Nelson 1130 Actief
| |
| Onderwerp: Can't un-sing a song that's sung do 27 aug 2020 - 21:22 | |
|
Een afgrijselijk gekrijs barstte los in de Pinewoods. Het geluid doorkliefde de nachtelijke hemel en Rudepaw rendde zo snel dat hij dacht dat zijn poten het straks zouden begeven. De stikkende mist bleef in zijn donkere vacht plakken en maakte zijn vacht steenzwaar. Tranen bengelden over zijn wangen, wetende dat hij het niet ging halen. Hij kon het enorme gestalte niet inhalen, hoe snel hij ook rende. Het monster zou eerst zijn. Hij zou eerst bij haar zijn. Zijn lichaam tien malen groter met massieve poten een brede kop. Zijn enorme tanden zouden haar verpulveren tot een hoopje van niks. En hij kon niks doen dan rennen en in de poten bijten van het monster. Tot ook die poten te ver waren. Tot het breken van botten in de verte klonk en het gekrijs oorverdovend stopte. En hij gefaald had. Twee ambere ogen schoten open, wild de wanden van de Apprentice's den checkende. Zijn hart klopte hevig in zijn borst en hij ademde diep in. Nachtmerries waren niks nieuw. Een zonnestraal verlichtte de nog schemerige den en Rudepaw rolde zich zuchtend op zijn rug. Een poos staarde hij naar het plafond van de den. Toen kroop hij recht op zijn poten en likte een voorpoot. Kort wreef hij met deze over zijn snoet in de hoop zijn gedachten weg te wassen. Hij schudde zijn zwart-witte vacht en liep de den uit. Nog voor hij goed en wel de open plek was opgewandeld, werd hij bijna de pas afgesneden. "Kijk uit wil je!" Snauwde Rudepaw naar het bruine gestalte terwijl hij een sierlijke draai nam om hem te onwijken. { @Thunderbird & OPEN }
|
|