m 925 Actief You'll be dead!
| CAT'S PROFILEAge: 64 moonsGender: Tomcat ♂Rank: General of the Armies |
| Onderwerp: General di 5 mei 2020 - 17:34 | |
| Zijn oren stonden alert en een tikkeltje onzeker overeind. Twolegs kroelde over het gebied heen als een mierenhoop en hij snapte niet waarom. Harde geluiden dreunde in zijn oren alsof ze telkens in gevecht waren. Grote Hrududu's (machines) stonden te brommen en reden over het woeste gebied heen. Threar's waren uit de grond gesprongen alsof het geen jaren hoort te kosten om te groeien. H-hoe kon dit? Orchis was iemand die niet snel aantrok over veranderingen, ze soms niet eens opviel, maar dit? dit was gigantisch. Hij was hier nog niet lang geleden geweest, was hier voor observatie geweest voor werkers, was zelfs geslaagd. Maar nu hij hier weer stond, met een bloedend Lapine tussen zijn poten, leek de wereld ineens zo anders. Moest hij weten als kat dat er hier gebouwd werd om boerderijen te maken voor mensen en hun vee. In ieder geval voor nu was het raar voor de toekomst was het een voordeel. De tom liep door. De onrust verlatend door dieper de Wastelands in te lopen. Hij wist de weg nog op zijn duim ondanks hij er maar één keer geweest was. Zijn staart wiebelde toen hij met kop wild heen en weer bewoog als een hond die een trek spelletje aan het spelen was. Hij moest zoveel mogelijk de geur van het Lapine verspreiden en het bloed laten druppen op de grond. Enkele Elil's waren hem al aan het omringen toen hij in een uitgeholde gat kroop en het Lapine enkele meters van hem vandaan wierp. Nu was het afwachten als die Hlessi afkwam op zijn lokaas. [closed] |
|
Jamie 231 Actief
| |
| Onderwerp: Re: General di 5 mei 2020 - 18:52 | |
| De bruine kattin keek met haar kleurbevlekte ogen voor zich uit. Haar nest was nog een redelijk eind verwijderd van alle commotie, maar deze wezens waren zo onzettend snel in de manier hoe ze als Starclan speelde. Ze bouwde en ze maakte en ze verwoestte. Gooide oude bomen om en schraapte al het nieuwe leven van de bosbodem af. Ze kon enkel hopen dat ze zouden stoppen voor ze bij haar den uitkwamen. Maar meer dan grimmig wachten kon ze ook niet. In ieder geval werd de prooi nu wel haar kant op gejaagd terwijl het wegvluchtte, en haar kraaien voelde geen angst. De vogels waren natuurlijk niet van haar, maar ze deelden een relatie met elkaar. Hun waarschuwde haar voor indringers en voedsel, en zij deelde de verdiensten hiervan. Daarbij had ze hun ook al eenmaal haar eigen jongen gevoed, kittens die ze graag wilde maar die beter verdiende dan dit leven. Het was geen vriendschap, maar een relatie die wederzijds wat opbracht. Het was ook daarom dat ze haar kop draaide bij het geluid wat haar naam bekende, een van de weinige dingen die ze werkelijk begreep van al dat lawaai. Dit was de manier hoe ze haar riepen, en dus kwam ze. Met simpele sprongen en vlugge stappen naderde ze de zwarte beesten. En al snel drong zowel een rotte geur door, als de geur van konijn. Een rot dier? Daarvoor zouden ze haar niet roepen… Haar passen werden wat wantrouwiger zodra de situatie zichtbaar werd voor haar. Ze zette haar vacht op bij het zien van de kater, die nauwelijks meer was als een vreemde. Aldrei ontblootte haar tanden en neeg haar kop. “Je bent teruggekeerd” |
|