Het was stil en rustig in de medicine cat den, de eeuwige geur van verschillende helende kruiden en planten dreef door de lucht. Het had een verkalmende werking en het rook zoet. Boombladeren ritselden en ruisten zachtjes terwijl de wind er zachtjes doorheen blies, boomstakken bogen even opzij en lieten kleine stralen van zonlicht door. De zonnestralen bevlekten de zachte grond van de medicine cat den met licht, alsof het vol lag met bladeren van licht. Maar dat lag het niet. In een nest, daar vlak bij, lag een kleine apprentice. Haar witte vacht zat onder de wonden die nu langzaam begonnen te helen. Haar witte flank rees onregelmatig heen en weer en ze verkrampte af en toe. De witte poes werd geteisterd door nachtmerries...
~~~~~~~~~~~~~~~~
Icepaw's witte poten raakten de grond kort aan terwijl ze verder sprintte, weg van het diepe duister achter zich in het woud. De grond was doordrenkt met bloed, het kleurde haar poten rood. De grond voelde zacht en plakkerig aan onder haar poten. Het joeg haar de stuipen op het lijf. Waarom kwam er nou geen einde aan het bos?! Ze moest harder rennen, sneller, anders zou haar achtervolger haar inhalen. Ze hijgde zachtjes, takken sloegen haar in haar gezicht. Ze had haar ogen wijdopengesperd van angst. Bloed kleefde aan haar vacht, alles leek doordrenkt met bloed. Ze hoorde gelach achter zich, ijselijk gelach. De schaduwen begonnen haar in te halen, angstwekkend snel. Haar goudkleurige ogen waren bleek geworden van angst en haar vacht stond rechtovereind. Ze moest hier weg! Nu! Snel! Maar het was te laat, de schaduwen haalden haar in. Ze kon plots niet meer rennen, haar poten zaten vast gezogen aan de bloederige grond. Hoe hard ze ook probeerde, ze kwam niet los. Ze voelde zich gevangen, ze was gevangen.. 2 ijskoude ogen keken haar aan vanuit de schaduwen, al het koude van bladkaal leek in de ogen te vloeien. Een stem liet haar beven, de o zo bekende stem.. 'Denk maar aan een litteken, we zijn er altijd, nooit weg'. Een blinkende parelwitte klauw kwam op haar af suizen...
~~~~~~~~~~~~~~~~
Met een gil schrok Icepaw wakker, haar ogen groot en haar vacht recht overeind. Nee.. Hij kon hier niet zijn.. Hij was hier niet.. Ze was veilig, in de medicine cat den.. Ze keek om zich heen, haar oren plat in haar nek gelegd. Maar op de een of andere manier leek elke schaduw op Scourge.. Ze verborg haar kop rillend tussen haar poten en kneep haar ogen dicht terwijl zijn woorden opnieuw door haar kop spookten. 'Wij jagen hier. Waag het niet iets te zeggen. Als je vriendjes je straks komen redden, dan is het de andere Clan geweest. Doe wat ik zeg, want zoals ik eerder zei, ik ben er altijd. Één foute beweging, en ik zal er zijn, om af te maken wat ik hier ben begonnen'