Ema 74 Actief The time will come
when you will have to rise
above the best to prove yourself
your spirit never dies
| CAT'S PROFILEAge: ϟ 45 moons ϟGender: Tomcat ♂Rank: Senior Warrior |
| Onderwerp: The Path through Hell is a dangerous track... do 19 aug 2021 - 13:00 | |
|
Zo, hij had een zware knoop doorgehakt. Had alles waar hij van hield achtergelaten omdat hij zijn Clan niet meer vertrouwde; en zijn broer niet alleen kon laten in deze harde wereld. Het was vreemd om te leven zonder iemand aan je zijde, zonder enige hulp, zonder iemand die zei wat je moest doen. Hij was helemaal alleen. Alleen zijn en lijden onder eenzaamheid was de zwaarste straf die je ooit op je schouders kon dragen. En hij voelde die pijn zo hard, voelde hoe hij zwakker was dan ooit tevoren.
De Twoleg Place. Wat een vreemde plek bleef dit zeg, het was vol van straten en denderende monsters. Geuren van ratten en kittypets. Straatlichten en nog wat twoleg spul. Hij vond het hier zeker niet aangenaam en voelde zich continu bedreigd, maar iets had hem naar hier geroepen. Omdat het de dichtstbijzijnde plek was vanaf Thunderclan territorium? Omdat hij misschien beter thuishoorde op de straten? De kater had geen idee, voor nu dwaalde hij gewoon rond in de hoop zijn broer te vinden. Terwijl bij elke stap hij terugdacht aan al zijn geluk in Thunderclan. Zijn zoontje, Winterbird, zijn andere siblings. Zijn apprentice. Alles wat hij tegenwoordig achtergelaten had… En als je het nu zo zette was het een domme fout geweest, maar hij snapte het leven gewoon niet meer. Thymeflare had het beter gevonden om zijn geluk op te geven dan deze te bewaren. De schuldgevoelens plaagden hem diep, en brachten hem schade aan zijn herinneringen. Zijn thuis.
En verschillende geuren drongen zijn neusgaten weer binnen. Er zat ook wat vage Thunderclan geur bij en… Bloed? Was er hier een Thunderclanner geweest die aan het vechten was met de lokale bewoners? Mogelijks was het beter geweest als hij niet dichterbij kwam, maar hij ging toch kijken uit eigen nieuwsgierigheid. En wat hij daar vond deden zijn ogen open schieten. Het was zo’n bekend figuur, precies diegene waar hij naar gezocht had. En hij zag er zo slecht uit, er was over zijn ogen gekrabd en hij lag daar zo. Stil als wat. “Copper?”, zijn stem was nog steeds breekbaar terwijl hij voorzichtig dichterbij stapte. Zijn pootje tegen de pels van de ander duwde, om te checken of hij nog reageerde. “Coppertusk…?”
Ik ben het…
|
|