We're part of a story, part of a tale. We're all on this journey, no one is to stay. Where ever it's going. What is the way?
Welcome
Warrior Cats is een rollenspel gebaseerd op de serie 'Warriors' van Erin Hunter. Je verkent hier al schrijvend de geliefde wereld van de Clankatten, rogues en kittypets. Dit doe je door je eigen karakter aan te maken, waarbij je bijna alles zelf mag bepalen over uiterlijk en karakter. Wild of tam, goed of slecht, sociaal of eenling? Help jij oorlogen te voorkomen? Of ben je een van de katten die hongerig opzoek is naar een groter territorium en meer macht? Het kan allemaal op Warrior Cats.
KIND OF WEATHER
NEWLEAF
Season
Newleaf, 10°C - 20°C
Langzaam maar zeker komen de eerste bloemen weer op. De zon breekt weer door wat zorgt voor een aantal warme dagen. Newleaf zet alles in volle bloei.
De jonge kater kon het nog steeds niet helemaal geloven. Hij was gewoon al een Warrior, wat ging het leven toch snel. Twistedheart moest nog steeds een beetje wennen aan alle verantwoordelijkheden, al had hij daar natuurlijk al een goed voorproefje van gehad in zijn laatste manen van Apprentice zijnde. Ook al was hij door BloodClan niet het kamp uit geweest. Er was wel wat veranderd, zeker zijn vader ook. De kater zuchtte en schudde lichtelijk zijn kop. Het zal allemaal wel goed komen. Twisted had in ieder geval niets te vrezen, hij zou precies doen wat hem opgedragen werd. Hij was in zijn eentje de grens langs aan het gaan, maar hij had speciaal een rustige grens uitgekozen, omdat hij dus alleen was. Hij was misschien groot en sterk en oogde al als een ervaren Warrior, hij wilde liever geen risico's nemen. Zijn maagje kromp dan ook een beetje ineen toen hij beweging zag vanaf de andere kant. Hij hief zijn kop op en spitste zijn oortjes. Wie was daar?
Het voelde steeds meer benauwend om in het kamp te blijven. Hij wist niet goed hoe en wat, maar alles leek alleen maar erger te worden. Zijn hallucinaties met Gorsepaw, de katten die hulp nodig hadden, de relatie met iedereen leek ook te verslechteren – of was dat ook iets wat hij zich voorstelde in plaats van dat het echt was? – en hij had steeds vaker het gevoel dat hij buiten het kamp moest zijn. Als iemand hem vroeg wat hij deed loog hij, hij loog dat hij kruiden aan het zoeken was. Of kruiden aan het oefenen was. Het maakte hem niet uit, hij sprak het gewoon, in de hoop dat ze niet bleven. Katten bleven sterven en hij kon niets doen, was dat niet hét ding van Medicine cat apprentice zijn? Dat hij katten kon redden? Waarom bleven ze dan dood gaan. Routnose had hem gewaarschuwd voor al deze dingen, maar toch kneep zijn buik samen. Nee, hij had niet verwacht dat het zoveel zou gebeuren opeens. Vandaag ging hij iets meer richting ShadowClan. Hij wist dat het verkeerd was, dat hij echt fiks op zijn kop kon krijgen, maar hij wilde Pep zien. Hij wilde Pep zien, gewoon om het leuk te hebben want hij had het altijd leuk gehad met Pep. Er stond een kat aan de grens en even gingen zijn oortjes omhoog, maar toen hij spotte dat het niet Pep was, was hij stiekem toch best wel teleurgesteld. Maar goed, het moest maar. Alles was beter dan in zijn eigen gedachten blijven te graven. Dus hij liep wat meer naar de grens, terwijl hij naar de grotere, - iets oudere? Zelfde leeftijd? Veel oudere? – kater toe liep. ”Hallo,” sprak hij met een geforceerde glimlach op zijn gezicht.
De rood-witte kater kwam dichter naar de grens toe en Twistedheart ontspande zijn spieren. De kater was ongeveer dezelfde leeftijd als hem maar zag er niet bedreigend uit. Twistedheart glimlachte terug naar de ander en stapte ook wat dichterbij. Maar niet te dichtbij, hij wilde niet gezien worden als iemand die zogenaamd zijn Clan zou verraden. Maar een praatje kon toch geen kwaad? Hij wiebelde wat nerveus met zijn oortjes maar knikte de ander toch vriendelijk toe. 'Hallo,' mauwde hij met een licht zwiepende staart. 'Ik ben Twistedheart.'
De kater leek zich meer te ontspannen, gelukkig, toen hij dichterbij de grens stapte. De kater glimlachte naar hem terwijl hij ook een stap dichterbij zette bij de grens. De kater scheen toch wel een beetje in gedachten te zijn, misschien nog wel ietwat twijfelend over dit allemaal. De kater zou niet veel ouder moeten zijn dan hem, ondanks dat de kater wel een stukkie groter leek te zijn dan hem. ’Hallo,’ klonk er met een licht zwiepende staart van de kater af. ’Ik ben Twistedheart.’ dus toch al een warrior. Hij had het misschien al wel een beetje verwacht hoor, daar niet van, maar de kater was dus inderdaad net iets ouder dan hij was geweest. ”Ik ben Falconpaw, aangenaam kennis te maken.” sprak hij tegen de kater met een knikje. Hoe had hij dit altijd hiervoor gedaan? Zo makkelijk met katten gepraat over van alles en nog wat, terwijl het voor hem nu voelde alsof het niet eens kon. Alsof hij geen onderwerp kon verzinnen in dat kopje van hem die hem kon vertellen waar hij over kon praten. ”Hoe gaat het? Met jou maar ook in het algemeen met de clan? Na… alles.” alles leek hem het beste woord om te gebruiken na alle dingen die ShadowClan had doorstaan. Goed samenvattend woord.
'Ik ben Falconpaw, aangenaam kennis te maken,' sprak de WindClanner met een knikje. Twistedheart liet een kleine glimlach zien en plots schoot hem iets te binnen. Kende hij die naam niet? Was hij niet heel toevallig de Medicine Cat Apprentice van WindClan? Hij twijfelde om het te vragen. Gelukkig werd hem een denk pauze gegund toen Falcon hem wat vroeg. 'Hoe gaat het? Met jou maar ook in het algemeen met de clan? Na... alles.' Twisted slikte maar glimlachte toch weer vriendelijk naar hem. 'Het gaat goed hoor.. Ja, met mij, maar ook met de Clan,' knikte hij. In het algemeen dan. 'En met WindClan? Hoop dat het daar ook goed gaat,' miauwde hij. 'Jij bent toch.. De Medicine Cat Apprentice?' besloot hij uiteindelijk toch te vragen, na enige aarzeling.
De kater tegenover hem knikte met een klein glimlachje, hoewel hij eerst had gedacht dat de kater misschien helemaal geen prater was, of juist een hele narrige kater, glimlachte de kater dus toch naar hem. Dat hielp hem ook om iets meer te ontspannen en zachtjes terug te glimlachen naar de kater. Hij kon de moeite wel even zien op de kop van de kater toen hij vroeg over het hele BloodClan gedoe, maar glimlachte ondanks alles toch vriendelijk naar hem. 'Het gaat goed hoor.. Ja, met mij, maar ook met de Clan,' klonk er met een knikje van de kater af, waarop hij opgelucht glimlachte. Hij had al het één en ander gehoord natuurlijk, maar bevestiging was toch ook wel heel fijn om te horen. 'En met WindClan? Hoop dat het daar ook goed gaat,' Goed genoeg, er was genoeg drama dat wel.. maar dat waren dingen die de andere clans natuurlijk niet hoefde te weten. "Goed, goed. Druk, zoals altijd in Greenleaf." sprak hij met een zacht lachje. Gelukkig niet medisch gezien, want veel katten waren ziek in leafbare en gelukkig niet in greenleaf. 'Jij bent toch.. De Medicine Cat Apprentice?' klonk er met lichte aarzeling van de kater af, waarop Falcon zachtjes grinnikte en iets met zijn oortje draaide. "Dat klopt, ik ben de apprentice van Routnose." sprak hij met sprankelende oogjes. Zelfs na al die manen was hij nog steeds zo trots op de positie die hij had, ondanks de problemen die allemaal voorkwamen in het leven. En de druk die hij soms voelde van die rang. "We verschillen niet heel veel in leeftijd, of wel?" sprak hij terwijl hij zijn kopje iets schuin hield en naar de kater keek. Hij was daar dus nog echt nog steeds niet goed in om dat te beoordelen, gelukkig was dat niet iets wat zijn taak van hem verwachtte.