Goodmidnight (+Cloverblossom)

Stilletjes sloop Spottedfeather over de droge grond. Ze haatte hem. Oh wat haatte ze hem nu. Grizzlyface zou zoveel spijt krijgen. Hij had zich verliefd gedragen tegenover haar en nu ging hij gewoon naar Cloverblossom?! Als het klopte dat hij een player was zou hij Clover zo, hop kwijt zijn. Het territorium kende ze helemaal. Hier was zij immers vanaf kitten tot warrior opgevoed. Het kamp kwam in zicht. Natuurlijk zouden de ingangen bewaakt worden. Maar de nursery lag niet bij de ingangen. Heel stil sloop ze naar de rand van de den. Het maanlicht werd tegengehouden door een lange dennenboom. Het weinige beetje licht reflecteerde in haar ogen. Voor andere katten zou ze er nu waarschijnlijk eng uit zien. Felgroene ogen die oplichtten uit de duisternis. Maar voor Cloverblossom was zij geen enkele bedreiging. Ze was haar vriendin en geen kater zou daar tussen komen. 'Clover! Psst, wakker worden!' siste ze in de hoop geen andere katten wakker te maken. Als ze dat wel deed moest ze maken dat ze weg kwam. De gevlekte poes wachtte geduldig op antwoord. Haar wraak op Grizzlyface was begonnen. Het zou perfect gaan.

- Only Cloverblossom! vervolg topic op Life is pretty

De poes keek de kittens in de nursery toe. Met haar kop op haar voorpoten leunend keek ze sommige kittens aan. Haar buik was dik, het zal niet lang duren voordat haar tweede nestje kwam. Plots kwam er een bekende geur haar neusgaten binnen. Haar vriendin, Sopottedfeather. Ondanks dat de kattin Grizzly bijna van haar afpakte was ze nogsteeds haar beste vriendin. Ze snorde geamusseerd toen ze haar naam hoorde. 'Hoi, Spottedfeather.' Glimlachte ze. 'Vertel op, wat is er zo belangerijk dat je je leven waagt en het kamp zomaar binnenstapt?' grapte ze grinnikend.

Clover leek geamuseerd. Dat was zij absoluut niet. 'Eigenlijk ben ik niet ín het kamp.' mauwde ze droog maar erg grappig liet ze het niet klinken. 'Clover, ik moet met je praten. En als het kan... Niet hier.' sprak ze. De poes was bloedserieus. Haar blik gleed naar haar vriendins buik. Ze vloekte in stilte. Arme kittens. Het was vreselijk om half clan te zijn, je moest kiezen. Als ze rogue zouden worden zouden ze dingen missen die je wel leert in de clan. Vanaf jongs af aan heb je vriendschappen, die altijd zullen blijven. Als rogue vertrouwen andere katten je nooit.

De witte poes keek haar vragend aan. Zo lang ze zich kon herinneren had ze haar niets aangedaan, toch? 'Spotted, miauwde ze net zo sirieus als zij. 'Houd je nagels in, ik heb je niets aangedaan.' haar blik stond kil. Deze kattin was hartstikke verandert. Ze waren beste vrienden sinds hun kittentijd en nu leek het alsof de rogue haar wou verscheuren.

Misschien was ze iets te serieus over gekomen. 'Nee sorry... Zo bedoelde ik het niet. Die nagels waren niet voor jou bedoeld.' mauwde ze haastig. Ze moest niet te veel aan Grizzly denken. Ze werd er alleen maar boos door. Cloverblossom had gelijk. Zij had helemaal niets gedaan. Ze glimlachte kort. Het was geen neppe zoals ze zo vaak deed. Clover hoorde bij de weinige katten die ze echt aardig vond. 'Er is iemand die wel iets gedaan heeft. En geloof me, dat kan jou ook gaan gebeuren.' sprak ze met een mengeling van woede, kilte en verdriet.

Ze zweeg even. 'Ja Clover, die iemand ken jij heel goed.' ze wende haar blik af. 'Je gaat het niet leuk vinden wat ik ga zeggen... Waarschijnlijk geloof je me niet of zal je me niet willen geloven. Het is aan jou de keus.' ze keek de witte poes nog steeds niet aan. Dit zou een schok voor haar zijn. Ook was ze bang dat Clover boos zou worden op haar. Zeggen dat ze loog. Dat zou ze wel willen. Roddelen. Maar om dit te doen zou alles met feiten moeten gaan. En misschien, waren die nog wel beter.

Ze slikte. 'Clover... Ik lieg niet. Dat zweer ik. Aan jou de keus of je het wíl geloven.' voorzichtig liep ze ietsjes het bos in. Na haar zenuwen van haar af te gooien begon ze haar verhaal. 'Grizzly... Is niet de prins hoe jij en ik ons voorstelden. Jij misschien nog steeds.' begon ze aarzelend. Nu moest ze hopen dat ze geen klauw in haar gezicht zou krijgen.

Met een blik van spijt keek ze haar vriendin aan. De waarheid deed pijn, altijd. Dat had zij wel gemerkt... 'Ja hij ging vreemd. Ik leerde hem kennen en was meteen verliefd. We hebben gepraat, en hij leek echt verliefd. Ik bleef bij hem slapen. Ik... Ik dacht echt dat hij van mij hield...' ze hield even een spreekpauze. Het zeggen was dubbel zo erg als het weten. 'Toen ik me helemaal verheugde hem weer te zien kwam ik hem tegen. Hij begon met een flirt. Ik was er bijna op in gegaan toen ik jou geur in zijn vacht rook.' Haar blik staarde in de verte en haar ogen waren glazig. De softe kant kwam weer naar boven, klaar om weer door de harde te worden vervangen. 'Clo, dit is het begin van de dingen waarvan ik weet dat hij niet zo heel perfect is. Hij heeft een kíttén pijn gedaan en had haar vermoord als er geen andere kater tussenbeide was gekomen!' riep ze verhit.

'Nee niet meer. Eerst wel.' ze beet op haar lip. Waarschijnlijk voelde Grizzlyface wel iets voor haar. 'En terug komend op die jonge kitten die bijna is vérmóórd, bedenk dan hoe hij zal zijn als vader. En hoe hij zijn kittens zal opvoeden. Zelfs al hij meende dat hij van je houdt, denk aan je kittens en hun toekomst.' eindigde ze. Dit waren al haar argumenten tegen Grizzlyface. Liefde maakt blind, dat wist ze zelf ook. Misschien moest ze Clover eens uit die roze waas trekken zodat ze de feiten zag.

'Clover, het zijn jou kittens. Maar zijn gewoontes van de vader zullen de kittens als voorbeeld zien. Vreemdgangers en katten die voor de lol kittens vermoorden is toch geen karakter voor je kits?' mauwde ze. Haar blik stond bezorgd. Arme kittens... Wat een drama in hun familie.

'Ik ken de kitten. Je kan haar ontmoeten en ze zal je alles kunnen vertellen.' antwoordde ze. Hiervoor had ze bewijs. En wist zeker dat Jewel het geen probleem zou vinden haarfijn te vertellen hoe gevaarlijk ze hem vond.

Ze knikte. 'Ik dacht dat ze Jewel heette, ze is nu 4 moons. Je kan haar ontmoeten in het rogue territorium. Ik denk dat je beter in de ochtend kan gaan. Zal ik je morgen naar haar toe brengen?' vroeg ze. Vannacht zou ze wel ergens in een boom slapen ofzo. Dan zou Clover morgen het bewijs horen.