De rood/witte kattin had haar té vlug door en trippelde op Ziva af. Haar oranje getinte ogen waren van het verre af van Ziva's kleur van ogen. ¨Jij mag hier niet zijn!¨ Hahaha, eigenlijk brabbelde de poes wel iets zinnigs. Ziva mocht hier inderdaad niet zijn. Haar voetstappen waren niet voor dit gebied bedoeld. Ze mocht haar gezicht hier niet laten zien. Zo mocht hier zoveel niet. Ze wist 't niet zeker, dit was gewoon een lachertje. Gniffelend trippelde ze dichter naar de poes toe en acteerde dat ze half dronken was van roekeloosheid. `Weet je meissie, je zegt daar nog wel eens iets dat ergens op slaat.´ Fluisterde Ziva met een zachte kreunende stem in d'r oor. De angst die ze beweerde te zien in haar ogen vulde de lege gaten van honger lust in Ziva's lichaam. Ze ging dichter tegen de kattin staan, totdat haar gitzwarte pels de hare bereek. `Maar weet je. Ik kom hier graag. Om te jagen, en spelletjes spelen met Clan katjes.´ Ze liet één nagels naar buiten schieten, en die over haar rug glijden, nog niet in de vacht van de poes. `Ik ben Ziva, wie ben jij?´ Murmelde ze in haar oren, en tegelijk liet ze haar tanden door het oor topje van de kattin steken. Vanaf dat moment boorde ze haar éne nagel in de ruggengraat van de rood/witte kat, en raspte zo naar achter. Haar tanden verlieten het vlees van haar oor en gleden nu naar haar neus. Het gezicht van de kattin was vreselijk dichtbij die van Ziva. Ze voelde zelfs de ademhaling van haar tegen haar voorhoofd waaien. `Hoe gaat 't met je? Al kittens en een partner?´ vroeg ze met een krakende ondertoon. Het voelde leuker aan als je wist dat je slachtoffer een familie had. Iets waar ze om gaf. Dat ze hun namen uitgilde als laatste hoop. Maar die katten uiteindelijk niet opdagen. Een valse grijns nam de controle over van haar gezicht toen ze recht in de ogen van de poes staarde. Let the game begin.