Hier nog ff een oefening, voor de zekerheid.
Een stralende winterzon schijnt door de takken van het hol heen. De jonge kater Thornface opent langzaam zijn ogen en kijkt om zich heen. De meeste andere krijgers in het hol liggen nog te slapen. Stil loopt Thornface het hol uit. Hij haalt even diep adem. Deze dageraad voorspelt een mooie dag. De roodbruine kat trippelt de doorntunnel uit, op zoek naar verse prooi om de Clan te voeden. Hij opent zijn mond en ruikt de heerlijke geur van een muis. Hij duikt ineen in een sluiphouding, en langzaam kruipt hij richting de prooi. De muis merkt pas dat er op hem gejaagd wordt wanneer het te laat is. Thornface springt op en bijt het dier in één beet dood. Hij legt de versgedode prooi onder een eik en schopt er wat zand overheen. Hij zal de prooi op de terugweg ophalen. Net als hij verder wil gaan, hoort hij een verdacht geluid. Hij kijkt om zich heen, maar ziet niets. Hij opent zijn mond, en een onbekende kattengeur dringt zijn geurklieren in.