ORIGINS

Holly stak tevreden haar snuit in de lucht, de zomerse ochtendlucht was nog niet al te warm, maar de zonnestralen wisten haar precies op de goede temperatuur te houden. Het weer was zowaar perfect. Ze had zojuist even gejaagd, ze moest namelijk blijven oefenen, en daarmee een vogeltje gevangen. De restjes van haar ongelukkige prooi waren rommelig aan de kant geschoven, er was immers niets meer van over. Ze kon jagen voor een kittypet, en goed ook. Ze was dan ook geboren als Clankat, en het bloed van de Clan stroomde nog steeds door haar aderen. Er was bij haar echter wel sprake van gebrek aan opvoeding qua Clanleven, en van haar voormalige Clan wist ze eigenlijk niks af. Ze ving een geur op die haar hart sneller deed slaan. De ene Clangeur die ze herkende: de ThunderClan. Ze keek enthousiast op, in de hoop een kat van de befaamde Clan te zien.

- Eerste post voor Mistpaw.

Mistpaw was naar buiten gesneakt. Al was het minder sneaky dan ze dacht, want ze mocht gewoon het kamp uit wanneer ze dat wou. Tenzij er katten op sterven lagen, dan moest ze ze echt helpen. De witte poes liep rustig richting de fourtrees. Rond deze tijd barstte de sunningrocks met slangen, dus om eventjes een rustig momentje voor zichzelf op te zoeken ging ze daar maar haar. Het was best nog een stuk lopen en geuren van de zomer drongen haar neus binnen. Het was lekker warm en ze genoot van hoe de zon haar vacht verwarmde. Binnenkort zou ze de zon weer in moeten leveren voor een dik pak sneeuw en regen. Daar keek ze niet naar uit. Zomer en de zon waren haar favoriete dingen, en ze prees Starclan dat ze ervan mocht genieten nu. Toen ze eenmaal bij Fourtrees was kwam de geur van dode prooi haar tegemoet, samen met die van een andere kat. Nieuwsgierig dat ze was ging ze erop af. Kittypet. Een jonge nog wel, van haar leeftijd. "Jij bent best een eindje van huis." merkte ze op. Het was niet aanvallend bedoeld, maar Twolegplace was een best stuk weg vanaf hier.

De rots die ze had uitgekozen om op te zitten, was in de loop van de dag al flink door de zon verwarmd. Diezelfde zon scheen ook al niet te zuinig over haar vacht heen, die al behoorlijk warm was geworden. Haar ogen vestigden zich onbeweegbaar op het gestalte dat aan kwam lopen: een witte poes met een dikke vacht kwam naar haar toegelopen. "Jij bent best een eindje van huis," sprak de poes, en Holly haalde nonchalant haar schouders op. Dat was zeker waar. Maar naar Holly's mening was het beter om zo ver mogelijk van huis te zijn. "Welke kittypet is nou niet nieuwsgierig naar het bruisende Clanleven?" antwoordde ze toen met een grijnsje op haar gezicht. Eigenlijk was ze niet zozeer geïnteresseerd in het Clanleven, maar wel in de ThunderClan, waar ze zelf ooit deel van uit had gemaakt.

"Welke kittypet is nou niet nieuwsgierig naar het bruisende Clanleven?" Mistpaw grijnsde en ging naast haar tegen de steen aan zitten. Het was warm en lekker en haar ogen vielen eventjes dicht. Ze voelde geen bedreiging van de kittypet, dus dat zat wel goed. "Ja, dat de clan interessant zijn voor Kittypets heb ik wel gemerkt." zei ze tegen haar. Ze keek omhoog. "Wie ben je eigenlijk?" Mistpaw was niet uit op een gevecht. Ze was niet eens zo goed in vechten of jagen. Ze was veel beter in spoorzoeken en geuren. "Wat weet je überhaupt van het clanleven?" vroeg ze toen. Mistpaw was wel benieuwd hoor. Even een korte test om te kijken of de kittypet feiten of fabels mee had gekregen in haar buurt met mensen en huizen.

De witte poes voor haar liet een grijns op haar gelaat verschijnen, en Holly zag het als een goed teken. Hopelijk werd ze niet binnen de hierop volgende minuut van het terrein afgejaagd. Dan zou ze haar kleine expeditie weer moeten staken, en daar was ze nu nog niet aan toe. Vervolgens vroeg de poes wie ze was, en Holly had nooit echt een probleem gehad met het beantwoorden van die vraag. "De naam is Holly," zei ze. Dat ze een kittypet was, kon iedereen wel ruiken. Daarbij vond ze het niet leuk om zichzelf met dat label te bestempelen. "Wat weet je überhaupt van het clanleven?" vroeg de kattin vervolgens. Holly zwierde even een aantal keer bedenkelijk met haar staart. "Ik weet dat Clankatten alles doen om hun Clan en territorium veilig te stellen," vertelde ze toen. "Iedere Clankat leert hoe hij zich moet verdedigen, en hoe hij jaagt. Jullie houden je aan een Warrior Code en geloven in de StarClan." Ze wist de gang van zaken in een Clan, omdat ze er zelf geboren was. Maar nog nooit had ze het echte leven mogen ervaren.

"De naam is Holly," Holly. Een paar keer herhalen in haar kop om hem te onthouden. Mistpaw haalde even diep adem. "Ik ben Mistpaw." vertelde ze toen. Wel zo aardig om dan ook haar naam te vertellen. "Ik weet dat Clankatten alles doen om hun Clan en territorium veilig te stellen," legde Holly uit. Mistpaw knikte. "Iedere Clankat leert hoe hij zich moet verdedigen, en hoe hij jaagt. Jullie houden je aan een Warrior Code en geloven in de StarClan."
"Dat is wel zo ongeveer de basis ja," zei ze rustig. "Dat ze je nog niet verteld hebben dat we katten opeten en ze daarna offeren aan Starclan." Ze moest er even om lachen. "Geloof me, ik ken genoeg kittypets die dat verteld worden zodat ze het bos niet in gaan." Zoveel kittypets kwamen niet zo ver als Fourtrees. Ze zwiepte zachtjes met haar staart voor een beetje verkoeling, niet dat het veel hielp. "Van waar ken je al die dingen? Zijn er dan toch nog kittypets die een beetje educated zijn?"

De poes stelde zich voor als Mistpaw, en Holly wist dat dit betekende dat ze een Apprentice was. Een Apprentice die wel heel sterk naar allerlei planten en kruiden rook, dat wel. Holly wist wel het één en ander te vertellen over de Clans, gelukkig. Ze was alleen nog niet bekend met de details. Ze was nog maar een kitten toen ze weg werd gehaald en naar de twoleg plaats werd gebracht, dus veel herinnerde ze zich niet van haar tijd in de Clan. Holly lachte met Mistpaw mee om de belachelijke geruchten die er rond gingen over Clankatten. Ze geloofde niet dat het zo erg was. Voor haar gevoel was er relatief weinig contact tussen kittypets en Clankatten, beide groepen bleven het liefst op hun eigen, vertrouwde plekjes. Misschien was dat maar beter ook. Kittypets hadden meestal goede bedoelingen die door de Clans niet werden gewaardeerd. Mistpaw vroeg naar de reden waarom Holly wist van al deze dingen. "Ik ben zelf als Clankat geboren," gaf ze toen maar toe. In de ThunderClan nog wel, en ze was behoorlijk enthousiast om er één in levende lijve te ontmoeten.