De kleine leerling rolde door het gras en nog eens en nog eens. Aria hoorde een vogel fluiten, de wind streelde haar vacht heen en weer. Aria zag een donker plekje en ging er natoe, even keek ze ernaar ze stond op en liep er veder natoe en zag kappoten en verbrande boomen maar het vuur was al weg. Aria liep veder en zag overal zwarte bossen en keek naar de vogel die dood neer viel door een mens. Aria voelde een koud gevoel en begon haar nagels te ontbloten klaar voor de strijd maar ze hield ze terug ze vond het niet leuk dat er zoveel verbrand was. Aria keek naar de grond en dacht dat ze alles verlooren had en hoopte op een klein beetje hoop. Ze lied zig zakken op de grond en ging er op liggen, langzaam hoorden ze geritsel van kappoten bladeren, Aria had angst en liep naar achter en hoopte tot er wat gebuurden dat ze haar slechte vorm [niet hoe ze eruit ziet van binnen gebuurt dat ze slecht word door dat ze haar slechte energie niet weg voor altijd kon laten] Aria strampelde naar achter en klom een kapoten boom in die bijna ging omvallen.