Money can't buy manners
Ara was, zoals de meeste katten wel, nieuwsgierig. Het lag in hun aard, ze konden er niets aan doen. Nu was ze dan ook aan het rondsnuffelen in het Thunderclan camp, of wat er van over bleef. Het was duidelijk niet zo op orde als het ooit geweest was. De sporen van de brand waren nog zichtbaar al had de natuur de rest al weer ingepalmd. Struikgewas begon over de open plek te groeien en hier en daar zag je nog de verkoolde resten van wat ze vermoedde een den. De grijze kattin sprong soepel op een steen die leek uit te kijken over het camp. De plek van waaruit de leider zijn clan toesprak, misschien. Claw had ook altijd zo'n plek. Regen goot ondertussen vanuit de hemel naar beneden, maar daar gaf ze niet zo om. Ze had het amper gemerkt. Ara snuffelde wat rond en vond zo een den. Ze zag een schaduw erin bewegen en wist dus ook meteen dat ze niet alleen was - alleen kwam de wind van achter haar rug de grot in, en rook ze niet meteen wie het was. De jonge kattin sloop dichterbij, haar pootjes zachtjes op de stenen grond en haar oortjes gespitst, zoals Shark het haar had geleerd. Ze ontspande zich echter meteen weer toen Jackdaw in beeld kwam, een Young One een paar manen ouder dan haar maar eentje die niet per se bekend stond voor geweldig agressief gedrag. Niet meer dan normaal in een Elite kat, in ieder geval. Ara glimlachte vriendelijk naar haar, haar grijze vacht donker van het water en compleet doorweekt, maar het leek haar amper op te vallen. Ze gaf niet echt iets om de regen, het kon haar toch geen pijn doen.