Bue-eye liep de Warriors den binnen. Ze had het koud, en was moe. Al die vragen die constant in haar hoofd zaten. De grote sneeuwvlokken die aan haar witte vacht gekleefd zaten smolten en water drupte op de grond. Ze schudde zich een beetje uit, en ging liggen. Zo moe, zo druk in haar hoofd, zoveel vragen. Waarom deed ze hoe ze deed? Waarom was ze wie ze was? Waarom moest ze zoveel denken? Ze deed haar ogen dicht, en probeerde wat te slapen. Maar het lukte niet. Waarom was ze moe, maar kon ze niet slapen? Ze keek om zich heen, naar de andere katten in de den. Ze herkende er een paar, maar ze kon geen naam bedenken. Na een lange tijd piekeren viel ze in een onrustige slaap.