken krijgen ook. Heel langzaam zette Lionsoul een stap naar voren. De struiken om hem heen ruisten, maar verrieden niks van de rossige kater. Een sneeuwwitte achterpoot verdween langs een rots. Meteen rende de Windclan Warrior het hoekje om. Slippend kwam hij tot stilstand. Nog steeds in een instinctieve jachthouding. Met slippende achterpoten rende hij achter een spierwit konijn aan. Windclan katten stonden meestal bekend om hun hoge snelheid. Dat klopte dan ook wel. Zijn prooi stoof alle kanten op. Het leek nooit moe te worden. Maar Lionsoul gaf niet op. Als een speer raasde hij over de vlakte heen. Dwars door de struiken heen. Behendig sprong hij naar een omgevallen boomstam. Snel zette de kater zijn nagels in het hout. Met zijn achterpoten zette hij af, en sprong over de stam heen. Maar het konijn leek hem slim af te zijn. Het zat nog op de boomstam. Een staartlengte naar rechts. Het wachtte geen seconde, en spurtte weg. Lionsoul sprong weer op, en zette zijn jacht op het diertje voort. Alle kanten en bochten nam het, maar de kater bleef het in de gaten houden. De sneeuwwitte prooi vluchtte door een holle boomstam heen. De Warrior dacht heen moment na, en wachtte aan de andere kant af. Het konijn had hem blijkbaar niet in de gaten, en rende om hem af. Met zwiepende staart werden zijn pupillen al groter. Net voordat de prooi eruit kwam, haakte de kater het konijn met zijn nagels vast. Met een snelle beet was het dood. Lionsoul ging zitten. Zijn flanken gingen snel op en neer. Snel stuurde hij een bedankje naar de StarClan voor de goede vangst. Van dat gerace besloot hij even te gaan drinken. De WindClan Warrior pakte het slappe lichaampje op, en liep naar het Kleine meer. Dat was de perfecte plek om te kunnen drinken. Zijn vangst legde hij in de bosjes vlakbij hem. Langzaam liep de bleek oranje kater naar het water toe. Een grote kater kwam tevoorschijn in de weerspiegeling. Lionsoul knikte het toe. Hij liet zijn tong zachtjes over het vloeistof glijden. Langzaam kwam het naar binnen. Een paar minuten later likte hij zijn mond af. Misschien was het weer eens tijd om terug te gaan naar het kamp. Maar daar kwam een Clangenoot aanlopen. Blijkbaar van plan om wat te gaan drinken. Net als hijzelf. Geduldig wachtte Lionsoul af. 'Oh, hai,' Groette hij glimlachend. Rustig ging de kater zitten, en gaf een lik over zijn poot.
[Elke WindClan kat mag reageren. ^^]