Penguinpaw zat in het kamp een beetje rond te kijken, toen ze zich realiseerde dat ze zou gaan trainen met Applenose. Ze was waarschijnlijk al te laat, dus stond ze op en liep langzaam het territorium in. Ze keek een beetje rond om te kijken waar ze hadden afgesproken. Uiteindelijk wist ze het weer en liep ze daarheen. Toen ze aankwam, zag ze Applenose zitten. 'Heeii Applenose, jij bent vroeg', zei de apprentice met ondeugende ogen. Ze wist dondersgoed dat zij te laat was, maar ze gaf graag de schuld aan andere. Bovendien moesten mensen op haar wachten en niet andersom. Dat zou zo onbeleefd zijn.