Welldone, my lady {Sushi}

De laatste tijd had hij zich rustig gehouden. Er kwamen nog amper vreemdelingen op zijn gebied omdat deze te bang waren, bang voor de naam van de rogue groep die dit gebied had geclaimd. Een aantal van zijn leden waren vertrokken, waarschijnlijk omdat de druk hen te veel werd. Nu waren ze weer terug bij af, een kleine groep, maar al wel met een grote naam. Niet zo groot als BloodClan, maar de Terror Claws waren vast en zeker de meest beruchte rogue groep van het moment. Gravepath kwam uit het ondergrondse hol zetten wat hun den was en ging in het kamp met de wand van rozenstruiken zitten. Hij had een konijn met zich meegenomen vanuit het ondergrondse hol en was deze nu aan het opeten.

{First Sushi}

De grote roguepoes had de kitten alleen gelaten, ze had hem de opdracht gegeven te jagen voor zichzelf. Nog even en ze zou hem aan Gravepath voorstellen, maar nog niet. Onderweg terug naar het hol greep ze het de vogel mee die ze eerder had gevangen, uit puur geluk maar wie gaf daar nou om, zij had hem toch. Haar staart sloeg even heen en weer toen ze de lucht op snoof. Het was al een tijdje geleden sinds ze een andere kat op hun territorium had gezien, bang zeker, niet raar ook. De echte leden van Terror Claws, de leden die waren blijven hangen, die waren angstaanjagend. Zij was een van de eerste katten die zich bij de groep had gevoegd en was een van de laatste die er nog was, de rest waren watjes, dat ze opgaven. Rustig stapte Sushi door de rozenstruik heen, de doorns streken door haar vacht terwijl enkele slappe rozenblaadje op haar vielen. Ze wou het hol in open maar schudde eerst de blaadjes van zich af waardoor iemand in haar ooghoek opviel. Gravepath. Kort knikte ze naar hem als begroeting en liep naar hem toe. 'Goodmorning' begroette ze hem normaal toen ze de vogel had laten vallen.