We're part of a story, part of a tale. We're all on this journey, no one is to stay. Where ever it's going. What is the way?
Welcome
Warrior Cats is een rollenspel gebaseerd op de serie 'Warriors' van Erin Hunter. Je verkent hier al schrijvend de geliefde wereld van de Clankatten, rogues en kittypets. Dit doe je door je eigen karakter aan te maken, waarbij je bijna alles zelf mag bepalen over uiterlijk en karakter. Wild of tam, goed of slecht, sociaal of eenling? Help jij oorlogen te voorkomen? Of ben je een van de katten die hongerig opzoek is naar een groter territorium en meer macht? Het kan allemaal op Warrior Cats.
KIND OF WEATHER
NEWLEAF
Season
Newleaf, 10°C - 20°C
Langzaam maar zeker komen de eerste bloemen weer op. De zon breekt weer door wat zorgt voor een aantal warme dagen. Newleaf zet alles in volle bloei.
Onderwerp: Shall the lost ever return? zo 22 mei 2011 - 10:58
Een witte poes liep voor de eerste keer in manen de Den weer in. Haar lichaam droeg een witte krans van licht om haar heen die wegviel toen ze de schaduwen van de Den instapte. Ze zag er normaal uit, als een gewone Warrior die terug kwam van een patrouille. Risingvoice wist wel beter. Haar broer Leopardstrike had haar naam verteld, Risingvoice. Het klonk haar lekker in de oren, fijn ook. Zachtjes mompelde ze haar naam om haar wat rustiger te worden en stapte de Den in. De geuren, kleuren en gezichten leken heel bekend. Toch remde iets in haar kop alle prikkels af. Maakte ze vaag en onbekend. Een beetje hulpeloos stond de witte poes midden in de Den. Kijkend naar iedereen en alles om haar heen. Sommige lagen naast elkaar te slapen andere praatte of waste zichzelf. Hoe langer ze zo stond hoe meer Risingvoice het gevoel kreeg dat ze hier helemaal niet thuis hoorde. Bij Leopardstrike in zijn Den was het veilig. Bekend en de fijne geuren van kruiden die je slaperig en doezelig maakten. Maar dit.. Onwennig huiverde ze en liep snel in een duister verscholen hoekje van de Den waar ze uit het oog ontsnapte. Moet ik hier mijn hele leven doorbrengen? Dacht Risingvoice benauwd. Alles in haar schreeuwde er al om weg te rennen, weg uit deze plek terug naar haar broer. In feiten was de witte poes bang. Bang voor wat ze hier moest tegenkomen. Leopardstrike had gezegd dat het goed voor haar was om weer onder de katten te komen. Dat ze verantwoordelijkheden had en dat ze snel haar geheugen kon terugkrijgen als ze bekende dingen zag. Maar het punt was dat ze niks herinnerde van deze Den. Alles kwam haar bekend voor en ook weer niet. Alsof twee partijen een welles nietes spelletje speelden en haar twijfelend lieten wachten tot een van de twee partijen won. Risingvoice legde haar kop op haar poten en keek moe de Den in. Wat nou als ze vrienden of bekenden tegenkwam en ze niet herkende maar zij haar wel? Wat dan, was het dan gedaan met die vriendschap? Risingvoice snapte überhaupt niet wat ze bedoelde met vriendschap. Liefde kende ze wel, het warme gevoel wanneer haar broer bezorgd naar haar keek of verzorgde. Volgens hem had ze een goede band met ene Quietwind, het klonk wel bekend. Maar ook weer niet. Zoals alles wat ze tegenkwam eigenlijk. Hoe langer de poes er over na zat te denken hoe depressiever en donkerder de gedachtes werden. Kreeg ze ooit haar geheugen terug of was ze gedoemd tot het leven wat ze nu leidden. Verward en alleen.
Onderwerp: Re: Shall the lost ever return? di 14 jun 2011 - 18:06
Een vreselijke tijd was aangebroken voor de kater sinds de dag dat Risingvoice op mysterieuze wijze haar geheugen verloor. Het deerde hem niet hoe ze het verloren was, hij wou enkel en alleen dat ze het terugkreeg. En toch… Toch wou hij haar niet meer onder ogen komen. Iedere nacht had hij dezelfde droom, of geen. De nachten zonder waren de beste… Want die met waren afgrijselijk, gevuld met nachtmerries. Hij wou haar terug, zo graag. Hij was alleen, met zijn verdriet, en kon het met niemand delen. Niemand zou weten hoe hij zich voelde, zelfs de leidster niet. Hij was alleen. Hij veranderde, werd kil tegenover werkelijk iedereen. Hij zweeg, sprak bijna nooit. Af en toe zei hij iets, maar enkel omdat het moest. Hij ging wel uit jagen, maar alleen. Patrouilles deed hij omdat het verplicht was, maar meer niet. Anders had hij die ook vermeden. Hij sliep alleen, at alleen. En als het zo nu en dan kon, jammerde hij en huilde hij alleen. Stortte zijn hart uit tegen zijn spiegelbeeld. Huilde tot hij niet meer kon en uiteindelijk in slaap viel, alleen bij het meertje. En niemand… Werkelijk niemand zag het. Ze zagen alleen dat hij niet meer wou praten, meer niet. Ze waren blind, één voor één.
Sloffend liep hij de den in. Hij was moe en wou slapen. Hij zou toch weer nachtmerries krijgen, zouden zorgen dat zijn slaapgebrek nog erger werd. Maar hij weigerde naar Leopardstrike te gaan, wetende dat Risingvoice ook in die den zou zijn. Hij wou haar niet zien, haar blik zou hem verscheuren. En dat kon hij nu niet meer gebruiken. Hij kon eigenlijk niets gebruiken. Enkel een Risingvoice die hem wél herkende. Hij bleef staan, kneep zijn ogen tot spleetjes. Geweldig, er lag iemand op zijn plek. Ach, hij was zijn tong niet verloren. Een woord zou genoeg zijn om die kat weg te jagen van zijn plek. Hij bleef voor de kat staan, torende er bovenuit. Zijn houding had iets kouds, afstandelijks. ‘Je ligt op mijn plek,’ siste hij, overduidelijk niet blij. Hij toonde de kat geen blik waardig, wat zou het toch voor zin hebben? Toch gleed zijn blik op haar, uit nieuwsgierigheid. Hij verstarde. Zijn hart sloeg een slag over. De kat die op zijn plaats lag… Was Risingvoice. Was het dan toch allemaal een nachtmerrie geweest? Was ze weer genezen? Nee, Quietwind, wees toch niet zo’n dwaas, snauwde hij zichzelf af in zijn gedachtes. Anders zou ze daar niet hebben gelegen, en zou die hel er nooit zijn geweest. Met een stalen gezicht bleef hij op de poes neerkijken, zei niets. Hij kon niets zeggen, had een brok in zijn keel. Waarom was ze hier eigenlijk, en waarom op zijn plaats nogwel.
"You never know what you have until its gone... gone...gone..."
Onderwerp: Re: Shall the lost ever return? do 16 jun 2011 - 12:34
Rising voelde een huivering door haar lichaam trekken. Iemand daar boven mag bij echt niet, dacht de poes, waarom ruik ik uitgerekend hém? Met haar ogen vermeed ze de ingang van de Warrios Den. Het liefste stond ze nu op en liep ze weg zonder hem een blik waardig te gunnen. Die kater had ze genoeg gehoord in de Den van haar broer. Smekend, dwingen en wanhopig dat ze hem moest herinneren. Risingvoice herinnerde zich simpelweg geen kater met een witte vacht met koffiebruin die haar vriend moest zijn. Door Leopardstrike voelde ze zich lichamelijk al wat beter goed genoeg om uit zijn Den te trekken al was het met tegenzin. Alleen geestelijk was ze nog in de war maar zelf dacht Rising het allemaal weer op orde te hebben, zover dat kon. En al was ze haar geheugen kwijt, of gewoon lang ziek geweest. Er moest toch op z'n minst een belletje rinkelen als ze Quietwind zag? Geur, kleur iets van herkenning? Maar nee niks, hoe hard ze ook nadacht over de kater ze kreeg er alleen maar zware koppijn van. Quietwind was gewoon een vreemde kater, dat kon niet anders. Oké ze gaf toe, misschien had ze ooit een woord met een gewisseld, misschien zelfs twee. Hij zat immers in de dezelfde Clan dus dat was nogal logisch. Maar vrienden? Nee dat was onmogelijk.
Een nijdige sis blies in haar oren. Geergerd keek ze op, watt nou weer? In gedachten vloekte ze alles bij elkaar. Een witte kater met bruin siste dat ze zijn plek had ingepikt. Die kater was Quietwind. Haar ogen werden weer groot als schaaltjes. Quietwind zelf keek haar niet eens aan. Haar haren rezen op met haar oren naar achteren. Haar poten maakte zich tot klauwen, Rising kreeg de neiging om flink uit te halen naar de kater. Risingvoice wist ook niet waarom ze zich inhieeld. Misschien omdat hij er nogal slecht uit zag? Slechter dan die keer in de Medicine Den. Zijn ogen hadden een mist van pijn en een verdriet. Maar ook zacht gloeiende kooltjes van woede en wanhoop. Gebroken vanbinnen maar een scherm stond voor zijn ogen en weerhield de emoties zich te laten zien aan de buitenwereld. Ongemakkelijk bij het zien van de gekwelde kater keek ze weg. Nee ze had geen medelijden, toch? Hij was degene die zich schuldig moest voelen, hij had haar in de war gemaakt en doen twijfelen maar uiteindelijk bleek ze gelijk te hebben. Dit was zijn eigen schuld. 'Hoe moet ik nou weten dat dit jouw plek is?' Merkte ze vinnig op. Deze dag kon niet erger worden..
[Ik was te lui om het over te typen :'D Nu ben ik een broodje kroket eten Zei toch dat Rising gemeen deed xD]
Onderwerp: Re: Shall the lost ever return? do 16 jun 2011 - 13:27
Hij kon het niet. Hij kon het gewoon niet. Hij wou die ogen niet meer zien. Hij wou niet dat zijn beeld van ze zou veranderen, hoewel dat allang was gebeurd. Maar hij was nog te koppig om dat in te zien. Hij was nog te wanhopig, koesterde zijn hoop nog te veel. Het verscheurde hem, maakte hem iedere dag meer kapot. Het leek alsof zijn levensenergie er in een stortvloed uitstroomde. Iedere dag… Steeds meer. Hij was zichzelf aan het verliezen, meer dan hij had gehoopt. Hij was ervan overtuigd dat hij beter was geworden; het was echter alleen maar erger geworden. Hij was gebroken, verscheurd. Hij was mentaal te zwak om nog een grote wending te kunnen verdragen. Het zou hem kapot maken. Het zou hem gek maken. En toch wou hij dat er een wending zou komen, de enige wending die hij zou kunnen verdragen. De wending die hij koesterde met al zijn hoop, wetende dat hij toch niet zou komen. Het was al te laat; het zou niet meer gebeuren. Hoeveel hij ook zou hopen, smeken of bidden. Het zou niet gebeuren, punt uit. Einde discussie. Het was over. Hij zou ermee moeten leven, en dat was het. Meer kon hij niet doen. Er werd geen medelijden getoond, dat was er eigenlijk ook nooit geweest. Maar het was moeilijk om dat onder ogen te zien. Toen de Risingvoice, die hij kende, er nog was… Was zij dat kleine lichtpuntje geweest dat hem de nodige zelfvertrouwen had gegeven die hij nodig had. Maar nu… Ze was weg en kwam niet meer terug. Ze had zijn zelfvertrouwen hardhandig op de grond gegooid en kapot getrapt; zonder het zich te realiseren.
Haar stem trok hem weer terug uit zijn gedachtes. Zelfs haar stem klonk vreemd in zijn oren. Ze was een wildvreemde… Maar toch ook weer zo bekend. Hij moest haar aankijken, het moest. Maar hij kon het niet en wou het niet, maar het moest. Hij hapte één keer naar adem, liet met moeite zijn blik omlaag gaan. Gelukkig, ze keek hem niet aan. Dat was tenminste nog een gunstig ding hieraan. ‘Je had het kunnen ruiken,’ miauwde hij nuchter. Het was niet kil, niet chagrijnig. Er lag geen emotie in. Het was monotone, met moeite en geforceerd. Maar het was hem wel gelukt. Hij kon niet op haar uitvallen, hij kon het eigenlijk tegen niemand; maar vooral haar niet. Hoewel haar ogen en stem onbekend waren voor hem, was haar gestalte o zo vertrouwd. Het deed pijn om dat te realiseren, maar toch deed hij het. Hij kon niet anders. ‘Je weet niets meer, je wist niet eens dat je een Warrior was hè?’ Hij liet zijn achterste zakken, tot deze de grond raakte, en sloeg vervolgens zijn dikke staart beschermd om zijn voorpoten heen. ‘Logisch dat je het niet rook; je gedraagt je weer net als een Apprentice.’ Het was eigenlijk best ironisch. Het was vreemd; hij kon normaal tegen haar praten. Maar dit kwam enkel door het feit dat hij zich niet verlegen voelde in haar bijzijn, hoe vreemd haar ogen ook waren, hoe fel en sissend haar stem ook was. Haar trekjes en gestalte bleef te bekend om het als een vreemd iets aan te zien.
* En in mijn ogen doet Quiet heel flauw ;p
"You never know what you have until its gone... gone...gone..."