Briar's kop draaide razendsnel naar rechts, bladgroene ogen focusten zich en zonder na te denken, zette hij zich af op zijn achterpoten. De eekhoorn had hem door en zette het op een lopen, maar Briar schoot er net zo hard achteraan. Het beest wist niet van opgeven, voerde Briar door stekelbossen en onder laaghangende takken door, maar hij was niet van plan te stoppen. De Clan had iedere prooi nodig, en hij had er genoeg doorzettingsvermogen voor. Zijn poten liepen sneller dan hij zich voor kon stellen, zijn spieren begonnen akelig warm te worden, maar hij stopte niet. Behendig ontweek hij enkele obstakels, zonder zijn ogen van zijn doelwit af te halen. Zijn ogen volgden de eekhoorn, naar boven, de boom in. Zonder te aarzelen zette hij zich af, klauwde zichzelf in de boom en sprong zonder moeite naar boven. Sneller, sneller, sneller, dreunde door zijn kop. Terwijl hij klom, likte hij zijn lippen. Hij kon de overwinning al proeven. Toen hij voor zijn gevoel dichtbij genoeg was, zette hij nog een laatste keer af en bewoog met zijn kaken naar de eekhoorn. En dat was het eind. Hij landde op een tak in één van de hoge bomen, het dier hing slap in zijn bek. Zijn borstkas ging razendsnel op en neer, maar het was gelukt.
- open