Een fel oranje kater liep door het bos. YellowTail was zijn naam, hij had een hekel aan zwemmen
maar toch sloot hij zich aan bij de rivierclan. Hij wist dat hij zich daar trouw zou voelen, het kon hem niet veel schelen dat hij angst had voor water al wisten andere dat nog niet. "Nog niet" dacht hij
"Maar dat zal vast wel eens komen" Maar ja wat kon hem het schelen, hij raakte toch meer gewend aan het water. Telkens als hij er in ging kwam er weer een stukje zelfvertrouwen. Met een krom gezicht van blijdschap liep hij richting het kamp. Hij hoorde vogeltjes twieten en samen gezellig spellen. "Die hebben makkelijk praatten, zij hoeven niet zo zwaar elke dag te jagen, zij kunnen lekker wachten tot hun moeder er is met lekker vers worm." met een boze blik liep hij de kamp ingang binnen. YellowTail was altijd zo'n mopperaar en vond altijd het leven van andere dieren beter.
Soms wou hij gek genoeg zelf weleens een vogel zijn. Hij liep verder richting zijn hol,
zijn maag knorde. "Oeff het word toch wel even tijd om wat te eten" Mauwde hij. Zijn maag knorde als een gek zo erg was het. Zijn ogen richten op de stapel prooi die daar lag, hij rende er naar toe met een smullend gezicht hij negeerde al die katten die naar hem keken. Plots kwam hij met een knal tegen een van de katten in de clan aan, met een smak viel hij op de grond. "Fijn ook dat nog" "Let de volgende keer toch eens op jij!" Mauwde hij chagrijnig. Hij keek met een grijnzende blik naar de grote gespierde kater..