Zijn ogen stonden dof. Nog seeds was hij niet over zijn gesprek met Silverleaf heen. Ze was weer terug gekomen, naar hem! Maar helaas had hij alweer afscheid moeten nemen. Wat had hij misdaan, dat hij dit leven moet leiden? Hij verloor alles en iedereen gewoon. Zo ook Silver. En nu had hij Dark weer aangevallen, en Earthwalker voorgelogen. Wat moest het toch met hem? Een waterig zonnetje scheen, maar hij scheen tenminste. En dat was nog het ergste van allemaal. De zon scheen elke dag, maar juist op die dag had hij niet geshenen. Zijn haat aan de zon werd steeds groter. De gele bal had alleen maar nadelen. Woedend wierp hij er nog een blik naar. Waarna hij parmatig de warrior den in stapte. Zijn staart zwiepte kalm heen en weer. Binnen zat ook Dark. "Hallo, Firelion." Mauwde deze vriendelijk. Hij knikte als teken van respect. 'Hallo Darkvoice, fijn je hier te treven.'Sprak hij terug. Wat moest hij anders nog zeggen? De ogen van de mooie poes straalde, ja, de hare wel. Hij zuchtte even. Hij had de woorden van de poes wel gehoord. "Yo quiero a ti, papá." Had ze gezegd, niet dat hij daar iets van snapte. Hij ging kalm voor de poes zitten. Wel zo dat hij uit de zon zat. Dat ding scheen namelijk ook al de den in.
Word afgemaakt.
"The fire of the lions is shining bright upon me"