Hij voelde zich misselijk, had buikpijn zelfs en was gewoon niet in zijn doen. Toch, het voelde niet aan als ziek zijn. Meer alsof hem iets dwars zat en hij een manier moest zoeken om het eruit te krijgen. Woede, haat. Drukte en een energie die hem gek maakte. Iets verwonden, doden zelfs. Geen prooi, nee dat zou deze dorst naar bloed niet stelpen. Iemand waarbij hij de pijn in de ogen kon zien en ze kon horen smeken. Windclan werd hem niet, te gevaarlijk nu. Shadowclan daarin tegen. Die rotzakken konden altijd een lesje krijgen. Ja, perfect. Silhouette verliet het Camp en begaf zich richting de grenzen. Niet naar de Badgerset, dat was veel te waarschijnlijk. Toen hij er was, liet hij zijn ogen door het donkere gedeelte glijden, totdat een gestalte tevoorschijn kwam. ''Hallo daar''