I'm not that nice

Had Starclan ooit twee katten gemaakt die meer van elkaar verschilden dan Umbrapool en Rabbitcharm. Híj was een cynische, zelfhatende en ietwat onverzorgde kater; zíj was een eeuwige bron van vrolijkheid en ondeugende blikken, die de onschuld zelf leek met haar prachtig onderhouden uiterlijk. Wat had Blazestar er in vredesnaam toe bewogen om hen samen op pad te sturen voor een grenspatrouille? Umbrapool's vacht prikkelde al met irritatie en ongemak toen ze elkaar buiten de kampingang ontmoetten. Een strak knikje was alles wat hij haar gunde, alvorens hij zijn gele ogen weer vooruit richtte en begon te lopen. Umbrapool wist wat voor reputatie zij had, en wat voor reputatie hij had. De makkelijke kattin en de verbitterde maagd, een interessante combi. Hij hoopte maar dat haar "geplaag" hem bespaard zou blijven, want de ongemakkelijke aandacht van één domme kattin was al meer dan genoeg. Nee, niet aan Fiddlefern denken.. dat bracht alleen maar, ongemakkelijke emoties naar boven.

Rabbit.

Het moment dat hij een andere pels tegen de zijne voelde komen deed Umbrapool een betekenisvolle stap opzij, waarmee hij zich weer van Rabbitcharm losmaakte. Ze moest het niet wagen, zeker niet bij hem, om dit soort dingen te doen. Umbrapool wist waar zijn aversie voor lichamelijke aanraking vandaan kwam, maar zou dat nooit met zo iemand als Rabbitcharm delen. "Je raakte me aan," mauwde hij bruusk, nog steeds zonder haar een blik waardig te keuren. Wat die stomme opmerking van haar betrof.. Umbrapool was niet dom, en hij voelde dat ze een reactie uit hem probeerde te krijgen. Dat spelletje zou hij echter niet meespelen. Hoe eerder hij klaar was met deze verschrikkelijke ongemakkelijke ervaring, hoe beter. "Riverclan, lijkt me." Natuurlijk, ze was mooi en wist hoe ze lief kon klinken, maar die dingen penetreerden Umbrapool's dikke schedel niet zo snel, tenzij zijn aandacht écht gepakt was.

Èn natuurlijk kwam ze direct weer terug, alsof ze hem niet eens gehoord had. Maar ze had hem wel gehoord, want ze had hem verdomme antwoord gegeven. Umbrapool gromde geërgerd, maar besloot er niet nogmaals iets van te zeggen. Hij wilde immers niet laten zien dat het hem wel degelijk iets deed. Nog erger dan dat: Rabbitcharm ging ook nog eens met hem in discussie. Haar beteuterde, klagerige stemmetje werkte nu al op zijn zenuwen. "Ja, echt waar. Blazestar wilt dat we daar extra controleren," zei hij resoluut, nog steeds zonder zijn blik op te lichten. Ohh, kon hij hier maar gewoon vanaf zijn. Hij dacht net dat zijn ontastbare façade stand zou houden, toen Rabbitcharm een opmerking maakte die hem te ver ging. Hij keerde zijn boze, gele ogen naar haar toe en schreeuwde bijna: "Hou op! Ik heb jou en je gore, ongepaste opmerkingen niet nodig, oké? Ik weet dat dit je helpt om alle anderen je zin te laten doen, maar ik ben nu eenmaal wat ingewikkelder ingesteld, begrepen?" Het kwam pas te laat bij hem binnen hoe interessant die uitspraak voor haar zou zijn. Umbrapool gromde nog iets onverstaanbaars en liep toen snel verder, zijn oren brandend van de gêne.

Keer op keer moest hij zichzelf vertellen dat ze slechts een dom meisje was dat niet wist wat ze zei, en dat deze dag alleen maar langer zou duren als hij iets zou doen. Toch was de drang bij Umbrapool erg sterk om Rabbitcharm aan te vliegen, en haar die laatste woorden in te laten slikken. Hij was absoluut geen vechter, en gevechten ging hij bijna altijd uit de weg; maar dit smalle wicht zou hij wel tegen de grond kunnen werken. Maar nee, dat zou niets uithalen; dat zou er voor zorgen dat zijn eigen broer hem zou moeten straffen, en dat zíj triomfantelijk haar gelijk zou kunnen vieren. Dus in plaats daarvan stapte Umbrapool bruusk door, zonder nog naar, de toch wel erg mooie, Rabbitcharm om te kijken.
"Ik vraag me toch af," mauwde hij, nadat ze een geruime tijd in stilte hadden gelopen: hij voorop, zodat hij niet naar haar hoefde te kijken, "ben je bij iedereen zo onuitstaanbaar; of moet je specifiek mij hebben?" Zijn stem klonk moe, en bijna verveeld. Hij had immers weinig geslapen, en zijn eetlust liet hem vaak in de steek. Schijnbaar was een grenspatrouille op een lege maag en enkele momenten nachtrust nogal slopend.