Lichtvoetig huppelde de kleine Littlepaw door het kreupelhout. Haar passen waren te vergelijken met die van een ballerina, zoals ze sprong en deed, met haar donkerbruine pootjes die amper de grond leken aan te raken. Ze stond alleen stil als haar blik op iets interessants viel, en in haar heldere blauwe ogen waren veel dingen interessant. Een bloem die nog in de bloei stond tussen de gevallen bladeren, een lieveheersbeestje dat de stam van een eik op kroop, een zwerm vogels die zich klaar maakte voor hun trek naar het zuiden. Allemaal trokken ze wel Littlepaw's aandacht en ze moest zich er keer op keer aan herinneren dat ze een afspraak had in de zandkuil. Vol goede moed was ze de ochtend vertrokken, blij dat ze haar trainingen weer had kunnen oppikken na het verlies van haar vorige mentor. In jagen was ze ondertussen zeer goed geworden, maar haar vechtvaardigheden hadden nog altijd aandacht nodig. Omdat ze zo klein en tenger van postuur was liep ze iets achter op de andere apprentices, haar training moest dan ook worden aangepast met speciale middelen. Met kracht kon deze kleine leerling het niet winnen, nee, zij moest het doen met haar snelheid en intelligentie. Littlepaw hoopte dat Moonstripe haar nog een paar goeie tactieken kon bijbrengen, zodat ze eindelijk die kloof tussen haar en de andere leerlingen kon overbruggen.
De crèmekleurige poes bereikte - wonderbaarlijk genoeg - op tijd de plek waar zij en haar mentor hadden afgesproken en in volle verwachting sprong ze het zand in en keek ze met haar blauwe kijkers om zich heen. Haar vachtje was keurig opgepoetst, ze wilde bovendien een goede indruk op hem maken, en haar poten voelde ze tintelen van opwinding. Ze besloot alvast wat bewegingen te maken om de grootste enthousiasme van zich af te schudden en ze sloeg en sprong een aantal keer in de lucht naar een denkbeeldige vijand. Ondertussen wierp ze af en toe een snelle blik naar het bos, om te kijken of ze Moonstripe al zag aankomen. Ze kon niet wachten om het op een echte kat uit te proberen.
De crèmekleurige poes bereikte - wonderbaarlijk genoeg - op tijd de plek waar zij en haar mentor hadden afgesproken en in volle verwachting sprong ze het zand in en keek ze met haar blauwe kijkers om zich heen. Haar vachtje was keurig opgepoetst, ze wilde bovendien een goede indruk op hem maken, en haar poten voelde ze tintelen van opwinding. Ze besloot alvast wat bewegingen te maken om de grootste enthousiasme van zich af te schudden en ze sloeg en sprong een aantal keer in de lucht naar een denkbeeldige vijand. Ondertussen wierp ze af en toe een snelle blik naar het bos, om te kijken of ze Moonstripe al zag aankomen. Ze kon niet wachten om het op een echte kat uit te proberen.