Rustig rekte Darkpaw zichzelf uit, hij keek om zich heen en liep toen naar de ingang van zijn hol. Toen hij in de ingang stond keek hij nog een keer om zich heen. Hij liep rustig zijn hol uit en sprong in de dichtstbijzijnde boom. Hij keek naar de grond. Hij sprong weer uit de boom en keek om zich heen. Snel begon hij te rennen, zijn poten waren sterk geworden van het rennen en springen door de bomen. Steeds sneller rende de zwarte kater richting de rivier. Hij stopte snel toen hij door de struiken een andere kater zag. Hij herkende Shadowglare. Hij sprong uit de struiken en bewoog lenig op hem af, met een valse glimlach keek hij naar Shadowglare. Darkpaw's lichaam was sterk en groot geworden in de tijd dat hij weg was. "Hallo, Shadowglare." Miauwde hij koeltjes. De valse glimlach verscheen opnieuw. Hij bewoog zijn grote lichaam dichter naar Shadowglare toe en draaide een rondje om hem heen, bekijkend naar hoe hij eruitzag. Darkpaw was niet echt kleiner dan hem. Hij ging rustig voor Shadowglare zitten en begon zichzelf te wassen. Hij keek telkens even op, was Shadowglare zijn tong verloren?