loïs 247 Actief frageil (fragile & geil)
| |
| Onderwerp: Send ya roses when they think you need to smile ma 10 jul 2017 - 16:06 | |
| Het was warm. De kater lag languit in de stankgrot, zoals hij de Clan Cavern had omgedoopt, en rolde iedere vijf minuten een stuk naar rechts zodat hij steeds nieuwe koude stenen grond tegen zich aan kreeg. Dat zorgde dan een beetje voor verkoeling, maar eigenlijk wilde hij zich gewoon de Rapids in kieperen. Was misschien een sterke stroming, maar dan was hij tenminste wel afgekoeld. Toch was er een nadeel aan het hele plan, en dat was dat hij er hoogstwaarschijnlijk niet levend vanaf zou komen. Jammer, want anders had hij het gewoon gedaan. Opnieuw rolde hij een stuk naar rechts. Hij kwam tegen een vacht aan en wat langzaam keek hij op, gewoon omdat het hem eigenlijk niks uitmaakte. Zijn blik viel op een kattin, die helaas een stuk te jong was voor hem. Toch grijnsde hij zijn witte tanden bloot en tikte hij met zijn poot tegen zijn kop als saluut. "Hallo daar, jongedame," miauwde hij en keek haar met pretlichtjes in zijn ogen aan. Wat was hij toch ook kinderachtig soms.
- Ferretpaw
|
|
Butter 99 Actief
| |
| Onderwerp: Re: Send ya roses when they think you need to smile ma 10 jul 2017 - 17:17 | |
| Er waren soms van die momenten dat Ferret zich het afvroeg hoe het was om een muis te zijn. Ze kon er wel even mee zoet zijn, denken hoe het was om onder de grond te kruipen en al die gigantische wezens kon pesten door lekker lang in hun holletje te vertoeven. Het nadeel echter was, dat het wel eens voorkwam dat ze er nachtmerries van kreeg. En met nachtmerries bedoelde ze dan echte nachtmerries, waar zij, uiteraard de prooi was - een hopeloos, lief, verdwaald muisje. Er klapten kaken naast haar neer maar ze kon zich niet bewegen, terwijl de tanden zich in haar nek boorden en ze langzaam doodbloedde. Overal was er rood, overal was er bloed, terwijl ze recht in het gezicht van haar moordenaar staarde. Waar ze die gedachten toch vandaan haalde, was haar nog steeds een raadsel. Met een klap werd ze wakker, haar ogen wijd open, haar ademhaling licht versneld en haar vacht overeind. Ze moest minder stil gaan staan bij het leven van die verdomde beestjes, dat was zeker.
Het was dan ook een hele schok voor haar toen ze plots een por tegen haar flank kreeg en haar kop met een ruk omdraaide, toch wel ergens vrezend dat het de moordenaar uit haar droom zou zijn, maar gelukkig was het enkel maar een Windclanner die haar met een brede grijns begroette, een toch wel ... Aparte groet voor een vreemdeling. Hij tikte met zijn klauwen tegen zijn kop en keek haar met pretlichtjes in zijn blauwe ogen aan, waardoor ze nog nerveuzer werd dan normaal. "Hallo daar, jongedame." "H-hallo, ehm...," ze wendde haar ogen vlug even af en weer terug, "... Mijnheer?" Wut? Wat was dat nu weer voor benaming? |
|