Power of three : the sight.

Dus,
Ik heb gelezen op de warrior cats site en op wikipedia dat in het derde boek van de 2de reeks Graystripe gaat meegenomen worden met tweebenen.
Ik heb ook vernomen dat hij in het 1ste boek van de 3de reeks weer terugkeert.

Zou iemand voor mij die scène waar Graystripe in terugkeert hier zetten ? Dus va wanneer die clan vergadering begint ... Oh ja , in het nederlands graag

Alvast bedankt,
Flamestripe

"Inbrekers!" Het signaal verspreidde zich door de Clans als wild vuur. Lionpaw voelde overal om zich heen vachten overeind gaan in alarm en gevecht-hongerige spieren aanspannen, klaar om te springen.
De WindClan krijgers die het dichtstbij waren sprongen op de vreemdelingen. Schreeuwend en sissend worstelden ze de indringers naar de grond.
Gaan ze ze vermoorden? Lionpaw draaide terug naar de Grote Eik, zich afvragend wat de leiders zouden doen.
Firestar's vacht stond recht overeind. Zijn staart was stijf van schok and zijn oren waren gespitst terwijl hij de lucht opsnoof en nog eens opsnoof.
"Stop!"
De WindClan katten verstijfde en trokken zich terug, de twee vreemdelingen alleen achterlaten aan de rand van de Clans. Lionpaw rekte zich uit om over de hoofden van de andere katten heen te kijken.
In een stem die was gespannen van schok en ongeloof zei Firestar een naam die Lionpaw alleen vermeld had horen worden in de nursery verhalen.
"Graystripe!"

Hollypaw staarde van verbazing. Graystripe?
"Maar hij is dood!" siste ze naar Lionpaw.
Haar broer antwoordde niet. Hij was te druk aan het balanceren op zijn achterpoten om een beter zicht te krijgen.
Hollypaw dook omlaag en zigzagde door de benen van de Clan katten tot ze bij de rand uitkwam. Ze piepte tussen de vachten van Crowfeather en Breezepaw door.
Een grijze kater met een streep van donkerdere vacht over zijn rug stond voor de varens. Zijn huid was vastgeklampt aan de botten en verspilde spieren, de vacht mat en dof. Zijn linker oor was gescheurd en er misten snorharen van zijn geschramde en vieze snuit. Naast hem beefde een lichtgrijs cyperse poes. Haar korte vacht stak uit in plukken en haar staart hing slap en verfomfaaid.
Maar Graystripe is dood!
"Je leeft!" Firestar schoot tussen Onestar en Tornear uit. Hij keek Graystripe aan met ronde ogen, zijn vacht overeind.
Graystripe staarde terug. Zijn metgezel legde haar oren plat en hief verdedigend haar voorpoot op. Ze was aan het beven, haar ogen helder van angst terwijl ze probeerde alle katten tegelijk aan te kijken.
"Rustig, Millie," waarschuwde Graystripe.
Firestar strekte zijn snuit naar voren, snoof aarzelend, alsof hij nauwelijks kon geloven wat hij zag. "De Tweebenen hebben je niet vermoord..." Hij hief zijn gezicht op naar de maan. "Goede StarClan," fluisterde hij.
Geschrokken gemiauw brak los tussen de toeschouwende katten.
"Graystripe is teruggekomen!"
"Hij moet ontsnapt zijn van de Tweebenen!"
"Hoe heeft hij kunnen overleven?"
"En Brambleclaw dan?"
En Brambleclaw dan? Hollypaw keek naar haar vader. Firestar had een nachtwake gehouden voor Graystripe als hij zou doen voor elk dode Clangenoot. Hij had Brambleclaw zijn nieuwe commandant gemaakt. Maar Graystripe leefde en nu was hij teruggekomen...
De ThunderClan commandant staarde naar Graystripe. "Ik kan nauwelijks geloven dat je ons hebt gevonden." Zijn stem was gevuld met bewondering, maar zijn blik glansde ongemakkelijk terwijl hij naar voren stapte en zijn snuit langs die van de grijze krijger streek.
Firestar zwaaide met zijn staart. "Waar hebben ze je naartoe genomen?"
Graystripe antwoordde niet. Hij staarde naar Firestar. "Dus je hebt niet op me gewacht."
Pijn flitste in Firestar's ogen. "Ik kon het niet."
Graystripe boog zijn hoofd. "Je kon het leven van de Clan niet riskeren door ze in het bos te houden."
Firestar leunde naar voren. "Als het alleen mijn leven was geweest"-hij wierp een blik rond de Clans, waarna hij zijn stem verlaagde-"zou ik hebben gewacht."
Hollypaw voelde geschuifel achter haar. De andere ThunderClan krijgers duwde naar voren om hun oude Clangenoot te begroeten.
"Graystripe!" Dustpelt rende naar hem toe. "Je leeft!"
Berrypaw, Hazelpaw, Ashfur en Spiderleg drongen enthousiast om hem heen, snoven aan zijn vacht en prikte hem met hun snuiten.
Graystripe kromp ineen.
"Geef hem wat ruimte," waarschuwde Leafpool. "Hij is doodop."
"Maar hij is een legende!" Hazelpaw klaagde terwijl Leafpool haar en de anderen wegschoof met haar staart.
Squirrelflight staarde naar Graystripe's metgezel.
"Wie ben jij?"
"Dit is Millie," miauwde Graystripe. "Ik heb haar in de Tweebeenplaats ontmoet."
Squirrelflight hapte naar adem. "Een poesiepoes heeft de reis met je gemaakt?"
"Ik had het alleen niet kunnen doen," miauwde Graystripe.
Brambleclaw vernauwde zijn ogen. "Volgde je ons spoor?"
"Nee," vertelde Graystripe hem. "We vonden onze eigen weg."
"We zochten eerst naar Graystripe's thuis," legde Millie uit. Haar stem had een hard randje, wat Hollypaw verbaasde. Ze dacht dat alle poeispoezen met dezelfde zachte miauw als Daisy zouden praten.
Graystripe's haveloze vacht ging overeind staan. "Het hele woud was verwoest toen we daar aankwamen. Geen katten, geen prooi, niks behalve verscheurde bomen en monsters."
"Hoe wisten jullie welke kant we op waren gegaan?" vroeg Leafpool.
"We zagen Ravenpaw."
Firestar's ogen gloeide op. "Hoe gaat het met hem?"
"Hij is prima, maar betrokken tot jullie allemaal." Graystripe stopte om adem te halen voor hij door ging. "Hij zei dat hij jullie had zien passeren en dat jullie streefde naar de ondergaande zon. Dus gingen we verder naar Hoogstenen-" Hij stopte, terwijl zijn staart trilde.
Leafpool rende naar hem toe. "Gaat het met je?"
"Alleen moe."
Leopardstar baande zich een weg door de ThunderClan katten. Een luid gespin klonk in haar keel. "Het is goed om je weer te zien, Graystripe."
Terwijl ze sprak begonnen krijgers van elke Clan hun stem te verheffen.
"Welkom terug, Graystripe!"
"Hoe vond hij ons?"
"StarClan moet over hem hebben gewaakt!"
Katten van alle vier de Clans drongen om Graystripe tot hij bijna verloren was in een bos van vachten, bruin, wit, rood en cypers. Gespin mengde zich, rommelend als donder, luider dan het geluid van de wind tussen de varens.
Hollypaw keek toe in ongeloof. Ze wist dat er een vredesverdrag was tijdens een vergadering, maar dit was niet hoe het moest zijn. Het was de bedoeling dat er vier Clans waren, toch gedroegen de krijgers zich alsof ze tot dezelfde toebehoorde. Ze wrong zich tussen de vachten naar waar Lionpaw aan het kijken was met ronde ogen.
"Het is niet natuurlijk," fluisterde ze in zijn oor, "Graystripe is ThunderClan. Waarom maken de andere Clans zich zo druk over hem?"
"Ik weet het niet," gaf Lionpaw toe. "Ik dacht dat een krijger zijn betekende dat je je Clan moest beschermen. Zouden de andere Clans niet bezorgd moeten zijn dat ThunderClan er nu een extra krijger bij heeft?"
Hazelpaw kwam naast hen staan. "Ze klinken alsof ze in een van Squirrelflight's verhalen over hoe de Clans samen kwamen om de Grote Reis te maken zitten."
"De Grote reis is over," merkte Hollypaw op.
Maar Hazelpaw was niet aan het luisteren. Ze staarde naar Graystripe. "Hoe wist hij dat we op het eiland waren?"
"Denk je dat StarClan hem begeleid heeft?" vroeg Lionpaw zich af.
"Hoe wist je dat we hier waren?" riep een slanke grijze RiverClan poes.
Graystripe hief zijn snuit naar haar toe. "Mistyfoot, het is goed om je weer te zien. We zijn een zwerver tegengekomen die ons vertelde dat er katten bij het meer leefde," legde hij uit. "Toen we bij de top van de rand aankwamen was de volle maan aan het schijnen op het water en kon ik vormen op het eiland zien bewegen."
"Daarna volgde we gewoon de verste geuren." legde Millie uit. "Ze leidden ons naar de kust en over de omgevallen boom."
Hollypaw hoorde een stijf gesis van afkeer. Blackstar staarde naar Millie met open boosheid. De grijze poes wierp een blik naar hem, waarna ze haar kin ophief en zijn staar beantwoordde, en, ook al was haar staart aan het trillen, ze hield de blik van de ShadowClan leider vast tot hij weg keek. Hollypaw was onder de indruk.
Graystripe zag wat er gebeurde en zijn vacht ging overeind staan, de spieren onder zijn brede schouders werden aangespannen.
"Laten we het verdrag niet vergeten!" waarschuwde Leopardstar.
"Het verdrag is voor krijgers," snauwde Blackstar.
"De vergadering is voor krijgers!" riep Onestar.
Gemurmel ging door de WindClan katten en spreidde zich uit door ShadowClan.
"Gaat ThunderClan nog een poesiepoes opnemen?" mompelde een ongelovige stem.
"Ik heb Millie als een krijger getraind!" siste Graystripe. "Een poesiepoes zou nooit zo'n lange reis hebben overleefd." Zijn stem sloeg over tot een hoest en Hollypaw zag dat de grijze krijger aan het trillen was van zijn oren tot het puntje van zijn staart.
Firestar moet het ook gezien hebben. Hij liep naar Graystripe toe en drukte tegen hem aan. "Laat ons je mee terug naar het kamp brengen."
Graystripe wierp een blik op Millie. "Denk je dat je vanavond nog iets verder kan reizen?"
"Ik zal doorgaan zolang je me nodig hebt," beloofde ze hem.
"Goed," miauwde Firestar. Hij keek naar de andere Clan leiders. "Was er nog ander nieuws dat besproken moest worden op de vergadering?"
"Niet van RiverClan," antwoordde Leopardstar.
"WindClan is tevreden," vertelde Onestar hem.
Blackstar schudde zijn hoofd.
"Dan gaan we," riep Firestar naar ThunderClan, "en laten we Graystripe en Millie hun nieuwe thuis zien."