________________________________________
Een lichte, geërgerde grimas verscheen rond Lilypaw’s gezicht toen ze naar boven keek. Het beloofde om een slechte, regenachtige dag te worden. De regen was ook al te ruiken in de lucht. Zou dit goed zijn voor de prooi of niet? Ze keek rond zich heen. Eigenlijk had ze niet zo’n zin om te wachten tot ze toestemming zou krijgen om te gaan jagen. Ze keek opzij. Ze kon de kraamkamer natuurlijk schoonmaken. Ze stond op en liep naar de kraamkamer toe. Ze merkte een geur op. Er was al iemand anders de kraamkamer aan het schoonmaken. Ze schudde haar kopje even, waarna ze een gromgeluid over haar lippen liet gaan. Haar staartpunt zwiepte geïrriteerd heen en weer. Het was ook altijd hetzelfde! Steeds als ze iets wilde doen voor de Clan was iemand haar voor. Geïrriteerd keek Lilypaw toe hoe de kraamkamer netjes opgeschoond werd. Terwijl zij dat eigenlijk ook wel had kunnen doen. Ze had nog geen mentor, dus ze kon ook niet zomaar even naar buiten gaan. Ze keek rond zich heen. Het volgende moment voelde ze de eerste regendruppels al kapot spatten op haar pels. Nee hè! Lilypaw keek naar boven en zag hoe de eerste regendruppels al in noodvaart naar beneden kwamen. Haar eerste optie was om weer terug naar haar Den te gaan, maar aan de andere kant vond ze het ook weer zo dom om zich te laten wegjagen door een beetje regen. Bovendien, als ze later een krijger werd zou ze toch ook tegen het slechte weer moeten kunnen? Dit liet Lilypaw besluiten om gewoon te blijven staan. Bovendien had ze ook geen zin om er op aangekeken te worden. Leerlingen zouden vast met haar lachen als ze hoorden dat ze zich al liet wegjagen door een beetje regen. Dat geluk gunde zij ze niet.
Lilypaw staarde naar de uitgang van het kamp en hield het toen niet meer. Zonder te kijken of er iemand in haar buurt was die haar toestemming kon verlenen, rende Lilypaw al naar de uitgang. Zonder gestopt te worden bereikte zij deze en algauw was ze buiten door de regen en de bladeren aan het rennen. De modder die opspatte maakte haar vacht vies, maar dat maakte haar niks uit. Als ze straks ging samentongen met de anderen zou al dat vuil wel verdwijnen. Lilypaw besloot zich daarop te focussen en rende steeds sneller en sneller. Ze zorgde ervoor dat ze netjes over in de weg liggende boomstammen sprong en zich tegelijkertijd nergens aan bezeerde. Algauw kwam ze terecht in een gebied waar veel prooi was. Dat wist ze nog van de vorige keer dat ze het territorium ging bekijken. Glimlachend keek de poes op, maar schrok van een geluid. Geschrokken draaide Lilypaw zich gauw om.
________________________________________