Elfje 881 Actief Contentions fierce, ardent, and dire, spring from no petty cause.
| |
| Onderwerp: A real sticky situation [GANZENOPRDACHT] zo 13 okt 2019 - 17:49 | |
| Hij was hier al lang niet meer geweest en hij was nu zeker alert. De laatste keer dat hij hier was, waren Silverwish en hij een grote groep BloodClanners tegengekomen en daar waren ze alleen maar uit gekomen door het snelle denken van een andere clanmate. Daarna was hij niet meer zo enthousiast om hier terug te komen, bang voor een herhaling van die dag. Hij had zelfs een avontuur daardoor afgewezen. Maar hij was toch wel nieuwsgierig geworden wat er allemaal was veranderd in die dikke maand dat hij de twoleg place had gemeden. Met gespitse oren en gespannen lichaamstaal liep hij nu door de plek die vol zat met tweebenen, kittypets en ergens in het hart; het Bloodclan kamp met haar vreselijke members. Dat was zéker genoeg om hem nerveus te maken. Oh waarom had hij hier ook al weer willen komen? Echter had hij nu de grens al wat achter zich gelaten en terugkrabbelen leek hem niet heel heldhaftig of avontuurlijk. Toch, de gestreepte apprentice had het gevoel dat hij bekeken werd, voor hoever dat kon, met alle kille tweebeen nesten om hem heen. Het was dan ook geen wonder dat hij bijna een paar staartlengtes de lucht in sprong toen hij een geluid hoorde. Voor hij het wist was hij aan het rennen, terug richting de ThunderClan grens. Bang dat het een Bloodclanner was die hem op de hielen zat, of misschien een hond, keek hij achterom. Dat was een grote fout geweest. Er was helemaal niets of niemand die hem achterna zat, maar door niet op te letten waar hij heen ging knalde hij tegen iets hards, iets wat door de klap omviel en zijn inhoud over hem heen gooide. Een naar gevoel vulde hem toen het stinkende spul over hem heen kwam. Het hielp ook niet dat de ranzige geur zijn neus inkroop en daar bleef hangen, net zoals die van het donderpad. Hij kokhalsde een keer, maar dat was gelukkig alles. Dit was zeker iets van tweebenen, iets raars en naars. Ardentpaw probeerde de viezigheid van hem af te schudden, maar het meeste bleef aan zijn lange vacht hangen. Miezerig keek hij naar het spul dat hem niet wilde loslaten. Hoe moest hij dit er uit gaan krijgen? Hij wilde het écht niet uit zijn vacht gaan likken. Nee, dat vertikte hij, met de geur die er van af kwam. Hij keek naar de grond een stukje verderop. Nu hij dichterbij de grens was, was deze al zanderig geworden. Misschien als hij daar in zou rollen, dan zou al deze smerigheid niet meer aan zijn vacht plakken. Hij liep met snelle passen op de zanderige bosgrond af en begon te rollen en kronkelen, in een hoop succesvol te zijn. Maar toen hij omhoog kwam was het alleen maar erger. Nu stak zijn vacht alle kanten uit en zat het vol met plakkerigheid, zand én blaadjes. Oh nee...
Open c:
|
|