Het was een kille dag, wat logisch was voor Leaf-fall, en zo nu en dan viel er eens een regendruppel uit de bewolkte hemel waar normaal de zon stond te schitteren, en de katten verwarmde. Koude briesjes woeien door het kamp en lieten de katten rillen op hun rug, waarvan hun haren, één voor één, omhoog gezet werden. Twilightmoon hield wel van dit weer en het was minder moeilijk om te gaan jagen. Alle bladeren vielen op de grond dus schrokken de prooien minder snel. Ook moest hij minder bukken, want zijn vacht werkte lichtelijk als camouflage. Daarom besloot hij te gaan jagen, en nam de WindClan kat zichzelf voor om met een grote lading prooi terug te keren. Eerst wandelde hij langs de rotsen, daar waren vaak konijntjes of vogels te vinden. In plaats van een prooi, vond hij een al best oude Apprentice uit de Clan, die -aan de geur te herkennen- Wingedpaw heette. Door het geknars dat zijn afgeronde klauwen maakten op de karde rotsen, liepen alle dieren weg en kon hij niets vangen. De grote warrior besloot het katertje te volgen, om te zien wat hij zou doen. Hier zou Twilightmoon nog wel een pleziertje aan kunnen beleven! De grijze Apprentice liep eerst nog een eindje verder over de rotsen, geruisloos gevolgd door de WindClan kater. Toen hij van de rotsen afsprong, landde hij in wat hoog gras, gelegen naast de grote stenen. Hij besloot de kat wat voor te laten en hem te volgen op zijn geur, anders zou hij veel te snel opgemerkt worden. Een aantal minuten sloop Wingedpaw door het gras, en de warrior volgde hem nog steeds. Opeens kreeg hij iets door van de aanwezigheid van Twilight, hij was te dicht in de Apprentice zijn buurt gekomen, en hij had vast zijn geur geroken, ook was de wind lichtelijk van richting veranderd waardoor hij het katje niet meer rook, maar wel omgekeerd. De grijze kater zag van op een kleine afstand hoe de grijze kat zijn hoofd draaide dus dook hij zo diep mogelijk in het gras. Terwijl hij de geur terug lichtelijk kon opvangen, sloop hij verder in zijn richting. 'Wie is daar?', miauwde hij zachtjes terwijl hij zijn grijze lichaampje in het gras liet verdwijnen. Dat deed hij net op het moment dat Twilightmoon bijna bij hem was gearriveerd. Heel onverwachts sprong hij op uit het gras en zag hij hoe een paar diertjes geschrokken weg spurtte. "Je moet beter letten op je sluip techniek. Je zakt wel goed door je poten, maar je moet er op letten dat je je klauwen ingetrokken houdt tijdens het sluipen zelf. Als je voor je prooi staat moet je nog dieper zakken, op je achterpoten gaan steunen, en dan je klauwen ontbloten, vlak voor de aanval", zei hij, de Apprentice helpend. Zijn blik was kalm en toonde weinig emotie, maar een heel aantal vragen suisde door zijn hoofd. Dat katertje was al volgroeid, en meer dan een jaar oud, maar was nog steeds geen warrior? Hij staarde Wingedpaw een beetje vragend aan. "Oh, ja, bijna vergeten. Mijn naam is Twilightmoon. En de jouwe,... Wingedpaw, toch?", vervolgde hij. Twilight wist bijna zeker dat het zijn naam was, maar het was nooit prettig om anders genoemd te worden, en steeds ongemakkelijk!