Lionpaw verraste de krijger een beetje door zo snel op te springen en op hem te landen. Mottleshroud werd opnieuw door hem gevloerd en probeerde zich in alle bochten onder de blauwe kater uit te wringen, maar Lionpaw bleef half liggen en half zitten waar hij zat tot de Windclanner hem uiteindelijk met zijn voorpoten van zijn slanke lijf af duwde. Lionpaw had al lang niet meer zo veel plezier gehad zins hij voor het eerst een mentor had gekregen. Zijn blik volgde de kant op naar de hemel waar de zon onderging waar Mottleshroud heen had gewezen. Zijn ogen werden groot van schrik. Was hij zo lang weg gebleven??? Lionpaw bleef half verward half besluiteloos stil staan. Voor de blauwe kater naar de windclan kater keek. Het zou jammer zijn naar huis toe te moeten gaan, maar toch kon hij 1 ding niet aan deze kans voorbij laten gaan. Lionpaw stapte naar voren en rekte zijn nek uit om in een poging de neus van Mottleshroud aan te raken. Dit deed hij meer uit dankbaarheid dat de Windclanner met hem een schrijngevecht had willen doen. Daarna sprong de rivierclanner weg van de andere kat en draaide zich om en spurten het dal uit. Bovenaan de helling draaide Lionpaw zich nog even om en zwaaide ten afscheid met zijn staart naar Mottleshroud voor hij verdween in het struikgewas.