|
| ϾHł ღ 1403 Actief
| CAT'S PROFILEAge: .: Died at the age of 130 moonsGender: Tomcat ♂Rank: |
| Onderwerp: Twenty days ago... wo 22 aug 2012 - 19:20 | |
|
Hij sloeg even met zijn staart tegen de tak waar hij zat en raapte dan al zijn moed op. Ooit moest hij uit deze boom geraken, ja toch? Als iemand hem zo vind zouden ze hem ter plekken uitlachen. Want welke warrior zit nu vast in een boom? Tja, het was nou niet zo'n grote boom. En hij was er gewoon ingeklommen om hopeloos achter een vogel te jagen. Die natuurlijk was ontsnapt. Zijn humeur had 'ie nu wel hoor. Graystripe kneep zijn ogen dicht en schopte met zijn achterpoten tegen de tak. Het leek wel of het de hele sprong in slow-motion werd gemaakt, ook al was dat niet. De langharige grijze kater belande netjes op zijn vier poten, zoals elke kat dat deed. Een opgeluchte zucht rolde over zijn poten. Hij was er zonder vacht te verliezen uitgeraakt. De warrior gunde zijn vacht een paar likken, en draafde dan verder. De dag was pas begonnen dus waren de stralen die de zon zond, nog niet zo sterk. Die zouden hun kracht nog opbouwen, en vervolgens dan toch nog zeer sterk worden. Hij schudde zijn hoofd en passeerde een paar bloemen die naast de weg gedrapeerd stonden. Het was wel een prettig zicht. De bloemen droegen een leuke kleur met zich mee, en hun aroma rook ook adembenemend. Ooit had Graystripe eens van een elder gehoord dat er soorten bloemvelden bestonden. Van een paar vrienden wist 'ie ook dat de Skyclan zulke gebieden hadden. Hij was er nog nooit geweest, maar het zou wel eens leuk zijn om dat te beleven, niet dan? Met ruime passen bewoog hij zich voort tot de grijze kater de grenzen bereikte. Ondertussen was de zon al op zijn hoogtepunt gestegen, en leek het voor Graystripe of zijn vacht in vuur en vlam stond. Aangezien hij een dikke en lange pels had was dat ook wel redelijk normaal. Een flits van nieuwsgierigheid schoot over de ambere ogen van Graystripe. Had hij nu net de geur van de Windclan geroken? Hij vouwde zijn oren naar voor en nam kleine, voorzichtige stapjes. Het platte gras hielp zijn geruisloosheid hard. Dus het was zo goed als onmogelijk dat de andere kat hem gehoord had. De dikke staart van de grijze warrior zweefde laag over de grond, zodat die ook niet gespot werd. Nog steeds barstend van nieuwsgierigheid sloop hij voort totdat een rij van struiken voor hem uit stak. Als Graystripe er door ging werd 'ie zowieso ontdekt. Hij had zich blijkbaar zelf de val in gelokt. Het engiste wat hij nog kon doen was zichzelf laten zien, en dat was ook het gene dat 'ie van plan was. Rustig tilde hij zijn hele lichaam op en stak zijn hoofd boven de rij struiken uit. Een smal figuurtje stond voor hem. En de geur die de kat meedroeg was afkomstig van de Windclan. Hij was nog jong, dus was er geen reden voor Graystripe om er onaardig tegen te doen. Ook waren ze nu bij de grenzen, dus zaten ze beide nog in hun eigen gebied. `Hey, wie ben jij?´ De toon van Graystripe klonk opgewekt, maar toch beheerst. Hij kroop door de struiken heen en ging op een veilige afstand van de apprentice zitten. Hopend dat 'ie niet ging flippen.
[+CURSEPAW]
|
| | | Some people call me Cees :3 138
| |
| Onderwerp: Re: Twenty days ago... wo 22 aug 2012 - 19:51 | |
| Toen de eerste elders al wakker begonnen te worden, lag de kleine Cursepaw nog steeds te slapen. Hij was vorige keer tot apprentice benoemd, maar ze hadden toen geen mentor meer over. Aan de ene kant voelde hij zich somber omdat het een beetje leek alsof ze hem geen mentor wouden geven, waar hij lichtjes in kon komen. Hij was erg klungelig en iets als sluipen of vechten ging hem dan ook niet goed af. Nou ja, hij was blij met zijn apprentice naam en daar moest het dan maar bij blijven. Eigenlijk was hij ook wel blij zonder die mentor, hij kon gaan en staan waar hij wou, maar hoefde 's ochtends niet vroeg op voor een training. Zijn hele leven kon hij nog zelf bepalen wanneer hij wou jagen en wanneer niet. Plots opende de apprentice zijn ogen alsof hij in een schok besefte dat hij iets vergeten was. Maar dat was gelukkig niet zo, verveeld stond hij op en keek even rond. De Den was haast leeg en toen hij buiten kwam snapte hij waarom, het was al bijna middag en de meesten hadden dan wel genoeg geslapen. Hij was gisteravond een beetje laat thuis gekomen en had dus wat langer de tijd nodig gehad om ook terug wakker te worden. Zijn blik gleed over het terrein en bleef even hangen bij de prooistapel. Zijn maag knorde en hij besloot snel 1 mager muisje naar binnen te werken. Dat mager kon je eigenlijk wel weglaten, want uit de prooi stapel koos hij een vrij mollig muisje dat hem heerlijk smaakte. Na zijn buikje te hebben volgegeten, gooide hij wat aarde over de botjes en liep op een rustig tempo het kamp uit. Niemand zou het merken als hij het kamp uitliep en daarbij was hij een apprentice nu, hij mocht dat. Hij verwonderde zich er net over dat alles vandaag tot nu toe nog erg gesmeerd ging tot hij plots struikelde over een dikke tak en recht po zijn snoet belande. Oké, dat had hij misschien beter niet kunnen denken. De jonge kater bromde even wat en liep toen weer verder, waar hij heen ging? Geen idee... Maar hij liep rechtdoor en als hij terug wou zou hij zich gewoon omdraaien en terug lopen. Tenminste, normaal gezien moest dat werken of niet soms?
Na een tijdje stappen kwam hij aan bij een plaats die hij vaag herkende uit verhaaltjes die zijn moeder vroeger altijd vertelde. Over Crookedstar en Bluestar en natuurlijk hun eigen leader Hollystar! Even zuchtte hij, zijn moeder zat nu waarschijnlijk ergens daarboven, neer te kijken op wat haar zoon nu deed. Zij zou hem wel beschermen zoveel ze kon, zij zou hem wel helpen als hij iets niet zo goed deed en nog sterker hij zou proberen alles goed te doen voor haar! Al ging dat wat moeilijk omdat hij niet zo handig was, maar hij zou zijn best doen! Weer keek het katertje naar de plek voor hem en nu herkende hij de plaats. De vierboom! Snel spurtte hij er heen en even keek hij er rond, precies zoals hij het zich had voorgesteld! De 4 bomen, de steen, alles was precies zoals in zijn verbeelding. Een dromerige glimlach verscheen op Curses gezicht, waarna hij even met zijn hoofd schudde en rustig rondkeek. Hij zou de grenslijn met de Thunderclan wel gaan volgen, dat kon nooit kwaad. Vrolijk hobbelde hij langs de grenslijn, maar zorgde er wel voor dat hij minstends een meter van het Thunderclan territorium af bleef. Met grote ogen keek hij naar het terrein naast hem. Het leek zo groot! Al leek hun territorium eigenlijk ook wel groot... Met zijn gedachten weer in dromenland, struikelde hij weer eens en rolde hij een heuveltje naar beneden. Eindelijk in stilstand gekomen was hij in zittende houding beland al zat hij er maar een beetje suf bij en zaten er blaadjes in zijn haar. Waarom kon nou nooit iets goed gaan? `Hey, wie ben jij?´ klonk er plots een stem opgewekt. Van schrik sprong de apprentice even in de lucht en keek de kat die sprak toen even verschrikt aan. Maar toen hij zag dat de kater bij hem er niet zo heel gevaarlijk en gemeen uit zag, was hij weer gerust gesteld. Snel ging hij zitten met zijn staart voor zijn poten en besefte toen dat hij nog niet op zijn vraag geantwoord had. 'Eehm, ik ben Cursepaw!' zei hij en wist een vaag glimlachje op zijn gezicht te toveren, 'En wie bent u?' Hij probeerde beleefd te zijn, je wist immers maar nooit wat de kater voor hem van hem ging denken als hij niet beleefd was. De blaadjes zaten nog steeds in zijn vacht en snel probeerde hij er nog een paar uit te halen, maar tevergeefs. Ze zaten er immers nog steeds in.
|
|
|
| | | ϾHł ღ 1403 Actief
| CAT'S PROFILEAge: .: Died at the age of 130 moonsGender: Tomcat ♂Rank: |
| Onderwerp: Re: Twenty days ago... wo 22 aug 2012 - 20:57 | |
| De witte kater hield een vage glimlach op zijn snuit. Graystripe porde met zijn poot eventjes in de aarde en beloofde zichzelf om zijn naam te onthouden. Hij keek op bij de vraag wie hij eigenlijk was. De apprentice was wel beleefd moest Graystripe eerlijk beamen. Maar soms droegen katten een masker, en toonde ze niet hun ware ik. Deed die leerling dat ook of was hij bloedserieus? Na een tijdje niks gezegd te hebben sloeg het Graystripe toe dat hij nog niks gezegd had. `Graystripe.´ Toen zijn stem luidde plakte 'ie gelijk een vriendelijke lach op zijn gelaat, en stopte hij met de grond te porren. Nog steeds vloeide een kleine nieuwsgierigheid door zijn lichaam heen. `Jij bent toch een apprentice, right?´ Vroeg de langharige grijze kater op een rustige toon. Er was geen reden om paniek te slaan nu dus praatte hij ook alsof er niks gaande was. Graystripe was nou niet echt een type dat zich snel zorgen maakte. Maar tijden veranderen, net zoals katten. En dat had hij door aan Shadowrose. Als zij echt nog van hem hield dat had ze toch wel wat van haar moeten laten horen? Zoals verwacht verdronk hij weer in de gedachtens aan Shadowrose. Het leek echt of ze hem in haar greep hield. Dat als zij stierf, Graystripe in haar voeten trede. Waarom leek alles zo benauwd in deze wereld? Graystripe kon niet echt onder woorden brengen wat hij nu voelde. Ook wist hij niet meer zeker of wat hij voelde voor Shadowrose nog wel liefde was. Het leek wel of zijn vlam was uitgeblazen voor haar. En dat ze beiden hun eigen weg inslaagde. Dat hun pad splitste.. Hij schudde zijn hoofd en keek weer naar de kater voor hem. Hij was nog jong, en had nog veel te leren. De bladeren die in zijn vacht hongen deed hem eigenlijk aan Graypaw denken. Toen hij nog een apprentice was. Toen 'ie nog vrolijke avonturen beleefde met Firepaw en Shadowpaw. Waarom moesten die tijden toch verlopen zijn? Waarom konden ze hun oude leven niet oppakken? Dat was nu zeker onmogelijk. Ze zijn warrior geworden, en moesten dus een pak serieuzer worden. Fireheart was uiteindelijk ook nog eens deputy geworden, en had dus wel wat anders aan zijn hoofd dat erop uit gaan met vrienden. Een zucht rolde over Graystripe's lippen. Zijn oude leven, tja was gewoon geëindigd. Niet dat dit hem niet beviel, tja.. Weer schudde 'ie zijn kop en slingerde die gevoelens weg. Het was nu eens tijd om die apprentice beter te leren kennen. `Wat doe jij hier eigenlijk ukki?´ De speelse tinteling in zijn felle ambere ogen kon je gewoon niet missen. Vaak bedoelde Graystripe dingen niet beledigend of rakend, maar gewoon als grap bedoeld. Hij had zo wel eens een paar katten beledigd, maar die konden er achteraf toch mee lachen. Een scheve glimlach gleed over zijn gelaat en hij keek in de ogen van de apprentice genaamd Cursepaw. Wel een mooie naam eigenlijk. Het was eens iets speciaal, iets dat je niet vaak tegenkomt. Graystripe vond zijn eigen naam ook wel leuk. Het had wel iets zeiden de meeste. Zijn staart krulde over zijn poten en de grijze kater begon zichzelf rustig te wassen. Omdat hij zijn hoofd nogal vaak schudde bleef zijn vacht niet echt op zijn plaats liggen. Met ruwe maar krachtige likken raspte 'ie over zijn voorpoot, en rolde met zijn poot over zijn snoet. Ook maakte hij snel gebruik van die houding door aan zijn oor te krabben. Heel zijn vacht leek af en toe wel uit te vallen. Dat gebeurde altijd in dit warme weer. Dan kwamen haartjes los te zitten en leek het of dat duizende kleine beestjes over je heen kropen. dat gevoel was zeer lastig vooral als je een langere vacht had. Graystripe ging weer te goed zitten en bestudeerde de kat eens goed. Hij had een witte/zilveren vacht en grote ogen. En net zoals Graystripe had 'ie ook een redelijk lange vacht, alleen iets korter dan die van hem zelf. Het was wel een mooi plaatje vond hij. De grijze warrior snoof de lucht in en besefte dat er geen andere Windclanners in de buurt waren. Hij moest dus helemaal alleen naar hier gekomen zijn. Cursepaw had dus echt geen idee hoe gevaarlijk het af en toe kon zijn hé? Maar het was niet aan Graystripe om hem dat bij te brengen. Daar had 'Cursepaw waarschijnlijk een mentor voor. Aangezien hij 'paw' al als achtervoegsel had nam Graystripe wel aan dat 'ie een mentor had, niet dan? Hij nam diep adem en focuste zijn vaste blik weer op de apprentice. `Zeg kleintje, heb jij geen mentor die je zegt dat het hier gevaarlijk kan zijn?´ Er was geen spoor van vijandelijkheid in Graystripe's stem te verkennen, en hij bedoelde het dan ook niet vijandelijk. Gewoon bezorgd. Voor de rest had hij nog geen plannen wat 'ie het beste met deze roekeloze kat kon doen. Hij leek nog zeer jong, en dus onervaren als hij echt nog géén mentor had. Wie weet dat 'ie wel dat Graystripe iets met hem van plan was. Hij fronste zijn wenkbrauw omhoog toen hij daar aan dacht. Wat zou 'ie eigenlijk kunnen doen met Cursepaw? Vermoorden. Ach, dat was tijdverspilling. Nee hoor. Graystripe was niet zo iemand die andere katten aanviel zonder enige reden, of moordde. Dat was niks voor hem. Het tegenovergestelde van zijn karakter was de Bloodclan. Het was blijkbaar hun hobby om katten te 'killen. Het nieuws dat een Bloodclanner Stormstar een leven heeft afgepakt, en nog eens een warrior had vermoord was zelfs gelekt tot in de Thunderclan. Heel die 'Elite groep' kon voor hem 'de pot op'. Moorden, bah. Wat heb je er aan? Je doet kattenlevens pijn, en je bereikt er niks mee. Behalve dan de haat van andere katten. Nee, moorden of geweldaden waren niks voor Graystripe. Dat was zijn aard niet...
|
| | | Some people call me Cees :3 138
| |
| Onderwerp: Re: Twenty days ago... wo 22 aug 2012 - 23:40 | |
| Het duurde een poosje voordat de kater voor hem antwoord, maar dat maakte Cursepaw niks uit. Hij kon nu zitten en hij leek in een gesprek niet zo onhandig, alhoewel... Soms was het wel zo dat hij niet goed uit zijn woorden kon komen en dat het er allemaal maar wat ongeordend uit kwam, maar het ging beter dan jagen, waar je duidelijk kon zien dat hij niet erg handig was. Even keek de apprentice naar de grote warrior voor hem, `Graystripe.´ klonk zijn naam en met zijn grote ogen keek Cursepaw hem aan. 'Mooie naam heeft u' zei hij weer even beleefd als daarnet. Hij durfde eigenlijk niet 'je' te zeggen, maar tot nu toe had de kater er geen bezwaar tegen, dus maakte het niks uit en dit klonk beter. Zeker omdat hij de kater nog niet eens echt goed kende, al keek hij nu al op naar deze kater. Ooit werd hij ook zo'n grote en sterke warrior. Tenminste dat hoopte hij, want je wist het maar nooit met hem. Hij was immers een vrij grote kluns en handigheid... dat was nou niet echt iets wat hem lag om het zo maar te zeggen. Plots klonk de stem van de kater weer die hem uit zijn gedachte haalde, `Jij bent toch een apprentice, right?´ vroeg Graystripe op een rustige toon, langzaam knikte het katertje met zijn hoofd, 'Ja, meneer' zei hij beleefd. Je kon niet echt zeggen dat hij een ruzie zoeker was, hij zocht eerder de rustigere gedeeltes op. Er kwam een lange stilte na en Cursepaw gebruikte die tijd om de bladeren uit zijn vacht te halen met zijn poten. Al kon hij bij eentje niet bij, waardoor hij iets te ver boog en per ongeluk even op zijn zij rolde. Het diertje zuchtte en ging weer recht zitten, zijn kans op het schoon krijgen van zijn vacht was nu wel weer verkeken. Immers zaten de blaadjes weer aan een kant van zijn vacht. Hij kon zich beter richten op andere dingen zoals de kater voor hem die zich had voorgesteld als Graystripe. De kater had een grijze, langharige vacht en amberkleurige ogen. Hoe hield hij die vach in de naam van starclan zo schoon? Geen enkel spatje vuiligheid zat er op zijn vacht, geen enkel blaadje! Vol ongeloof keek de apprentice er even naar en schudde toen even met zijn hoofd. Het ligt gewoon aan jou, dacht hij, jij bent zo klunzig dat je zo vuil raakt, hij niet! Weer verliet een zucht zijn lippen en licht verdrietig en tergelijk ook een beetje doelloos staarde hij voor zich uit. Weer werd hij uit zijn gedachten gehaald door de grijze kater, `Wat doe jij hier eigenlijk ukki?´ vroeg hij, de speelse tinteling in zijn ogen had Cursepaw wel gezien, maar bij dat laatste woord kromp hij toch even in elkaar. Was hij echt zo klein? Hij was misschien niet erg groot, maar zo klein nou toch ook weer niet? Hij was kleiner dan de kater voor hem dat was zeker, maar zijn grootte was nou niet opvallend klein of zou hij het niet zo bedoeld hebben? Het klonk anders wel erg hard, maar die speelse tinteling in zijn ogen dan? Het katertje wist het niet, maar besloot beleefd te blijven, niet dat hij iets anders durfde, maar dat was weer een andere zaak. 'Ik was een beetje aan het wandelen en toen kwam ik hier uit, meneer.' zei hij, in zijn stem was licht wat angst te horen, maar veel ook niet. Zijn grote ogen keken omhoog naar Graystripe. Ze leken wel om vergiffenis te vragen zodat hij hem niet zou aanvallen, al wist hij dat de Thunderclan kater dat niet zou doen. Een zachte, haast onhoorbare zucht werd uit zijn longen geperst toen hij weer voor zich uit keek.
Cursepaw bewoog haast niet en enkel zijn vacht bewoog doordat de wind ermee speelde. Voor de rest zat hij doodstil, bang dat elke beweging die hij maakte, de kater boos zou kunnen maken. Hij kende hem niet en wist niet of hij hem eigenlijk ook wel wou kennen, maar op dit moment had hij geen andere keus dan beleefd te blijven en te wachten. Het zou maar laf zijn moest hij plots wegrennen, maar aan de andere kant lag het ook wel in zijn aard dat te doen. Maar voor hetzelfde geld had hij niks te vrezen van Graystripe en was het een vriendelijke kater zoals een ander. Een beetje nerveus en niet helemaal op zijn gemak keek hij rond. Wat kon hij doen om de spanning wat te laten minderen? Hij kon zo snel niks bedenken, maar zijn staart ging zenuwachtig over de grond heen en weer. Aan alles kon je wel merken dat hij wat nerveus was, hij begon immers steeds meer te denken aan wat hem zou kunnen overkomen, wat de kater hier voor hem hem zou kunnen aandoen. Misschien viel hij hem wel aan, misschien was hij niet eens een echte Thunderclanner maar een Bloodclanner die deed alsof. Lessen had hij immers nog niet gehad, omdat hij geen mentor had, dus eigenlijk was het vrij gevaarlijk om hier te zijn. Maar wist hij veel waar hij uit zou komen als hij een beetje het terrein rond scharrelde? Hij dacht om even rond te lopen op zijn eigen territorium, de grote steen eens te zien, de hoge vlaktes eens te bekijken enzovoort. Je wist maar nooit wat je zou tegenkomen als je het kamp verliet en hij had zich op veel voorbereid, maar niet op dit. Op zoiets simpels als een kat tegenkomen bij een grens? Nee, daar had hij niet aan gedacht. Dat was eigenlijk vrij dom geweest, want de kans dat je iemand tegenkomt is vrij groot en dan? Zonder eerst ook maar geïnformeerd te zijn welke clans er naast hen leefden en waar, was hij op pad gegaan. Welke fout was erger? Even schudde hij met zijn hoofd en keek weer naar de kater die plots weer begon te spreken. `Zeg kleintje, heb jij geen mentor die je zegt dat het hier gevaarlijk kan zijn?´ Weer dat klein-gebeuren, even liepen er rillingen over zijn rug, wat als dit een hint was? Wat als dit een hint was naar dat hij machteloos stond tegenover hem en dat zijn laatste minuten hadden geslagen? Weer ging er een rilling van angst over zijn rug, moest hij nu een pootje optillen zou die staan te beven als een gek, maar dat deed hij natuurlijk niet. De kater zou zelf wel merken hoe bang hij was diep van binnen, hij kon het niet helpen. Starclan had dit waarschijnlijk zo gewild, want anders hadden ze hem niet ehierheen geleid. Het zou hier vast wel veilig zijn, de kater zou ook vast wel veilig zijn! Al was veilig een beetje het verkeerde woord, 'te vertrouwen' was het meer. Plots besefde hij dat hij nog geen antwoord had gegeven op zijn vraag. 'Eehm, eehm' stotterde hij, 'I..ik heb nog geen mentor, omdat er t..teveel apprentices waren voor d..de hoe...hoeveelheid mentors' Weer kromp hij in elkaar, oké, het was hem nu wel duidelijk. Zijn zelfvertrouwen was weer eens in zijn poten gezakt, tijd om die weer naar zijn hoofd te brengen. Al werd dat moeilijk. Misschien moest hij de kater gewoon beter leren kennen en moest hij gewoon de vragen stellen. Dus raapte hij al zijn moed bij elkaar en verzon een vraag.
'Wat doet u eigenlijk hier?' vroeg hij met een iets zekerdere stem dan waarmee hij zijn laatste vraag had beantwoord. Even dacht hij na, hij wist eigenlijk nog maar vrij weinig van de kater voor hem, noch van zijn karakter. Daar werd het eigenlijk wel tijd voor. 'Mag ik u wat vragen stellen?' vroeg hij beleefd, hij wou immers niet dat de kater niet wou dat hij overspoeld werd door vragen. 'E..Een kort antwoord op elke vraag is genoeg' voegde hij er nog vlug aan toe voor het geval dat Graytstripe dacht dat hij een antwoord van een uur moest geven. Even haalde de kater adem waarop hij de eerste vraag stelde. Hij zou telkens een vraag stellen, hem het antwoord laten geven en een nieuwe vraag stellen. Dat leek hem wel handig. 'Hoe zou u uw karakter omschrijven?' vroeg hij en keek de kater nieuwsgierig aan. Wat zou de kater denken over wie hij was en hoe hij was? Rustig liet hij de kater uitpraten waarna hij een volgende vraag stelde, 'En waarom zit u eigenlijk in Thunderclan? Wat is daar zo leuk? En hoe zou u uw clan omschrijven?' Direct hield hij zijn mond weer, waren dit misschien niet teveel vragen in een keer? Hij had zichzelf beloofd om 1 vraag per keer te stellen, maar dit waren er 3! Hij hoopte dat de grijze warrior het niet erg zou vinden en wachtte dus geduldig tot hij was uitgepraat, daarna verzamelde de apprentice nog wat moed en vroeg toen, 'Eehm, en dan de laatste vraag, Heeft u veel vrienden en of fammilie?' Het was misschien een vreemde vraag, maar hij zelf had niet echt veel vrienden of fammilie, hij was te bang om op iemand af te lopen en al zijn famillieleden waren al gestorven. Dus ja... Ook van buiten de clan kende hij haast katten, nu hij er zo overna dacht. Alleen Graystripe eigenlijk. Een zachte zucht verliet voor de vierde of vijfde keer al zijn lichaam en even keek hij omhoog naar Graystripe, luisterend naar wat hij te zeggen had.
- Omg! Een post van 1579 woorden!! I'm happy now x'D Voor als je wou weten hoeveel jij er had, jij had er 988 ^^ -
|
|
|
| | | ϾHł ღ 1403 Actief
| CAT'S PROFILEAge: .: Died at the age of 130 moonsGender: Tomcat ♂Rank: |
| Onderwerp: Re: Twenty days ago... do 23 aug 2012 - 14:40 | |
|
Graystripe hield zijn brede hoofd even scheef toen 'ie de reactie van Cursepaw beluisterde. Zomaar naar de vierboom afdwalen? Wel gek. Want lag het Windclan gebied niet ver af de vierboom? Tja, hij was nog jong dus had nog veel levenslessen te leren. Die lessen komen wel op hun tijd. Wanneer Cursepaw zelf er rijp voor was dat zou hij het wel begrijpen. Dat hoopte Graystripe dan toch. Een scheve lach gleed over zijn gezicht. Cursepaw had blijkbaar wat probleempjes met zijn vacht te ordenen. Het zou best wel gek zijn dat als Graystripe hem zou helpen, maar tips geven mocht toch wel zeker? `Wees geduldig, na een tijdje lukt het wel hoor.´ Mauwde 'ie met een duidelijk zicht op de bladeren in zijn vacht. Graystripe zelf had er vroeger ook veel last mee gehad. Dan lag zijn pels helemaal in de war, maar dat kwam door het spelen en ravotten. Maar wat wel opviel voor hem was dat de apprentice zeer beleefd was. Zelfs zo beleefd dat het hem wat begon te irriteren. Hij wou er geen reclamaties op geven want vlak daarna kromp Cursepaw ineen. Had Graystripe dan iets verkeerd gerept? Een zucht rolde over zijn lippen toen de apprentice begon te stamelen. Hij haatte het om met bange, of geraakte katten te praten. Of te wel zei je iets verkeerd en lopen ze huilend weg, of zijn ze gewoon geraakt en beginnen ze je hevig te haten. Hij had dus nog geen mentor hé? Dan begreep Graystripe het wel dat de witte kater zo bang was. Want je wist nooit wat die andere zou doen. Vroeger had hij het ook eens een paar keer gehad, alleen liet 'ie zijn angst dan nooit zien. Dat zou Cursepaw allemaal nog leren wanneer hij wel een mentor kreeg. Dus de Windclan had té veel apprentice dat er te weinig mentors waren? En dat dus sommige katten mentorloos bleven? Wat zielig voor die hopeloze gevallen. Het zou toch moeten steken als de andere wel een mentor kregen en jij als een hoopje vuil achterblijft? Zijn ambere ogen waren gevestigd op een graspolletje naast Cursepaw. Doordat de wind zacht suisde bewoog het gras in zijn ritme mee. Alsof de hele aardbol bewoog op het ritme van de wind. Het gaf hem wel een rustgevend gevoel. Helemaal alleen en luisteren naar de wind, dat was pas leuk. Je voelt je na een tijdje dan wel eenzaam maar dat ging over. Aangezien hij niks meer van Shadowrose had gehoord viel het mee. Ze was zeker weten gelukkig, en hij had niks liever dan dat Shadowrose gelukkig was. Een plotse vraag drong door bij Graystripe. Tja, wat deed hij hier? Dat was best een belachelijke vraag hé? Warriors controleerde nou eenmaal de grenzen. Dat was hun plicht die ze moesten volbrengen. `Grenzen controleren, dat zal jij later ook moeten doen hoor.´ Zijn blik gleed over het pleintje, en bleef haken bij Cursepaw. `Natuurlijk mag je vragen stellen.´ Voila, dat was al één antwoord op zijn vraag. Een laag gelach borrelde vanuit zijn keel toen Cursepaw zei dat 'ie gewone antwoorden moest geven. Graystripe ging heus niet té veel informatie reppen. Dat zou tegen de code druisen. En wat ze nu hier deden, was eigenlijk ook half tegen de code. Maar er was nog niks gebeurd, en Grystripe had nog niks verklapt. En dat ging 'ie ook niet doen. Zijn karakter omschrijven? Graystripe hapte even naar lucht, en begon aan zijn oh zo korte antwoord. `Je kan natuurlijk nooit van jezelf zeggen hoe je bent hé?´ Begon hij met een vage lach op zijn grijze gelaat. `Maar de meeste beschrijven mij als een leuke kat, dus dan zal dat wel zo zijn zeker.´ Hij haalde weer een korte adempauze en richtte zijn blik op zijn gezicht. Hij zag er nog steeds strakjes uit. Gespannen en angstig. Maar dat zal wel overgaan in de tijd dat 'ie Graystripe écht leert kennen. Daar was hij zelf zeker van. Waarom zat hij in de Thunderclan? Omdat hij daar geboren was zeker.. Hij fronste weer zijn wenkbrauw op en zuchte diep. `Ik zit er omdat ik daar geboren en opgegroeid ben. En geloof me, mijn hart behoord aan die Clan.´ Beaamde 'ie eerlijk. De langharige grijze kater sloeg zijn staart tegen de grond en liet een zwak stof wolkje op fladderen. `Is dat genoeg info over mij?´ Maar zijn stem werd onderbroken door de volgende vraag van Cursepaw. Of hij veel vrienden en familie had? Tja, de meeste van zijn familieleden waren dood, of kende 'ie niet. Hij had al geen zussen of broers zover 'ie zelf wist. En vrienden, tja.. Shadowrose, Fireheart, Wolfwhisper.. Jaypaw? Ongeveer de hele Thunderclan zeker. `Ik heb genoeg vrienden hoor, geloof me maar.´ Beaamde Graystripe weer eerlijk. Dit gesprek leidde eerder uit naar een ondervraging, en dat wou hij liever niet. Een van de twee zou misschien per ongeluk te veel zeggen, en problemen krijgen met zijn Clan. `Nu is het mijn beurt.´ Mauwde Graystripe met zijn mondhoeken vrolijk opgetrokken. `Heb jij veel vrienden in je Clan?´ Hij begon maar met de simpelste vraag. Graystripe wou namelijk niet dat hij te veel zou zeggen of misschien angstig werd door vragen die katten afschrikken. `Oh, en je mag me met 'j' aanspreken hoor.´ Vervolgde de grijze kater zijn vraag. Het was nogal lastig dat Cursepaw zo vriendelijk en beleefd deed. Alleen de angst die hij met zich mee droeg irriteerde hem wel een beetje. Maar 'ie kon hem nou niet dwingen om vrolijk rond te huppelen hé? Weer rolde een zucht over Graystripe's lippen. Misschien moest hij eens wat trucjes voordoen? Dan kon Cursepaw tenminste al jagen voor zijn Clan. Graystripe nam snel een besluit en begon aan zijn korte uitleg van wat 'ie van plan was. `Moet ik even voordoen hoe je het beste jaagt?´ Zijn stem klonk wat lager om dat hij in de buurt geroffel van pootstapjes hoorde. Ook de prooigeur van muis kroop in zijn neus. Een paar tellen later -zonder op het antwoord te wachten van Cursepaw- stond Graystripe al in jacht houding. Hij deed alles wel traagjes voor zodat Cursepaw zijn bewegingen kon volgen. Stapje bij stapje bewoog hij naar voor en begon de smalle lijfje van de muis in oog te krijgen. Het was een goed gevuld dier. En was goed mollig. Het zou zelfs twee apprentice's goed kunnen vullen. Zelfs een warrior had er wel een mondvol aan. Na een paar seconden getreuzeld te hebben schoot hij naar voor en griste het dier uit de struiken weg. Het hoog gepiep zou zeker de andere dieren gewaarschuwd hebben. Dus dit was het enige prooi nog in de buurt. Met één simpele beet doodde hij het dier en trippelde ermee terug naar Cursepaw. Graystripe legde het voor zijn voeten neer, en begon de graspolletjes vanuit zijn klauwen te peuzelen. `Je moet alleen zorgen dat het dier minder veel lawaai maakt, zo waarschuwt 'ie al het ander prooi in de nabijheid.´ Mauwde de langharige grijze kater tussen het wassen door. Hopelijk had de apprentice alles goed gevolgd, want zoals hij al beaamde. Het gepiep van de muis had alle prooi verjaagd, dus was er geen tweede kans om alles weer eens goed voor te doen. Toen hij klaar was met het wassen schonk hij de apprentice een aardige blik en duwde met zijn voorpoot de muis naar hem. Met zijn neus naar de dodelijke beet gericht vroeg hij de volgende vraag. `Als je prooi tegenkomt moet je die beet direct aanpassen, anders krijg je dat gene voor wat ik heb.´ Zijn stem was duidelijk gericht op het gepiep van daarnet. Het was een simpele warrior fout, niet iets waar je je zorgen over moest maken. Graystripe was nou ook niet zoo lang warrior, dus foutjes konden nog altijd gemaakt worden. Hij krulde zijn lange dikke staart over zijn voorpoten en vouwde zijn grijze oren naar voor. `Nog vraagjes?´ De stem van de grijze warrior klonk vriendelijk, maar wijs. Ooit zou Cursepaw ook zo slim en groot worden. Maar dan op de wijze van de Windclan. Dit was ook een goede test voor Graystripe. Voor als hij ooit een aprpentice kreeg dan zou 'ie weten wat te zeggen, en wat niet. Het begon hem zelfs een beetje naar het hoofd te stijgen. Er waren vele jongere warriors dan hem, en die hadden al wel een apprentice. Maar dat leed waar naar het geval dat Graystripe wat afwezig werd. Hij moest er dringend wat aan doen, anders kon hij het mentorschap wel vergeten. Graystripe schudde zijn brede hoofd en richtte zijn felle ambere ogen nogmaals op de witte Windclan apprentice. `Vind jij het niet erg om geen mentor te hebben?´ Vroeg hij rustig. Hij wou de kat niet van streek maken, dat zou waarschijnlijk ongewenst bezoek lokken. Graystripe snuffelde voor de zekerheid nog eens aan de lucht. Maar weer was er geen Windclan geur of Thunderclan geur te bekennen. Graystripe was niets slechts van plan met hem. Gewoon, het zou inderdaad eng zijn als iemand van zijn Clan, of van die van Cursepaw's, de twee katten samen zou spotten. Cursepaw zou straf kunnen krijgen en nog langer geen mentor hebben. Maar dat zou hetzelfde gelden voor Graystripe. Maar dan wel een andere straf. Je mocht wel met katten van andere Clans praten, gewoon zoals die twee hier nu stonden leek het wel erg verdacht. Maar Cursepaw zou waarschijnlijk geen slechte achtergrond hebben in zin Clan. Hij leek wel aardig en niet echt opvallend, dus zo kwaad zouden ze niet op hem zijn zeker? Voor de zoveelste keer rolde er een zucht over zijn lippen toen 'ie de jonge witte kater aankeek, wachtend op zijn reacties.
-Whoosh, hoeveel woorden zijn dat? x'D
|
| | | | Onderwerp: Re: Twenty days ago... | |
| |
| | | |
| Permissies van dit forum: | Je mag geen reacties plaatsen in dit subforum
| |
| |
| |