De jonge grijze kater kon zijn gedachten er niet bij houden, zijn vader had zijn moeder vermoord toen hij 3 moons was alleen zijn vader zat in Windclan. Zijn gevoel wist dat hij hier naar toe moest, nog met zijn grijns gesierd op zijn gezicht ging alles goed. Misschien had hij wel half-sibs doordat hij een vader had uit de vijand clan van zijn clan, hij zette stap voor stap veder in de Moorlands. Zijn poten waren ijskoud, hij kon zich nog steeds niks bedenken. Hij had wel zin in woord grappen, nog steeds was hij ergens te lui om zich hier te begeven. Hij wiebelde kort met zijn oren, geen geluid kon hem doorbreken. Hij wilde niet stoppen tot hij zijn antwoorden had gekregen, hij moest hier zijn. De Windclan, hij bleef hier. Alleen hij had de laatste tijd te vaak een witte kattin gezien genaamd Frostfaith, hij zag haar in het gevecht tegen zijn leider Butterstar en ook had hij haar gezien met haar zus/zusje. Ook had hij haar alleen ontmoet, op een rotswand. Het was bijna toeval, iets moest bij die kattin liggen. Wat wist hij niet, ook sprong er steeds een gevoel op als hij haar zag. Misschien wist zij wat meer over zijn vader, hij wist zijn naam nog. Hij had die nooit kunnen vergeten, toch was hij angstig. Hij kon niks vergeten, alle beelden hoe zijn vader hem uitdagende om te vechten om zijn eigen moeder te redden. Rivers moeder stierf, hij kon zich nooit vergeten. Toch was er niks mis mee, hij kon het niet over zijn hoofd heen brengen. Hij glimlachten, herinneringen waren herinneringen. Hij wilde geen wraak alleen informatie, niet uit nieuwsgierigheid maar uit ervaring..