Hij was niet bang meer voor het onbekende, niet dat hij geen vrees had. Nee hij had naturlijk wel vrees, maar hij was zelfs bereid met zijn moeder mee te gaan naar de Bloodclan. Hij kon zich er wel buiten houden, maar sinds zijn vader ook vreemd is gaan doen was er niet veel meer wat hij kon doen. Zijn zusje Dayo stond ook al op haar eigen pootjes net zoals hij deed. Maar zijn gezelschap was behoorlijk vreemd, meer dan vreemd zelfs. Misschien wel gewoon eng om zo te zien. "Hallo daar.." Fluisterde zijn gezelschap en een rilling trok over zijn rug. De toon beviel hem niet, niemand begon een gesprek op zo'n toon. En zeker niet als je gesprekspartner een onbekende is. ''Hoor jij hier wel te zijn kleintje?" Vroeg ze zacht en glimlachte vriendelijk. Zijn oren schoten half naar achteren zodra hij dat hoorde. ''Ik behoor te zijn waar ik mijn poten neerzet, en ik ben niet klein.'' antwoordde hij een tikkeltje bot. ''Ik ben oud genoeg om te gaan en te staan waar ik wil, en niemand die zegt dat ik dat niet mag doen.'' Zijn stem bleef kalm terwijl hij de onbekende poes bleef aankijken. Wat wilde ze van hem, of beter gezegd wat wilde ze met hem doen. Zelfs hij wist met zijn jonge leeftijd dat deze ontmoeting niks goeds voorspelde.