"Niet omvallen Briarpaw" hoorde Applenose, Briarpaw tegen haarzelf zeggen. Vanuit haar ooghoek zag Applenose, Briarpaw op de grond vallen. De jonge apprentice was flauwgevallen. Applenose wilde haar wel helpen, alleen op dit moment kon ze Bonepaw niet los laten, want dan zou hij Briarpaw nog erger kunnen verwonden, misschien zelfs wel vermoorden. Ze moest er dus eerst voor zorgen dat hij weg ging. Toen Bonepaw gromde en probeerde om in de nek van Applenose te bijten. Was ze meteen weer alert en merkte, tot haar verbazing, dat hij snel stopte met aanvallen. Hij probeerde zich los te krijgen uit haar greep, maar zo snel ging ze het niet opgeven. Ze zette haar tanden nog wat dieper in zijn nek. Vanuit haar ooghoek zag ze wat bloed uit zijn mond lopen. Ze wist dat, dat geen goed teken was, voor hem. Toen rukte Bonepaw zich in een keer los. Alleen omdat Applenose hem niet los had gelaten was er een stuk huid van zijn keel af. Applenose zag Bonepaw wat bloed uit proestten. Aan de ene kant vond ze het zielig, de kater was nog heel jong en had nu als zoveel pijn gevoeld, maar aan de andere kant vond ze dit zijn verdiende loon. "Leave me alone damm Cats!" riep Bonepaw grommend en proestend. Daarna draaide hij zich met een ruk om en rende weg. Applenose vroeg zich af waarom hij zomaar was weggerend, want ze wist dat ze hem nog lang niet verslagen had. Ook hoopte ze dat Bonepaw snel naar een Medicine Cat zou gaan want zijn wonden hadden echt verzorging nodig. Maar ze vergat Bonepaw en richtte zich snel op Briarpaw. Applenose pakte de apprentice bij haar nekvel en tilde haar op, vervolgens kroop ze onder haar lichaam. Briarpaw lag nu op de rug van Applenose. Applenose stond met niet veel moeite op en begon naar het kamp de lopen. Ze liep zo snel als ze kon met Briarpaw op haar rug. Hou vol Briarpaw, hou vol, dacht ze. Toen ze eenmaal bij het kamp aankwam liep ze meteen naar de Medicine cat den.
Sorry voor mijn late reactie en Topic uit, denk ik.