Met snelle passen maakte de windclanner zich uit de benen. De wind raasde langs haar gespitste oren terwijl de Riverclangrenzen naderde. Haar prachtige en heldere blauwe ogen keken langs de grens. Het water sloeg al wild tegen de richels aan maar kwam nooit hoog genoeg om te kunnen overstromen. Ze sloeg haar nagels steviger in de grond terwijl ze in de verte keek. Daar was de clan van de zwemmende katten. Haar oren schoten omhoog terwijl ze rustig rond keek. Deze plek was kalm en verlaten voor nu. Ze was lenig tot een stop gekomen vlak bij een van de richels en keek naar beneden en in het water. Hoe konden katten in Starclans naam in dit soort water zwemmen?
Dit was een van de dingen die de jonge warrior zich vaak af vroeg. Waarom zou ze het niet aan een Riverclanner vragen? Ze wist natuurlijk niet dat je normaal niet met een storm zou zwemmen. Dit was nu een opkomende storm, het water was niet veilig. Dancingdoe had nauwelijks verandering in de stevige wind opgemerkt. Totdat er een lichtflits in de hemel zichtbaar werd. Haar haren rezen omhoog van schrik voordat ze achteruit strompelde. Ze had nog nooit echt zware storm mee gemaakt. Ja een paar keer toen ze een kleine kitten was, maar als warrior niet. Ze was toen in staat geweest bang tegen haar moeder aan te kruipen. Haar nagels schoten in de grond terwijl ze zachtjes snoof. De geuren spoelden langzaam weg met de regen wat haar even flink verwarde. Waar kwam ze ook al weer vandaan? Paniek borrelde omhoog en ze liep langzaam dichter naar de richel toe. Misschien wist iemand aan de andere kant van de grens haar wel terug te helpen. Ze vergat even dat alle clans vijanden waren van elkaar. Een bliksemschicht schoot weer door de donkere bewolkte hemel en de arme jonge warrior kromp in elkaar.
Angstig keek ze naar het woeste water beneden haar. Vergeten was ze dat ze nu gevaarlijk dichtbij het water was gekomen. Totdat er gedonder in de lucht weerklonk. Snel sprong ze op en zette ze een paar stappen terug. Dit was echt noodweer. ‘Starclan sta mij bij!’dacht ze paniekerig. Waar waren haar clangenoten! Ze had ze nu echt nodig. Verward en verstijft staarde ze naar voren. Regen viel steeds sneller naar beneden en doorweekte haar vacht.
Haar ribben waren nu zichtbaar en ze begon trillend van angst langs de grens te lopen. In de hoop van een beschutte plek. Nog steeds oppassend om niet te dicht bij het water te komen, gezien zijn gevaar. Door een enorme bliksemschicht sprong ze angstig opzij gevaarlijk dicht bij het water dit keer. Haar klauwen hielden haar gelukkig goed vast en ze keek rond. Welke kant was het kamp ook al weer! Haar staart zwiepte heen en weer en ze rende verder. Eerst maar een beschutte plek vinden.
~Hawkscream