Zoals de titel van mijn topic al zegd wil ik een boek uit brengen. Ik heb gehoord van iemand die zelf ook een boek uitbegracht heeft zei tegen mij dat ik een boek kan uitbrengen als ik maar genoeg mensen kan optrommelen die mijn boek zouden willen kopen? Hier heb ik een paar bladzijde's van mijn boek staan, Lees het en geef dan aan of het een goed boek zou kunnen worden, want ik heb ook al een boekenwinkel die mee zou willen werken.
PS Zouden jullie mijn boek dan willen kopen stuur me dan een pb'tje zodat ik die op kant schrijven.
De Titel van mijn boek heet Angst voor volle maan.
Angst door de nachtwezens.
Op een mooie herfstdag met een lekker zonnetje liepen de mensen van No Stres Village, rustig over straat. Het rumoer en de problemen bereikten dit dorp maar zelden, want de laatste minstreel was een half jaar geleden langsgekomen. Hij had daar voor de mensen gezongen, [voor wie het maar horen wilden.] dat er een groot gevaar hun kant op dreigde te komen. De meeste dorpelingen wuifden die waarschuwing weg, als of het een lastige vlieg was. Maar drie maanden nadat de minstreel vertrokken was, zagen ze pas waarom hij hen gewaarschuwd had. Het vee van de boeren werd eens in de maand afgeslacht, maar niemand wist waarom of door wie. Het enige wat ze de dag erna terugvonden, was het karkas van een of meerdere dieren. Maar daar bleef het niet bij, ook de oudere mensen (van het dorp) en de kinderen werden er de dupe van dit onzichtbare wezen of wezens. Totdat een van de dorpelingen opmerkte dat deze vreemde incidenten (altijd in de nacht met volle maan) gebeurden, en ging naar de dorpsmeester om zijn vinding te vertellen.
‘We zullen wachtposten op stellen bij alle boerderijen en in het dorp op deze cruciale nacht.’ zei de dorpsmeester. De man stond op en bedankte hem. ‘Brubin lieverd, wat is er aan de hand de laatste tijd?’ vroeg zijn vrouw die, nadat de man uit het werkkamertje van de dorpsmeester weg was gegaan en nu binnen kwam. ‘Ik weet het niet Nanena, maar ik weet wel dat hier een einde aan moet komen. Die minstreel is nu al een half jaar weg en het probleem is nog niet opgelost!’ zei Brubin boos. ‘En morgen is het weer zover en ik wil dat iedereen zich tegen die nachtwezens verzet!’ galmde zijn stem door de gang van het dorpshuis, terwijl hij en zijn vrouw al pratend zijn werkkamertje verlieten.
De nacht viel over het dorpje heen en niemand sliep die nacht veel.
Na deze zware nacht (achter de rug te hebben) brak de ochtend aan en het was onrustig in het bos. ‘Waar gaan we vannacht heen, neef?’ vroeg een van de donkere gedaantes die zich aan de rand van het bos verstopten. ‘We zijn met zijn tienen en die mensen zijn vele male zwakker dan wij, dus gaan we dit dorp vannacht helemaal opruimen.’ lachten de raadsman van de duistere groep aan de rand van het bos. ‘Niemand in dit dorp weet wat er nu boven hun hoofd hangt, en ze weten ook niet wie of wat we zijn…’ ‘MAAR OOK NIET HOE ZE ONS MOETEN VERSLAAN!’ viel hun leider Loredo de twee neven in de rede. ‘Jij bent mijn raadsman en hoort je aanvalsplannen met mij te delen en niet met je familie!’ zei hun leider boos en hij greep de raadsman bij zijn blouse, tilde hem op en bracht hem op ooghoogte. ‘Sorry heer, maar anders loopt hij dadelijk weer de verkeerde kant op.’ zei zijn raadsheer verontschuldigend en zijn leider liet hem zakken.
De nacht viel vroeg die dag en de dorpelingen waren heel erg nerveus, soms lieten ze bijna hun wapens vallen. Frater Johannes van het dorp hield een zilveren kruis vast, om zich te beschermen tegen de nachtwezens.
De maan scheen volop op het plein waar sommige dorpelingen heen en weer ijsbeerden. Opeens hoorden ze allemaal een hond janken en van alle kanten kwamen grote harige wezens aansprinten. ‘Laat ook wat lui heel voor de groep!’ riep hun leider luid en beet zelf een oude man van tachtig de keel door. Het bloed spoot alle kanten op en de oude man viel dood neer. Iedereen was in de hitte van de strijd bezig deze monsters te verjagen of te doden, maar die beesten waren vele male groter en sterker dan zij. Brubin kreeg Loredo tegenover zich en ook hij had iets van zilver vast. Maar dat had Loredo niet gezien en hij vloog op Brubin af, die flink uithaalde en zijn vijand langs zich neer sloeg, Loredo sprong op en holden het huis van de dorpsmeester in, waar Brubin’s vrouw en kinderen op een slaapkamer zaten te wachten tot deze vreselijke nacht voorbij was. Maar het was hun grootste fout om met zijn drieën op één slaapkamer te gaan zitten. De deur versplinterde totaal toen Loredo er doorheen sprong en voor het bed op de vloer landen. ‘Nieuw bloed van de vrouwelijke kant!’ dacht hij onder luidkeels gegil van Nanena en haar kinderen. Hij nam nog een sprong en blokkeerde hen de weg naar buiten, waarna hij hen om de beurt in hun arm beet en weer weg holde. Brubin was achter de indringer aangerend en botste nu tegen het beest op die de slaapkamer verliet. Brubin haalde opnieuw uit, maar miste dit keer. Loredo duwde Brubin op de grond en beet hem ook in zijn arm, daarna holde hij weer naar buiten toe. ‘Gelukkig jullie leven nog!’ riep Brubin opgelucht. Loredo was buiten nog meer mensen aan het vermoorden, maar ook aan het bijten. Na een half uur was meer dan de helft van de dorpelingen gedood en diegene die nog leefden waren gebeten. Van het hele dorp waar z’n 35 mensen geleefd hadden, waren er nu nog maar 10 over, Ook de frater was gedood. Loredo en zijn volgelingen stonden op het midden van het plein en hun leider kwam om hoog. ‘Luister goed naar wat ik jullie nu ga zeggen, jullie zijn of worden net zoals wij zijn en bij de eerst op komende volle maan! Wij zijn weerwolven en dat worden jullie nu ook, dit dorp heeft nu niet genoeg vlees meer en daarom vertrekken we vanavond! Jullie hebben geen keuze en moeten ons wel volgen!’ zei Loredo hard en luid genoeg zodat iedereen het kon horen. De overige dorpelingen hadden vaak verhalen gehoord over weerwolven, dat als je door een van hen gebeten werd je er zelf ook een zou worden. Iedereen volgden de weerwolven en Brubin met Nanena en zijn kinderen volgden hen ook, maar als laatste.
Na dagen gereist te hebben werd Manada een vrouw van 35 jaar ook gebeten. Later werden zij, Brubin, Loredo, Nadezo en Bardomo de leiders van een enorm roedel van 50 personen. Al werden ze flink uit gedund tijdens hun reis naar KROTERING VILLAGE, door dat ze een klein groepje weerwolfjagers tegen kwamen zodat Brubin zijn vrouw Nanena en jongste dochter Lea verloor. Hij had nu alleen Nida nog als enige familielid en die dochter was erg brutaal, ook luisterden zij bijna nooit naar haar vader. Het roedel streek neer in Krotering village en teisterden de dorpelingen daar. Tot op een paar nachten voor de volle maan. Ze hadden daar al een hele hoop vee gedood en gingen nu weer over op mensenvlees. Maar dit keer hadden ze minder geluk, want ze moesten dit keer een menselijkehelper inschakelen en zochten naar een geschikt persoon. Op hun zoektocht kwamen ze bij het gezin van de Mc rayns aan. Michel de oudste zoon van het gezin moest vaak boodschappen doen voor zijn moeder en hij reed bijna elke dag naar het dorp. Op de dag van de volle maan stonden er opeens een hele hoop personen op de weg, en het paard wilde niet meer verder lopen.
Michel had meer oog voor die gené die hem de weg versperden dan voor zijn paard. ‘Willen jullie even aan de kant gaan?’ vroeg Michel beleeft en wachten op antwoord, maar die kreeg hij niet en voelde dat hij ineens van de wagen getrokken werd. ‘HEY wat is dit?!’ riep Michel en probeerde los te komen. ‘Jij gaat ons helpen om de kruisen weg te halen van de deuren!’ zei een rauwe stem. Michel keek naar die gené die dat gezegd had, maar had dat beter niet kunnen doen. Michel kreeg meteen een stomp in zijn gezicht en hij voelde zijn rechterwang kloppen van de pijn. ‘Als je ons helpt laten wij jouw familie in leven.’ zei Brubin nog steeds op rauwe toon. ‘En onze regel is zolang jij nog mens bent en ons helpt, is het verboden om ons (de leiders van het roedel) aan te kijken. Ook mag niemand je geheim weten, anders word jij net als wij.’ zei Loredo opsomend en ging naast Brubin staan. ‘Als jullie mijn familie echt met rust laten….dan zal ik jullie wel helpen!’ zei Michel langzaam. Ze lieten hem los en verdwenen. Michel stapte weer op de kar en reed verder naar huis. Eenmaal thuis klaagden zijn vader aan een stuk door dat Michel weer eens te laat thuis was, maar zijn broertje wilde dol graag weten waarom hij laat was. Michel nam zijn broertje apart en vertelde in een vlug tempo wat er gebeurd was. ‘En mondje dicht hè, niemand mag het verder weten zelfs pa en ma niet.’ zei Michel benauwd, die twee jaar ouder was dan zijn broertje. ‘MICHEL, JACK ETEN!!’ brulde hun vader over het erf. Ze gingen naar binnen en aten hun avond eten op. ‘Pa, ik sprak Denis net en hij vroeg of ik op zijn kinderen wilde passen, als hij die monsters verjaagt met een aantal andere mannen?’ vroeg Michel aan zijn vader. ‘Hm! . . . goed maar, dan moet je nu wel gaan. Voor je daar aan komt is het al donker.’ zei zijn vader goedkeurend. Michel sprong op uit zijn stoel en rende naar de stallen om het paard op te zadelen, waarna hij weg reed. Het was inderdaad al donker toen hij aankwam. In de verte hoorde hij gehuil klinken en daarna vlak achter hem. ‘Michel wat doe jij hier?’ ‘Ik wil je vanacht helpen met je vee en kinderen te beschermen!’ ‘Dan ben je net op tijd, zet je paard maar op stal.’ ‘Dank je.’ zeiden Michel en Denis tegen elkaar. ‘Deze nacht zal zwaar voor je zijn!’ dacht michel. Denis liep naar binnen. Michel deed het zadel niet af, maar trok alle kruisen weg, (toen hij zijn paard in de stal had gezet) behalve het kruis dat boven de staldeur hing. Michel liep naar het huis van Denis toe. ‘Etter, nu zul je boeten voor wat je mijn pa steeds geflikt hebt!’ dacht Michel boos en trok daar ook het kruis dat boven de deur hing weg.
- Spoiler:
Whitepaw. - Scarface - Silverlight -
Moonstream