De kleine gecyperde kater opende zijn amberkleurige oogjes. De zon was net op, de gewassen stonden in bloei, de bodem begon te verwarmen. Tearkit wist niet wat hij voelde en stortte zich op een bloemetje dat volop in bloei stond. Er waren een paar lichte wolkjes in de lucht, die zich voor de zon probeerde te nestelen, maar de zon scheen te heftig. Het was een mooi gezicht. Tearkit beet in met bloemetje. "Getver!" piepte het jonge katertje en hij spuugde wat bloemblaadjes uit. Er zaten kleine naaldjes van de bloem in zijn pootje. Hij begon te piepen. "Au,Au." zei hij en hij trok zijn genagelde klauwtje terug uit de struiken. Hij had geen idee wat het was en hij zag een kleine poes. "Wie ben jij?" zei hij en hij keek het poesje uitdagend aan, alsof het een indringer was die het kamp wilde binnenvallen.
[&Lovelykit, misschien later meer]