Ze had wel van een afstand de sneeuw gezien in de medicine cat den, maar nu er enkele vlokken naar beneden kwamen recht voor haar neusje, werden haar ogen toch wat ronder. Kleine, magere Azurekit had het nog nooit mogen voelen, uit angst dat ze weer ziek zou worden, nog verder achteruit zou gaan. Zelfs nu ze de drie moons had aangetikt, was ze klein, veel kleiner dan dat zou moeten. Maar hier was ze toch, zittend op haar achterste. Voorzichtig kwam ze iets overeind, balancerend op haar achterpootjes. Met ronde ogen strekte ze omhoog, een vlok aanrakende met haar pootje. Met een geschrokken blik trok ze haar voetje weer wat terug, dat was koud! Maar desondanks moest ze lachen. Zo voelde de sneeuw dus!
[Calcitekit of Stellularkit]