marijn 1560 Afwezig
| |
| Onderwerp: [Fanfic] Warriors: Bloodclan's return. vr 19 apr 2013 - 0:02 | |
| Ik verveelde me, en besloot dus een verhaal te schrijven over warrior cats. Het is lang na de nieuwe profetie en alles, en een nieuwe nieuwe profetie begint. Daar gaat dit verhaal over, tips welkom, en in het begin is het altijd een beetje saai. Nederlands geschreven. Ik hoop dat je het wil lezen. - voorkant boek:
- achterkant boek:
- ~Proloog.~:
Het maanlicht scheen op een stel katten. Een zwart-grijze kater die de sterkste van allemaal leek stond op een rots en sprak tegen de katten. 'Vanaf vandaag, zal ik, de nieuwe leider van de bloedclan klauw, leiden. We zullen terug keren in het bos, nadat Vuurster onze oude leider, Schurk, heeft gedood. BloedClan zal wraak nemen, iets dat de katten nooit meer vergeten!' Een zwerfkat kwam uit de bosjes. 'Nee! Ik zal jullie tegen houden!' Zo te ruiken, dacht Klauw, had deze kat eerder bij de Donderclan geleefd. Waarom hij had verlaten wist hij niet. 'Ik ben nog sterker dan Schurk de eerste leider, jij bent alleen. Hoe durf je me te onderbreken!?' miauwde Klauw naar de kater. Hij was blauw-grijzig met een beetje wit af en toe, en helder groene ogen. 'Kom maar op!' daagde de kater hem uit. 'Niemand verslaat mij!' Riep Klauw, en wou op hem af springen. Hij stopte toen de andere katten mee wouden aanvallen. De zwart grijze kater hield ze tegen. 'Laat mij maar. Dit is mijn gevecht.' miauwde Klauw, de katten gingen achteruit voor het gevecht. 'Dat je gaat verliezen!' spotte de kater. Klauw werd het nu echt zat. De kater sprong met volle kracht van de rots en stak zijn lange scherpe klauwen uit halferwege de sprong. Zijn tegenstander wou ontwijken, maar faalde. Klauw voelde een scherpe tand in zijn vacht boren en sloeg zijn tegenstander gelijk om. Hij gaf hem zo veel mogelijk wonden dat hij van pijn niet meer verder kon vechten. Klauw's nagel ging over de oog van de kater, er percies onder, maar toch deed het te veel pijn voor de tegenstander om hem open te doen. Klauw ging bij zijn nek staan, zijn tegenstander kon niks meer doen. Hij had moeite met ademhalen. Toen beet Klauw zijn tegenstander, en zijn tegenstander, stopte met bewegen, of iets anders. 'En dat,' begon Klauw na een tijdje stilte, tegen zijn katten die met open ogen stonden te kijken. 'Is waarom ik nu de nieuwe leider ben.'
--
Het was nu een kwart maan geleden dat Klauw de kat naar de sterrenclan had gebracht. De katten in de clans wisten nog niets van dat BloedClan al snel terug zou keren, voor wraak. Ergens in de Donderclan sliep een jonge leerling die nog net leerling was. Snelpoot, een witte poes met groene ogen, die dicht waren. De poes had een droom.. een van de sterrenclan. 'Snelpoot.' miauwde Blauwster. 'Ik ben hier om je een bericht te geven van de sterrenclan.' Snelpoot keek verbaast, ze keek de blauwe poes met grote groene ogen aan en kwam over het gras dichterbij, om te luisteren wat de poes te zeggen had. 'Bloed zal vloeien door het woud. Water zal komen, en prooi zal minder worden. Maar snelheid zal de clan redden.' Snelheid zal de clan redden? Maar de windclan was toch snel? Waarom krijg ik deze droom? Is deze wel van de sterrenclan? Is dit gewoon mijn fantasie? Alle vragen gingen door Snelpoot's hoofd, een wou ze al te graag het antwoord op hebben: Zou de medicijnkat deze droom ook hebben gehad?
- ~Hoofdstuk 1~:
De zon kwam langzaam op en dat was goed te zien. Een witte poes opende haar witte ogen. Ze schrok even; dit was de kraamkamer niet? Toen wist ze het: Gisteren was ze leerling geworden. Ze miste ook de warme zachte vacht waar ze altijd in sliep, van haar moeder, Lichtvlek. Dat was een witte poes met oranje vlekken, haar broer, die leek meer op hun vader, Roodklauw. Zijn leerlingen naam was Stropoot, en zijn vachtkleur was de kleur van het stro. Hij had een witte buik, maar voor de rest was hij stro-kleurig met iets donkerdere strepen. En blauwe ogen, donkerblauw, ze waren niet zo helder te zien. 'Snelpoot! Wordt eens wakker! Weet je nog: training? Leerling? Krijger worden?' Snelpoot keek haar broer slaperig aan. 'Ons doel?' ging hij door om haar wakker te krijgen, over het krijger worden. Nu opende de poes haar ogen helemaal en was niet meer moe. 'Oh ja!' miauwde ze. Haar mentor was Grijsstaart. Een grijze kater met een iets donker grijze staart. En helder blauwe ogen. 'Ik ga al naar Grijsstaart, ga jij nou maar naar Donkervacht. Hij wil vast ook wel trainen.' miauwde ze toen. Stropoot knikte, en rende het leerlingen hol uit. Op weg naar haar mentor, dacht ze aan de droom die ze had. Ze moest iets doen maar wat? Zodra ze de kans kreeg, met de medicijnkat praten. Die moest haar wel begrijpen, en misschien zou ze ook wel vertellen of het gewoon haar fantasie was, of echt een teken. De medicijnkat was een aardige kater. Hij had een rode vacht met ietsje donker rode strepen, met witte buik, snuit, en puntje van zijn staart. En gele ogen, zijn naam was eh, eh.. Snelpoot moest even denken. Roodstaart, Roodstreep, rood- Roodhart! Dat was het: Roodhart! En zijn leerling poesje, een grijs-zilver poesje met amberkleurige ogen. Grijspoot. Het klonk als een jongensnaam, maar de leider, Groenster, had al een mooie naam voor als ze een echte medicijnkat was, grijsroos. Dat was haar wel vertelt, toevallig luisterde Snelpoot toen mee. Toen ze nog snelkit was. 'Kom je nog, Snelpoot!? Of ga je de hele dag daar staan dagdromen, terwijl je ''sloom loopt''?' miauwde haar mentor's stem. Snelpoot schudde haar kop heen en weer om haar op haar training te richten. Ze snelde met volle kracht naar Grijsstaart. Even leek de grijze kater het goed te vinden dat ze al zo snel kon voor een leerling, maar dat was na één en halve seconde al weer voorbij. 'Sorry, Grijsstaart, ik-' miauwde ze zo snel als ze kon. 'Het is al goed, Snelpoot. Laten we gaan. Vandaag laat ik je het hele territorium zien,' miauwde hij. Snelpoot keek blij, met haar ogen keek ze haar mentor aan. Een avontuur! Eindelijk het kamp uit! Maar wat hij daarna vertelde was minder leuk. 'Maar daarna laat ik je zien hoe je mos verzamelt voor de oudsten, en hoe je hun moet verzorgen.' Snelpoot's blijheid ging als sneeuw voor de zon weg. Haar mentor keek haar aan. 'Wees blij, snelpoot. Toen ik leerling was moest ik drie dagen lang voor de oudsten zorgen omdat mijn mentor het te druk had, ik mocht nog niet eens het kamp uit alleen voor mos!' Snelpoot grijnsde, zij mocht tenminste het territorium bekijken! Als eerste in de training! En voor de oudsten zorgen, maar daar dacht ze maar even niet aan. Sluwpoot kwam aan, dat was een leerling die altijd andere leerlingen pestte, wist Snelpoot. Oh nee, zou hij nu ook haar gaan irriteren? Ja, dat deed hij. 'Haha! Ik heb al jachttrainingen! En jij moet alleen nog maar de oudsten verzorgen? Zie je wel, daar gebruiken ze je alleen voor!' spotte hij, maar Grijsstaart keek hem boos aan waardoor hij wegging, voordat hij straf kreeg. Roodhart kwam langs met wat kruiden in zijn bek, dragend naar het medicijnkat hol. Hij merkte Snelpoot en Grijsstaart niet eens. Het leek of hij het druk had met een gewonde kat te verzorgen. Dat herrinerde de jonge witte leerling, dat zij nog met hem moest praten, maar zodra het kon. 'Laten we gaan.' miauwde Grijsstaart. Ze gingen de tunneldoor, om het territorium te verkennen.
- Hoofdstuk 2:
Zonhoog was voorbij, en de zon begon langzaam al naar onder te gaan. Snelpoot had het leuk gehad toen ze het territorium samen met haar mentor had ontdekt. Er was een stinkend donderpad, maar ook een uilenboom, en zandkuil, daar zou ze nog vaak genoeg komen. Toen haar mentor vertelde over de zonnerotsen, dat rivierclankatten vaak komen om dat territorium terug te winnen. Dat het eigenlijk van hun is, maar is dat zo? Maar nu was de tijd van territorium ontdekken voorbij en moest ze voor de oudsten zorgen. Ze liep het hol in. 'Eindelijk, een leerling, die Stropoot duurt veelste lang met mijn mos.' klaagde Kortstaart. Snelpoot keek verveelt, waarom mocht ze niet jagen ofzo? 'Je kunt beginnen met mij een muisje brengen, jonge Snelpoot. Daarna kun je wat nieuw mos halen, dit mos heb ik nou al een maan.' miauwde hij. Een oude kat met een litteken, bijna over zijn oog maar net niet, miauwde 'Kortstaart, laat haar nou niet gelijk te hard werken. Snelpoot, haal jij het mos maar, ik zorg wel dat Sluwpoot een muisje of twee haalt.' Snelpoot glimlachte zwak, ze was blij dat hij haar verdedigde, maar toch. De kat, hete, eh.. bruinvacht ofzo. 'Ik ga al.' miauwde Snelpoot, en snelde het kamp uit. Waar moet ik nou in hemelsnaam mos vinden? Ze liep door, en door, en door. Totdat ze eindelijk mos vond. Ze pakte het op, maar toen ze weg wou gaan hoorde ze stemmen. Ze keek door de struiken, de poes zag dat ze al helemaal naar zonnerotsen was gegaan! Een jonge kater, een leerling, zat daar en richtte zich op een muisje. Maar wacht eens... dat was een RivierClan leerling! Hij had een witte buik en snuit en poten, maar grijs-lichtblauw boven. En strepen, ja hij was heel mooi. Met zijn helder blauwe ogen richtte hij op de prooi. Hij miste het. Ha, dat krijg je als je op DonderClan territorium jaagt! De muis vluchtte langs haar, ze probeerd het nog dood te klauwen terwijl het langs haar glipte, maar faalde. Een oudere RivierClan krijger ging naast de leerling staan. 'Probeer je houding een beetje zo te doen, dan hoort de muis het minder snel.' de krijger deed het voor, en de leerling keek toe. 'Is dit niet DonderClan territorium, Blauwvacht?' vroeg hij. 'Nee. Het lijkt misschien zo, maar dat is het niet. Stroompoot, kom nou mee.' miauwde hij, en wees met zijn staart naar een andere rots. 'Daar verschuilt zich nog een muis, raak deze wel, oke?' Nu moest Snelpoot iets doen, ze kon niet langer toekijken hoe deze twee trainden alsof het hun territorium was! Dit was van de DonderClan! Snelpoot draaide zich om maar remde al snel, want ze keek recht in de amberkleurige ogen van.. 'Sluwpoot!' siste ze. 'Aan de kant, straks horen je ze nog!' Sluwpoot keek haar aan en fluisterde. 'Ik zag het wel hoor,' begon hij fluisterend. 'Wat!?' miauwde snelpoot boos maar zo stil mogelijk. 'Dat je ze gewoon hun gang laat gaan! En ondertussen hun manier van jagen ''steelt!'' siste hij. 'Bespioneer je mij soms?!' miauwde ze boos, maar nog zacht. 'Nee, ik was gewoon nieuwsgierig waar je heen ging! Dat je mijn geur niet eens rook, typisch kittens die nog niet te oud zijn om leerling te worden!' miauwde hij. Ze was zés manen, zés manen, ze had zés manen braaf gewacht tot haar ceremonie! En Sluwpoot sloop alleen maar het kamp uit in zijn kitten tijd! Helaas voor haar, had Sluwpoot het iets te hardop gemiauwt. 'Ik hoor stemmen, laten we gaan, stroompoot.' miauwde Blauwvacht. 'Maar het is toch ons territorium? Waar ben je bang voor?' vroeg Stroompoot nieuwsgierig. 'Leg ik je uit in het kamp, nu weg hier!' ze renden weg. 'Fijn! Je hebt ze weggejaagt!' miauwde snelpoot boos naar Sluwpoot. 'Ik!? Nee, jij! Wacht maar tot Groenster hoort dat jij twee RivierClan katten aan het bekijken was die op ons territorium waren, zonder ze aan te vallen of een oudere krijger te halen, gewoon maar wat stond! En ze weg heeft gejaagt! En geen mos voor de oudsten gehaalt, maar gewoon lekker naar zonnenrotsen gegaan is!' miauwde Sluwpoot boos en was al weg. 'Muizenbrein!' miauwde hij er nog snel achteraan. Snelpoot's staart ging laag, net als haar oren en langzaam liep ze naar het kamp terug. Het begon te regennen, en de geuren van RivierClan gingen dus ook weg. Groenster zal haar toch wel geloven? Toch? Toch?
Laatst aangepast door kittypaw op za 20 apr 2013 - 0:25; in totaal 2 keer bewerkt |
|