Met een zucht liep Sootstorm het zandpad af. Nee, het is beter als ik nog een keer ga. Die laatste vangst was niks. Met die gedachte zette hij zijn grijze vacht op tegen de koude wind, stak zijn kin in de lucht en liep tegen de sterke wind in. De bladeren van de bomen naast het pad waren gekleurd in de mooiste kleuren oranje en rood, een van de dingen die hij het mooist van aan Leaf-fall. Zijn vacht mag dan wel meer opvallen, maar dat maakte hem niet veel uit. Zijn mentor had hem geleerd om te gaan met zijn opvallende uiterlijk tijdens het jagen. Good old Foxleap was ook dan een opvallende poes. Een oranje/witte vacht had ze, met fel groene ogen die je altijd vrolijk aankeken… Hij glimlachte terug naar de gedachte van zijn oude mentor.
Na 5 minuten kwam hij aan bij de Snakerocks. Hij klom op de dichtstbijzijnde rots en keek even rond. Al snel kon hij het bekende geluid van sissende adders horen. Zijn mond begon te wateren en hij likte zijn droge lippen. Het was tijd om te jagen.