De gestroomleinde vacht van een prachtige poes glinsterde in het zonlicht, ze was nu een maan warrior. Trots als ze was geweest, zag ze hoe Skyleaf Deputy was geworden, ze had het hem verschrikkelijk gegund. Emberstorm richtte haar groene ogen naar de goed gevulde prooistapel, trippelde er zachtjes heen en snoof. Uiteindelijk koos ze een muis uit die er groot uitzag, eigenlijk kon ze hem niet alleen op, maar dat was de bedoeling. Ze wilde even met Skyleaf praten, ze had niet zoveel contact meer gehad. Dat allemaal sinds ze haar naam Emberpaw achter zich had gelaten, en de warriors joinde. Nu lag hij meestal bij Tallstar of was hij op patrouille, ze waren nooit samen uitgezonden. Waarom wist ze niet, Emberstorm hield de muis stevig tussen haar smalle kaken geklemd en liep terug naar de Warriors den. Ze stak haar kop naar binnen, ze stond tegen de wand aan zodat haar oor tegen haar kop was gedrukt. ''Skyleaf?'' Riep ze naar binnen, geen antwoord. En aangezien ze het zachte geadem van slapende katten ook niet hoorde, duwde ze haar kop terug en keek over de open plek. De katten waren overal verspreid, ze had Kittypaw en Bluepaw achtergelaten want ze wilde samen jagen. De staart van Emberstorm zwiepte zachtjes heen en weer, terwijl ze ging liggen en zachtjes met haar roze tongetje over de prooi likte. Ze beet er een stukje af, en voelde het zachte aroma smelten op haar tong. De groene bladeren streelden haar rug, en de zon scheen zachtjes op haar tortoiseshell vacht. Misschien was Skyleaf op patrouille, dacht ze na aangezien ze hem niet meer had gezien. Ember verlangde ernaar om haar stem weer te laten spreken, zonder uitleg van trainings oefeningen. De mooie poes had het altijd druk, met het trainen van Kittypaw of op de patrouilles gaan. Afwachtend kauwde ze nog een stukje van haar muis..