102 Afwezig
| |
| Onderwerp: Soldier on vr 1 mei 2020 - 23:23 | |
| Oh, wat was de nacht donker. Zo donker dat de schaduwen verraders huisvestte en zelfs de monsters zich niet naar buiten waagde. De echte monsters waren hier. Onder de levende. Ze namen gedaantes aan van andere katten en droegen hun namen. De duisternis had hen uitgespuwd. Neritefur voelde zich prima thuis hier. Ze had uren er aan gewerkt, geen oog dicht gedaan sinds ze begonnen was. Ze was zo moe, zo uitgeput dat haar ogen prikte, haar spieren amper meewerkte en haar hoofd wazig voelde. Ze had een gat in de wand van het kamp gemaakt, zo klein dat ze er amper doorheen paste, recht achter haar nest zodat niemand hem zien kon. Snel was ze niet, sterk ook niet, maar de duisternis stond aan haar kant. Ze was een Shadowclanner. De dochter van Russetfur, het kleinkind van Innerstar. Die bloedzuigers wisten niets af van van Shadowclan haar binding met de schaduwen.
Haar verminkte achterpoot stak verschrikkelijk tegen de tijd dat ze het moeras bereikte. Voor een tel bleef ze staan, wanhopig. Het moeras kon haar zo opslokken als ze niet voorzichtig was. Haar talenten als Shadowclanner eindigde zo’n beetje bij geluidloos door de schaduwen bewegen. Haar fysieke kracht was erbarmelijk en niet goed genoeg door haar verminkte achterpoot. Neritefur zette haar eerste poot in de zompige ondergrond. Ze zag een boomstronk even verderop die naar een droog stukje leidde. Als ze daar komen kon dan was ze vrij. Dan kon ze hulp halen. Iets doen. Ze zette nog een stap, en nog één, en nog één. Ze moest zichzelf vooruit trekken met al haar kracht. Haar achterpoot was loos gewicht die zich vast begon te zuigen in de zompige ondergrond. Het goedje gaf voor geen meter mee. Oh hoe ze wenste dat ze had geslapen.. Dat ze iets had gegeten. Neritefur gromde en duwde zich door. De boomstam was daar, bijna binnen bereik. Ze móest door. Het maakte haar niet uit hoe ze daar kwam en of ze wellicht nooit meer op kon staan aan het einde van haar weg. Ze ging voor eens en voor altijd bewijzen dat ze het waard was om warrior te worden. Ze ging niet zich omrollen en accepteren dat ze voor altijd elder zou zijn. Dat haar naam een lege, betekenisloze huls was maar ze alsnog goed genoeg was.
+ Orchis
|
|
m 925 Actief You'll be dead!
| CAT'S PROFILEAge: 64 moonsGender: Tomcat ♂Rank: General of the Armies |
| Onderwerp: Re: Soldier on za 2 mei 2020 - 19:35 | |
| De misvormde lynx point tom zat met zijn flanken tegen de buitenkant van het kampwand aan. Zijn blauwe ogen waren half slaperig op elkaar gedrukt terwijl zijn blik voor zich uit tuurde, recht het donker in. Hij was buiten het kamp gaan slapen ondanks hij recht had om nu binnen in een nest te liggen. Hij had lang gewacht op een plekje in een barn, een plekje beschut en warm, maar nu hij hier in de warrior den slapen mocht miste hij de frisse lucht in zijn neusgaten. Het was er luidruchtig en krap. De ademhalingen van andere katten in zijn oren, het geroezemoes en gewiebel in nesten. Nee, zijn ideaalbeeld was gebroken. Hij sliep toch liever buiten, alleen en rustig. Zijn den die hij gegraven had in Bloodclan was toch nog niet zo slecht, alhoewel- voor nu was het best maar s'winters zou het nog steeds te koud zijn. Er was dus nog maar één optie voor Orchis: Barn one bemachtigen en dat ging enkel als Cobra opgehoepeld was. Een diepe gaap zette op, Orchis opende zijn bek wijd open en blies de geeuw van zijn lippen af. Zijn roze tong krulde zich weer terug naar binnen terwijl hij zachtjes zijn kop op zijn poten liet leunen. Hij dommelde bijna in slaap. Bijna had de donkere nacht hem in zijn dromen gelokt.. tot geritsel zijn oren bereikte. Zijn kop schoot overeind. Zijn oren spitste zich. Zijn mond opende zich lichtjes waardoor zijn tanden blonken in het maanlicht. Een gezichtje kwam tevoorschijn. Orchis verschoof zich dieper in het struikgewassen van de wand. Zijn blauwe ogen volgde elke beweging van de kat. Een klein meiske kwam tevoorschijn, een beetje lomp maar stil genoeg dat het niemand anders naast hem opviel dat ze uit het kamp was. Orchis was al bijna opgestaan: had zelfs zijn bek al half geopend om te roepen, tot hij haar achterpoot zag. Het sleepte met haar mee als een oude lappendoek. Zijn oren draaide zich speels terwijl zijn kop lichtelijk kantelde. Zijn pootstappen waren geluidsloos toen hij achter de she-cat aansloop. Haar vacht was bijna onzichtbaar, vermengde zich perfect in de donkere nacht, maar haar poot die achter haar aansleepte was als lokaas. Vandaar dat Orchis ook de achtervolging inzette: hij zou namelijk niet zo gemakkelijk een stuk prooi er vandoor laten gaan. Zijn roze tong gleed over zijn kwijlende mondhoeken, haar geur was als een gebraden kippetje voor hem. Niet dat hij haar opeten wou, ben je mal, hij was geen kannibaal. Nee, de tom was hier helemaal alleen met haar terwijl ze een belangrijke regel brak. Dat betekende dat hij direct moest handelen. Geen tijd om de luie honden te wekken die dan een strafje konden verzinnen. Nee, dit moest nu opgelost en geklaard worden. Orchis voelde hoe de grond onder zijn pootkussentjes vochtiger en plakkeriger werd. Het moeras was in aanzicht. Het geluid van zuigend modder klonk dan ook door de doodstille woud heen. De tom stopte met lopen. Wou nog niet zijn aanwezigheid aankondigen. Ook de Shadowclanner was voor een tel gestopt met lopen maar besloot dat ze liever vast kwam te zitten in het moeras dan terug te keren naar het kamp. Dit was de fout die haar leven zou kosten. Orchis had haar misschien zelfs nog gespaard als ze zich bedacht had en snel terug in heer bedje was gekropen, maar ze ging door. De tom spande zijn spieren aan. Zijn hart begon harder te kloppen. Het drumde in zijn oren als oorlogstrommels. Hij was er klaar voor. Hij kon niet meer wachten. De Bloodclanner ontblootte zowel zijn nagels als zijn tanden. Hij zakte ineen.. wachtte nog één seconde om haar de hoop te geven dat ze de boomstam halen zou, en zette zich toen af. Hij gooide zijn eigen lijf boven op de veel kleinere en jongere she-cat en klauwde zijn nagels met zijn voorpoot in haar achterhoofd. Met zijn lichaamsgewicht en vaart van het afzette drukte hij haar kop in de modder. Het was dat hij niet wist dat deze Shadowclanner een kleinkind van een overleden Leader was en dat zijzelf ook bijna op deze exacte manier gestorven was, anders had Orchis daar wel om gelachen. |
|
102 Afwezig
| |
| Onderwerp: Re: Soldier on ma 11 mei 2020 - 17:47 | |
| Neritefur was inmiddels nog maar twee staartlengtes verwijderd van de boomstam. Haar kracht begon haar in de steek te laten. Nog een klein stukje.. Nog heel even.. Bijna.. Haar borst ging moeizaam op en neer terwijl ze met haar laatste inspanning zich vooruit duwde. Ze stak haar voorpoot vooruit- en daalde Orchis zijn loden gewicht op haar rug. Sterke poten duwde haar kop naar beneden, de verstikkende smurrie in. Instinctief opende ze haar bek om naar adem te snakken maar het enige wat dat teweegbracht was dat ze een mondvol kleverige modder inademde. Ze kon zich nauwelijks verzetten tegen het gewicht dat op haar lag. De modder had haar als het ware vast gezogen, haar gewonde achterpoot fixeerde haar op haar plek. De gedachten begon haar te dagen dat ze zich nauwelijks kon bewegen. Dat er niets was wat ze ook maar kon doen om zichzelf te redden. Ze zou stikken.
Het gevecht tegen het gewicht op haar rug en haar brandende longen die wanhopig naar zuurstof zochten duurde niet lang. Golven verstikkende modder werd naar binnen gezogen terwijl haar hoofd licht werd. Starclan was toch genadig want ze verloor haar bewustzijn als eerste. Wat een zielige dood. Gestikt in de modder net als haar oma. Zelfs doodgaan had ze niet goed kunnen doen.
|
|
| Onderwerp: Re: Soldier on | |
| |
|