Mudtail liep door de bossen van de riverclan hij hoorde de rivier zachtjes stromen. hij was zelf op jachtpatrouille gegaan. hij hield van alleen op jacht gaan want dan kon rustig denken aan alles wat die dag was gebeurt. Mudtail snoof eens diep hij rook een oud tweebeen spoor en een honden geur maar die was al een maan oud. mudtail hoorde de blaadje achter zich ritselen hij voelden het hartje van het beest kloppen. hij ging in jachthouding liggen en rook noch eens goed maar toen de geur van het beest binnen kreeg besefte hij dat het geen prooi was maar een andere kat! mudtail sloop dichter bij todat hij zeker wist dat de andere noch maar een muizen lengte van hem af was hij deed een kort schietgebedje naar de starclan en hij sprong boven op de kat hij zetten zijn tanden in de huid van de kat todat die het uitschreeuwde van de pijn hij proefte de vieze smaak van kraaien voer en liet kokhalzend los. de andere kat zag zijn kans en sprong op mudtail en gaf hem een gemene beet. mudtail voelde de pijn door hem heen suizen maar daar kreeg hij juist meer adrenaline van hij gooide zijn kwelgeest van zich af en hij gaf hem een flinke klap met zijn blote poot. de zwerfkat werd duizilig en draaide een beetje rondjes. mudtail wist dat hij nu moest toe slaan hij haalde uit en sloeg de kat op de grond. maar de kat heel ongelukkig neer en struikelde de rivier in. in een enorme snelhijd vloog de kat met de stroming mee en was verdwenen. mudtail had zig hellemaal niet gerealiseerd dat hij zo dicht bij de rivier was gekomen. hij was blij met zijn overwinning maar hij ging snel terug naar het kamp want in de tijd dat hij weg was was de zilverpels al verschenen.